"Eén journalist te weinig"
Zittingen in strafzaken tegen minderjarige verdachten vinden in de
regel niet in het openbaar plaats. De Utrechtse rechtbank behandelde
op 9 april achter gesloten deuren de strafzaak tegen de minderjarige
verdachte van de moord op het meisje Yasmina. Opmerkelijk was dat op
het besloten karakter van deze zitting een uitzondering werd gemaakt,
doordat toegang werd verleend aan één journalist (ANP). De 'bijzondere
toelating' bij besloten zittingen van bijvoorbeeld journalisten is in
de wet geregeld.
De NVJ heeft in een brief aan de rechtbank haar zorg uitgesproken over
deze gang van zaken. Uiteraard bestaat er begrip voor dat men de
minderjarige verdachte niet wil belasten met teveel media-aandacht.
Het is echter vanuit de journalistieke verantwoordelijkheid ten
aanzien van de berichtgeving geen goede zaak dat slechts één
journalist verslag kan doen van de zitting, aldus de NVJ. Gevaar van
monopolisering van nieuws ligt op de loer. Het publiek is gebaat bij
pluriformiteit, al is het maar om het risico van persoonlijke
interpretaties uit te sluiten.
De NVJ bepleit in gevallen waarbij gebruik wordt maakt van de
mogelijkheid van bijzondere toegang, een beperkt aantal journalisten
toegang te verlenen bij gevoelige rechtbankzaken.
De President van de rechtbank heeft onlangs de handelwijze van de
rechtbank schriftelijk toegelicht. De motivering luidt dat de zaak in
de samenleving veel opzien heeft gebaard en tot onrust en
verontwaardiging heeft geleid. 'De rechtsorde is geschokt en de
publieke belangstelling lijkt groot. Met het geheel niet toelaten van
de pers wordt aan het publiek de mogelijkheid onthouden om langs de
weg van de onafhankelijke berichtgeving geïnformeerd te worden over de
feiten en omstandigheden waaronder het delict heeft plaatsgevonden.'
Mede naar aanleiding van de brief van de NVJ zal binnen de rechtbank
worden besproken hoe in de toekomst om te gaan met de toegang van de
pers tot de zitting in vergelijkbare strafzaken tegen minderjarigen.