Ministerie van Middenstand en Landbouw België

21/05/2001

PERSBERICHT

PREMIE VOOR 'MANNELIJKE RUNDEREN' - AANHOUDINGSPERIODE

De Minister van Landbouw en Middenstand wenst de producenten-rundveehouders op de hoogte te brengen van de volgende wijziging met betrekking tot het premiestelsel "mannelijke runderen".

Herdruk van paspoorten van mannelijke runderen aangegeven voor de premie

Tot op heden werden de paspoorten van de mannelijke runderen waarvoor de premie is aangevraagd herdrukt tegen het einde van de verplichte aanhoudingsperiode met vermelding van P1 of P2.

Vanaf 1 juni 2001 zal de herdruk van de paspoorten gebeuren op één van de dagen volgend op de indiening van de premieaanvraag.

De producenten dienen er op toe te zien dat de mannelijke runderen waarvoor de premie wordt aangevraagd gedurende de volledige periode van 2 maanden worden aangehouden. Deze aanhoudingsperiode begint één dag na de datum waarop de premieaanvraag is ingediend (poststempel of afgiftedatum) en eindigt op het einde van de dag weergegeven op het ontvangstbewijs dat na de indiening van de premieaanvraag wordt verstuurd aan de producent.

Voorbeeld: Een producent dient een premieaanvraag 'mannelijke runderen' in op 1/10/2001 (poststempel zending). De verplichte aanhoudingsperiode begint bijgevolg op 2/10/2001 en eindigt op
1/12/2001 om 24 uur. De producent dient zijn dieren dus te houden tot en met 1/12/2001 en mag ze pas verkopen vanaf 2/12/2001.

Het vervroegd afdrukken en opsturen van de paspoorten betekent dus niet dat de minimale verplichte aanhoudingsperiode van 2 maanden niet meer dient te worden gerespecteerd.

In het geval wordt vastgesteld dat runderen zonder geldige reden (zie verder) het bedrijf hebben verlaten vóór het einde van de verplichte aanhoudingsperiode, zal conform de communautaire wetgeving de premieaanvraag gedeeltelijk of volledig geweigerd worden.

Gedwongen afvoer tijdens de aanhoudingsperiode

De producent is verplicht om elk geval van gedwongen afvoer als gevolg van 'natuurlijke omstandigheden' schriftelijk en binnen de 10 werkdagen volgend op de gebeurtenis mee te delen aan zijn Provinciale Bureau. Onder 'natuurlijke omstandigheid' wordt verstaan de gedwongen afvoer omwille van :


* noodslachting en/of sterfte van een dier als gevolg van een ziekte;

* noodslachting en/of sterfte van een dier na een ongeval waarvoor het bedrijfshoofd niet kan worden verantwoordelijk gesteld.

Om geldig te zijn dient de schriftelijke mededeling te worden vergezeld van de nodige bewijsstukken. Ingeval van een noodslachting dient steeds een fotokopij van het correct ingevulde en ondertekende document IVK20 (te bekomen via een erkende dierenarts) aan de schriftelijke mededeling te worden toegevoegd. Ingeval van ophaling door het vilbeluik dient een kopij van het ophalingsbewijs én een attest van de bedrijfsdierenarts te worden toegevoegd.

Indien de mededeling tijdig wordt ingestuurd en vergezeld is van geldige bewijsstukken, kan de premie zonder sanctie worden toegekend voor de overige runderen waarvoor de premie werd gevraagd.

Indien de mededeling laattijdig of niet gebeurde, of niet van geldige bewijsstukken is vergezeld, wordt niet alleen geen premie uitbetaald voor het (de) voortijdig afgevoerde rund(eren) maar wordt het premiebedrag voor de andere runderen van de premieaanvraag proportioneel verminderd volgens de bepalingen van de geldende reglementering.