UITGEVERIJ ANKH-HERMES BV

Symposium de Christus in ons 19 mei 2001

DE CHRISTUS IN ONS
Christendom als inwijdingsweg
In deze tijd van groeiende ontkerkelijking is er een enorme hunkering naar religie als levende ervaring. De steeds meer individueel gerichte mens zoekt naar een hartsverbinding met het religieuze. Het blijkt dat mensen, die in het christendom zijn opgevoed en de kerk vaarwel hebben gezegd, hun geestelijke bagage niet helemaal overboord gooien maar binnen hun traditie naar verdieping zoeken. Het begrip Christusbewustzijn, door Rudolf Steiner in de 20e eeuw geïntroduceerd, heeft inmiddels breed ingang gevonden.
Tijdens ons tiende symposium De Christus in ons - christendom als inwijdingsweg zullen vier bekende sprekers Hans Stolp, Jacob Slavenburg, Johan M. Pameijer en Willem Glaudemans, ieder vanuit hun specifieke achtergrond, de Christus in ons belichten. Alle sprekers zullen in hun lezingen vasthouden aan de rode draad christendom als inwijdingsweg.
Karen Hamaker-Zondag zal deze dag het panel voorzitten. U wordt van harte uitgenodigd zaterdag 19 mei a.s. in het Circustheater te Scheveningen onze gast te zijn.
Deze dag zullen ook drie nieuwe boeken ten doop worden gehouden. Hieronder een kort interview met Hans Stolp naar aanleiding van zijn deelname aan ons symposium.

Mag je zeggen dat er in onze tijd sprake is van een groeiend Christusbewustzijn?
Nou en of! Steeds meer mensen worden zich bewust van de verborgen, innerlijke Christus, en steeds meer mensen wijden zich in stilte aan de opgave om die verborgen Christus in zichzelf aan het licht te brengen. Steeds meer mensen worden zich dus bewust van de Christus in hen - en dat betekent, dat er sprake is van een groeiend Christusbewustzijn. Daar komt bij, dat veel mensen zich meer en meer losmaken van overgeleverde leringen en dogma's, en dat ze op zoek gaan naar die levende Christuskracht, die ze op de weg naar binnen mogen ontdekken. Steeds meer mensen gaan bewust de inwijdingsweg, op een moderne, hedendaagse manier. En op die weg, zo ervaren steeds meer mensen, onthult het geheim van het leven zich aan hen. Een geheim, dat we vanuit de esoterische, christelijke traditie, het geheim van het Christusbewustzijn noemen.

Hoe kwam jouw ommezwaai tot stand om vrijelijk over het Christusbewustzijn te kunnen spreken (na jarenlang binnen de traditionele kerken te hebben geopereerd)?
Een mystieke ervaring?
Het is voor mij ontroerend als ik terugkijk naar het leven dat achter mij ligt, en dan, terugkijkend, steeds duidelijker ga zien met hoeveel geduld en liefde ik vanuit de geestelijke wereld geleid werd tot de inzichten die ik nu met me mee draag. Die leiding is zo subtiel, maar ook zo kleurrijk, dat ik daar uren over zou kunnen vertellen. Het meest beslissend daarbij is de innerlijke ontmoeting met Christus, die voor mij de diepste werkelijkheid van mijn leven geworden is. En, heel concreet, ook de ontdekking van het oorspronkelijke, spirituele christendom, waarover ik in mijn theologische studie niets te horen had gekregen. En verder: ach, de meest intense ervaringen van het leven laten zich niet in woorden vangen, hoe graag ik ook zou willen. Maar wie zich innerlijk opent voor de geestelijke wereld, zal ook zelf die niet te verwoorden geheimen mogen ervaren.

Voel jij je een bruggenbouwer: komende uit het oude en nu een nieuw christendom uitdragend?
Ja zeker! Ik heb het vaak over een tweetrapsraket: eerst mogen we in onze tijd het oorspronkelijke christendom terugvinden als een wérkelijke inspiratie - en vervolgens mogen we ontdekken dat het oorspronkelijke christendom dezelfde boodschap uitdraagt als de andere grote godsdiensten. Daarbij gaat het niet langer om gelóven, maar om een innerlijk wéten. En wat hébben we deze inspiratie nodig bij de grote omwenteling die we op geestelijk gebied in deze tijd mogen meemaken! Samen zoeken naar de wijze waarop dit innerlijke weten in ons geboren wordt en ons zo voorbereiden op de nieuwe tijd die komen gaat - en is dat niet precies wat ook Uitgeverij Ankh-Hermes met al haar boeken probeert te doen?

Waar jij ook spreekt voor lezingen en workshops, in Wierden of in Amersfoort, honderden mensen komen erop af. Zie jij nog perspectieven voor de traditionele kerken?
Zullen we dat maar aan de Geest overlaten? Wel is het zo, dat ik steeds meer ga denken dat het nieuwe (christendom) té nieuw is, dan dat het zou kunnen passen in de vormen van het oude. 'Doe geen nieuwe wijn in oude zakken.' De volkomen gelijkwaardigheid van man en vrouw (iederéén is man én vrouw), geen uiterlijk gezag meer, maar ieder is zijn of haar eigen priester; geen dogma's of kerkelijke leerstellingen meer, maar 'alleen nog maar' het innerlijke weten: het lijkt mij dat dat precies drie stappen te ver zijn voor de kerken om dat ook werkelijk waar te durven maken. Maar is die neergang van de kerken eigenlijk zo erg? Is het niet veel indrukwekkender om te zien hoe er in onze dagen een heel nieuw, ongeorganiseerd, maar wel sterk christendom geboren wordt? Staar je niet blind op het oude, maar open je met verwondering voor het nieuwe dat in onze tijd ontstaat. Hieronder een korte samenvatting van de lezingen

Lezing Jacob Slavenburg - Ik heb je zo lief ... Door de tijden heen zijn er vele Jezusbeelden ontstaan. Maar wat weten we eigenlijk van Jezus af? Van zijn leven niet zo heel veel. De informatie daarover van de evangelisten is gekleurd en meestal niet historisch. Weliswaar zijn er zeer spannende jeugdverhalen. Daarin wordt verteld over de ouders en grootouders van Jezus en over de opzienbarende daden in zijn vroegste jeugd. Maar ook deze verhalen hebben meer een symboolfunctie dan een puur historische waarde. Beter geïnformeerd zijn we over zijn uitspraken. Zowel de bijbelse evangeliën als de niet-bijbelse geschriften geven tal van leringen weer. Omdat men meestal alleen de bijbelse versies in het verhaal betrekt, wordt het zicht op de samenhang ontnomen. De afgelopen eeuw is er veel ander materiaal boven de grond gekomen. Denk alleen maar aan de beroemde Nag Hammadi-geschriften. Bij bestudering van deze opzienbarende vondsten blijkt steeds meer dat er duidelijk sprake is van een inwijdingsweg. De leringen van Jezus kunnen dan ook op veel verschillende niveaus worden gelezen.
Overigens zien we ook dat de aard van de inwijding verandert. Maria Magdalena was de eerste die de 'nieuwe' inwijding onderging. Tegen de achtergrond van die tijd kon dat alleen gebeuren als ze een familierelatie met Jezus had. Dat was ook het geval. Ze was zijn geliefde vrouw. Het moet een zinderend huwelijk zijn geweest. Maria's inwijding maakte het mogelijk een stap terug te doen toen Jezus tot Christus werd geroepen en er van een privé-leven geen sprake meer kon zijn.
Maria hield van de man Jezus en was ingewijd in Christus. Zoals wij allen in Christus ingewijd kunnen worden. 'Ik heb je zo lief' kon en kan daardoor getransformeerd worden. Niet de persoon Jezus, doch de Christus in ons. Beelden van Jezus vervagen. De Christuskracht komt tot wasdom. Geen persoonsverering maar de mystieke verbinding met het Al, de universaliteit. Dat noemden de oude mystici en mystica's 'de minne'. Dan houden we niet meer van beelden maar van de essentie. De universele geest.
Ik heb je zo lief ...

Drs. Jacob Slavenburg is cultuurhistoricus. Hij schreef vele boeken over het ontstaan van het christendom, over de gnosis en andere spirituele stromingen, over mystiek en spiritualiteit, en over het mannelijke en vrouwelijke. Met Willem Glaudemans vertaalde hij de Nag Hammadi-geschriften in het Nederlands. Zijn eerste boek, De geheime woorden (4e druk), verscheen in 1989 . Zijn laatst verschenen boek is De Logische Jezus.
Jacob Slavenburg tracht in zijn werk de jongste inzichten van de wetenschap van de religieuze geschiedenis op een heldere en begrijpelijke wijze voor een breder publiek te vertalen. Hij schenkt daarbij vooral aandacht aan het spirituele element dat in de materialistische wetenschapsopvatting lange tijd verloren dreigde te gaan.
Lezing Hans Stolp - De moderne inwijdingsweg
In vóórchristelijke tijden sprak men er al over: de inwijdingsweg. Boeddha spreekt over het achtvoudige pad, en de eerste christenen worden 'mensen van die weg' genoemd. De grote meesters wilden dan ook geen leringen brengen, geen theorie, nee, ze wilden de mensen de weg van de inwijding wijzen en hen oproepen die weg ook daadwerkelijk te gaan.
Maar hoe ziet die weg er dan in onze tijd uit? Hoe kunnen wij nú die weg gaan? De moderne inwijdingsweg begint met een roeping: een 'wakker worden' of een bewustwording. Die roeping blijkt een keerpunt: de leerling gaat anders, geestelijk, kijken naar alle dingen die haar of hem overkomen. Maar vooral begint de leerling anders naar zichzélf te kijken: hij of zij wordt zich bewust van de valkuilen van het eigen ego, wordt zich bewust van de eigen schaduw. En daarmee begint die lange, lange weg van werken aan zichzelf: een weg van loslaten, omvormen, bewustwording van oude, karmische patronen etcetera. Maar hoe meer de leerling bij dat stille gevecht met het eigen ego een innerlijke zuiverheid verwerft en inzicht krijgt, en hoe meer de liefde als een innerlijk licht in haar of hem opvlamt, des te doorzichtiger wordt het gordijn dat de zichtbare wereld gescheiden houdt van de geestelijke wereld. De geestelijke wereld wordt nu directe en ervaarbare werkelijkheid.
Bij dit hele proces ontvangt de leerling een stille en verborgen leiding, die met name ook in het droomleven zichtbaar (en hoorbaar) wordt. Uiteindelijk leidt het gaan van de inwijdingsweg ertoe, dat de leerling zich bewust wordt van de verborgen Christus in zichzelf, en dat zij (of hij) leert om zichzelf meer aan deze verborgen Christus toe te vertrouwen dan aan de verwarring van het ego. Zo wordt op de weg van de inwijding het hoger Zelf of de verborgen Christus in ons geboren. En zo worden wij de mens, zoals wij die ten diepste zijn: de mens die meer en meer tot Gods beeld en gelijkenis wordt.

Hans Stolp is pastor en auteur. Hij publiceerde bij ons eerder o.a. Het gebed (3e druk) en de Zaligsprekingen als inwijdingsweg (2e druk). In de reeks Esoterisch bijbellezen Jezus van Nazareth (3e druk) en Johannes de Ingewijde.
Afgelopen jaar verscheen het, in samenwerking met Margarete van den Brink geschreven boek Omgaan met gestorvenen (2e druk).

Lezing Johan M. Pameijer -
De werkelijkheid van het onbewuste
Dat de chakra's geactiveerd zouden worden door het bezoeken van kerkgebouwen, het beleven van sacramenten en het deelnemen aan liturgieën is een gewaagde veronderstelling. Toch zijn er niet geringe aanwijzingen dat het onbewuste krachtig reageert op de innerlijke opbouw van kerken, mysteriën en misvieringen. Op mystieke wijze zijn deze zelfs verbonden met het oeroude evangelie van de Pistis Sophia. Het grondplan van een tempel vertoont de zeven aspecten, die we ook in het etherisch veld rondom het lichaam aantreffen, de zeven chakra's. Stuit-, buik en miltchakra lopen synchroon met de toegangspoort, de voorhal en het schip van de kerk, terwijl het hartchakra krachtig in het priesterkoor wordt opgewekt. De drie geestelijke chakra's in hals, voorhoofd en kruin zijn te herkennen in de altaartafel, het tabernakel of het mystieke kastje en het allerheiligst sacrament dat daarin het nietigste plekje van de hele kerk voor zich heeft opgeëist. Dezelfde analogie onthult zich in de sacramenten, de ware mysteriën van elke religieuze beleving. De drie laagste chakra's worden geprikkeld door de sacramenten van biecht of absolutie, doopsel en vormsel, waarna het hartchakra actief wordt in de eucharistie. Priesterwijding, laatste oliesel en huwelijksvoltrekking staan in verband met de drie geestelijke chakra's, in keel, voorhoofd en kruin. De kern binnen dit zevental is het vierde sacrament, de eucharistie, die, verbonden met het hartchakra, gedurende elke viering op de meest subtiele wijze de zeven chakra's van de bezoekers aanraakt. Invocatie, zuivering en woorddienst werken uit in de drie lagere chakra's en het offertorium, het lijdensverhaal binnen de misviering, staat in verband met het hartchakra. Dat communie, postcommunio en eindzegen ten slotte de werking van de drie hoogste chakra's stimuleren is een wonder dat de werkelijkheid van het onbewuste tastbaar nabij brengt.

Van Johan M. Pameijer verschenen eerder bij uitgeverij Ankh-Hermes drie andere titels: Symboliek in de evangeliën, De mythe van Christus en Het spiegelbeeld van God.
Hij werkte als journalist voor de kunstpagina van Tubantia en is al jaren als eerstaanwezend priester werkzaam binnen de Vrij-Katholieke kerkgemeente te Raalte.

Lezing
Willem Glaudemans -Vergeving als inwijdingsweg
In Een cursus in wonderen is vergeving een centraal begrip. De Cursus begint met vergeving op het punt waar wij denken dat we zijn, hij sluit aan op onze beleving. Wanneer we menen dat een ander ons iets ernstigs heeft aangedaan, is de eerste stap: het afzien van wraak en vergelding. Daarmee doorbreken we een spiraal van geweld, van vetes, en weerwraak. Maar als het hierbij blijft, is er nog niet echt vergeven. De tweede stap keert ons naar binnen: het afzien van wrok en haat. We onderkennen dat onze haat onszélf schaadt en niet zozeer het voorwerp van onze haat. Als een daad van liefde voor onszelf stoppen we ermee onszelf met onze wrok en haat te vergiftigen. Maar we zullen vervolgens ook moeten opgeven wat aan onze haat en wrok ten grondslag ligt en deze in stand houdt. De derde stap is daarom: het afzien van slachtofferschap. Dit doen we wanneer we inzien dat we onze kracht uitleveren wanneer we ons slachtoffer van de ander voelen. We stoppen er ook mee van de ander spijt of berouw te verwachten, want het uitblijven daarvan zal ons alleen opnieuw als slachtoffer aan de ander binden. Vergeven is een innerlijk proces waarbij de inbreng van de ander niet nodig is. Wanneer we dit inzien kunnen we een stap verder gaan en afzien van onze oordelen en het projecteren van schuld. Het zijn onze oordelen die ons zelf pijn doen, al waren ze aanvankelijk bedoeld om ons tegen een boze buitenwereld te beschermen. Het zijn onze oordelen die dus de noodzaak tot vergeven in het leven roepen. Wanneer we ophouden de ander schuldig te verklaren en te veroordelen, kunnen we onze innerlijke vrede hervinden. Dan gaan we ons ook weer herinneren wie wij zelf werkelijk zijn. De vijfde stap is dan ook het afzien van valse zelfbeelden. We onderkennen dat onze wezenskern niet kan worden aangetast door wie of wat dan ook. We zijn nog steeds liefde, zoals God ons geschapen heeft. En wat voor ons geldt, zien we nu ook als waar voor de ander, ook hij/zij is nog steeds een kind van God, zijn/haar daad was in wezen een roep om liefde. Daarmee zetten we de zesde stap: het afzien van ongelijkwaardigheid. Dat is dan nog maar één stap verwijderd van het afzien van afscheiding. In deze laatste stap leggen we de verbinding met onszelf, de ander en met God. Zo komen we thuis in Christus, onze ware Identiteit die we delen met elkaar.

Willem Glaudemans (1954) was eindredacteur van het team dat A Course in Miracles in het Nederlands vertaalde, Een cursus in wonderen. Sinds 1986 werkt hij met de Cursus en probeert hij de principes ervan toe te passen in zijn leven. Regelmatig publiceert hij over de Cursus en geeft hij hierover lezingen, trainingen, cursussen en workshops. Van zijn hand verscheen ook Het nachtblauwe boek, twee sprookjes die het gedachtegoed van de Cursus op speelse wijze vormgeven. Met Jacob Slavenburg vertaalde hij de Nag Hammadi Geschriften (twee delen). Hij publiceerde ook over de gnosis. Momenteel werkt hij aan een boek over vergeving waarin bovenstaande visie verder wordt uitgewerkt.

Karen Hamaker-Zondag (1952) studeerde Sociale Geografie aan de Universiteit van Amsterdam.
Al tijdens haar studie kreeg zij belangstelling voor de astrologie. Toen zij zich ging verdiepen in de Jungiaanse psychologie, werd haar duidelijk dat die een vruchtbaar kader kon vormen voor haar werken met astrologie. Karen Hamaker heeft inmiddels al enkele decennia een astrologische praktijk, geeft lezingen en heeft een aantal publicaties op haar naam staan op astrologisch-psychologisch terrein. Over haar religiositeit zegt zij het volgende: 'Als kind al besefte ik dat er iets groters, iets meeromvattends moest zijn, maar kon dit niet benoemen. Een en ander begon voor mij op zijn plek te vallen toen ik me diepgaand met Jung ging bezighouden. Ondertussen heeft mijn werk met astrologie, I Tjing en Tarot, met dromen en imaginaties, mij laten zien hoezeer mens en wereld verbonden zijn, en hoezeer wij deel zijn van een groter geheel, met behoud van eigen verantwoordelijkheid. Dit alles heeft ertoe geleid dat ik een diepe innerlijke religiositeit voel, waarbij christelijke waarden, mits bekeken vanuit een ruimer perspectief, van groot belang zijn.'

Op 19 mei zullen de volgende drie boeken ten doop worden gehouden: Hans Stolp
DE GEBOORTE VAN CHRISTUS IN ONS
Een moderne inwijdingsweg
156 blz., pb. f 29,75 (Bfr. 595)
(bestelnr. 90 202 8246 8)

In de voorchristelijke tijd kende men in bijna alle culturen en volken inwijdingsscholen of mysteriescholen. Op die scholen werden de leerlingen stap voor stap ingewijd in de verborgen geheimen van het leven op aarde en van de geestelijke wereld. In die tijd was die opleiding echter voorbehouden aan enkele bekwame leerlingen, die door de priester(es) zelf werden uitgekozen.
Jezus heeft die oude, geheime inwijdingsweg voor iedereen toegankelijk gemaakt. Het gewone, alledaagse leven werd voortaan het lesmateriaal, dat de leerling(e) nodig heeft om op die inwijdingsweg te vorderen. In dit boek wordt beschreven hoe je dan wel met het leven kunt omgaan, als je in dit leven gevoelig wilt worden voor de verborgen geheimen en als je geestelijk wilt groeien en een ingewijde wilt worden. Daarbij gaat het allereerst om het ontwikkelen van die gevoeligheid, die jou bewust maakt van de roeping die in ieders leven tot ons komt. Die gevoeligheid ontluikt alleen, als we bereid zijn om te werken aan onszelf. Het gaat om een groeiende eerlijkheid en zuiverheid, om een groeiend zelfbewustzijn dat ons in staat stelt onze angsten los te laten, en om stille groei in liefde. Geduld, discipline en vertrouwen zijn sleutelwoorden bij die stille en meestal door anderen nauwelijks opgemerkte innerlijke groei. We leren luisteren naar de innerlijke stem.
Hoe verder we vorderen op de inwijdingsweg, hoe meer er een plek van onaantastbare stilte en rust in ons groeit, en hoe meer we ons gaan herinneren van wat we eigenlijk allang als weten in ons meedragen, maar ons nooit bewust geworden zijn. We komen in verbinding met wat door de oude traditie altijd 'de Christus in ons' genoemd werd. Wie werkelijk wil bijdragen aan de genezing van de aarde en de mensheid, zo leerde Jezus ons, die heeft geen andere keuze dan het gaan van de inwijdingsweg. De werkelijke genezer immers geneest eerst zichzelf. En daarom zijn wijzélf, en is de strijd met ons ego, de inzet bij het gaan van die inwijdingsweg.

Jacob Slavenburg
HET OPENVALLEND TESTAMENT
Nieuwe bronnen over
Jezus en de vrouw uit Magdala
148 blz., pb., f 29,75 (Bfr. 595)
(bestelnr. 90 202 8244 1)

Dit fascinerende boek begint met de legenden rond de ouders en de grootouders van Jezus. Over de kennismaking van Maria met Jozef, en wat zich daarbij afspeelt, zijn heel oude bronnen bekend. Ook over de roerige jeugd van Jezus zijn opmerkelijke verhalen opgetekend. Minder goed zijn we evenwel geïnformeerd over zijn leertijd bij de Essenen. Het leven van Jezus verandert ingrijpend na zijn onderdompeling in de Jordaan. In de gangbare geschriften wordt dan gesproken over zijn 'openbare leven'. Het is uit deze tijd dat de vele openbare, maar ook 'geheime', leringen stammen.
Deze zijn ons overgeleverd in bijbelse en apocriefe geschriften. De schrijver laat in dit boek zien dat deze leringen onderdeel van een inwijdingsroute zijn. Een inwijdingsweg die voor iedereen te betreden is.
In andere religies en stromingen, zoals het boeddhisme, is sprake van een duidelijk uitgezet pad dat de zoekende mens houvast biedt op de weg tot verwerkelijking van zijn wezenlijke natuur. Van het christendom werd altijd gedacht dat het zo'n concrete weg niet bood. Dat blijkt, na kennisname van de nieuwste bronnen, toch anders te liggen. Jezus schetst een duidelijke en praktische inwijdingsweg die voert tot de realisatie van de 'nieuwe mens'. Hij markeert daarmee de overgang van de klassieke 'uiterlijke' inwijdingsrituelen naar de innerlijke mysteriën.
Maria van Magdala was de eerste mens die deze 'nieuwe' inwijding aan den lijve heeft ondergaan. Ze werd door Jezus ingewijd in Christus. Dat staat in onze eigen bijbel. En ook de nieuwste bronnen laten er geen twijfel over bestaan dat zij een volledig ingewijde was. Deze geschriften vertellen ons ook dat ze met Jezus getrouwd was. En dat ze samen kinderen hadden.
Het boek besluit met de symboliek rond kruisiging, opstanding en wedergeboorte. Het lijken historische feiten uit een ver verleden. Het weerspiegelt echter ook een proces dat zich diep in de mens zelf afspeelt. De innerlijke Christus vraagt om opwekking. Voor 'Christus' kunnen we ook 'Liefde' lezen. Het is het testament dat Jezus ons nagelaten heeft. En dat nu open begint te vallen.

Johan M. Pameijer
DE SCHATKAMER VAN HET LICHT
188 blz., pb. f 29,75 (Bfr. 595)
(bestelnr. 90 202 8243 3)

De vraag naar de zin van christelijke rituelen leidde naar de inwijdingsmystiek van oude onvergankelijke mythen. De ziel, in een ver verleden uit het oerlicht in de duisternis van het materiële bestaan gevallen, zoekt haar weg terug. Een van die wegen is het ritueel, zoals het sedert eeuwen door de katholieke kerken is behoed. Maar de betekenis ervan is grotendeels verloren geraakt en de zin ervan ontgaat de mens van nu. De speurtocht naar de betekenis van het misritueel, opgedragen in een tempel die volgens het grondmodel van de mens is ontworpen, bracht de auteur bij het miskende en soms omstreden Evangelie van de Pistis Sophia. Dit gnostische werk uit de tweede eeuw na Christus vertelt hoe de Pistis Sophia, het symbool van de wereldziel, door aardse archonten werd weggelokt uit de schatkamer van het Licht en verloren dreigde te raken in materiële duisternis. Met behulp van de Christus en door het zingen van dertien boetezangen vindt de Pistis Sofia de Lichtschat terug.
Dit visionaire verslag geeft inzicht in de weg van involutie en evolutie van elke individuele ziel en vormt de rode draad in dit boek over de mystieke grondslag van de kerkelijke rituelen. In de tempel, die de zevenvoudige afspiegeling is van de innerlijke mens, worden de zeven sacramenten gevierd, waarvan het vierde onze hoogstpersoonlijke inwijdingsweg is. Zo verlenen bekende misdelen als absolutie, offertorium en communie een verrassend universeel perspectief aan de ontplooiing van de verborgen potenties in de ziel. Moedig verbindt de auteur deze ontwikkelingsweg met de chakra's en de engelen en laat zien hoe elke misviering in wezen een herhaling van het pad naar verlichting is, waarbij in samenwerking met de lichtwerelden van de engelen achtereenvolgens alle chakra's worden beroerd. Met dit boek wil de auteur ons de diepere zin van ons rituele erfgoed teruggeven.

Muziek: Ferdinand Hügel, bespeler van alt-viool en viola d'amore, treedt vanaf zijn jeugd regelmatig als solist en kamermuzikant op. Sinds 1971 maakt hij deel uit van het beroemde Koninklijke Concertgebouw Orkest. Hügel maakte 20 jaar deel uit van het Sweelinck Kwartet. Hij zal onder andere enkele delen ten gehore brengen uit de Cello Suites van J.S. Bach.

Programma 19 mei 2001:
10.00 uur: zaal open
10.30 uur: opening Karen Hamaker-Zondag, geleide meditatie en muziek 10.45 uur: lezing Jacob Slavenburg Ik heb je zo lief ... 11.30 uur: presentaties drie nieuwe boeken
11.45 uur: lezing Hans Stolp De Christus in ons 12.30 uur: afsluiting ochtendgedeelte/muziek
pauze/lunch
14.00 uur: meditatie
14.15 uur: lezing Johan M. Pameijer
De werkelijkheid van het onbewuste
15.00 uur: muziek/koffie/thee
15.30 uur: lezing Willem Glaudemans Vergeving als inwijdingsweg 16.15 uur: panel- en zaaldiscussie
17.00 uur: sluiting/muziek

Aanmelden: Dit symposium zal op 19 mei a.s. worden gehouden in het Circustheater te Scheveningen. Makkelijk per openbaar vervoer te bereiken. Goede parkeermogelijkheden aanwezig. Indien u wilt reserveren
dient u f 85,00 (incl. lunch) of f 55,00 (excl. lunch) over te maken op Postbanknr. 823762 of ABN/AMRO-bank rek. nr. 59.62.46.927 t.n.v. uitgeverij Ankh-Hermes o.v.v. symposium 19 mei 2001. Wij zenden u, nadat wij uw overmaking hebben ontvangen, begin mei 2001 de routebeschrijving of mogelijkheden per openbaar vervoer en bestelde toegangskaart(en) toe.


02 mei 01 13:02