22-05-01
Oplossingen voor storingen door aardse digitale televisie (DVB-T)
Nozema merkt sinds kort dat de kabelmaatschappijen alles in de strijd
gooien om een geduchte nieuwe concurrent buiten de deur te houden.
Aardse digitale televisie moet vanaf begin 2002 in een belangrijk deel
van Nederland te ontvangen zijn, maar de kabelmaatschappijen proberen
de publieke opinie negatief te beïnvloeden. Het argument dat veel
mensen last zullen krijgen van storende televisies is onhoudbaar. De
kabelmaatschappijen zelf kunnen op eenvoudige wijze voorkomen dat er
storingen ontstaan.
Aan de vooravond van het belangrijke debat over de toekomst van de
kabel en haar concurrentie - zoals aardse digitale televisie - lijkt
het erop dat de kabelmaatschappijen een groot offensief gestart zijn.
In De Telegraaf van afgelopen zaterdag stond een tendentieus verhaal
over de komst van aardse digitale televisie (ook DVB-T genoemd). De
kabelmaatschappijen willen de kamerleden er graag van overtuigen dat
de komst van digitale televisie alleen onheil brengt: zij voorzien
storende televisies bij vele huishoudens en hoge kosten om deze
storingen te verhelpen.
Hoeveel mensen krijgen last van storing?
Een deel van de mensen met een kabelaansluiting en kwalitatief slechte
pluggen die dicht bij de DVB-T zender wonen, ondervinden
waarschijnlijk hinder. Het getal van 1,8 miljoen huishoudens dat in de
media is genoemd, is theoretisch, gebaseerd op rekenmodel. De storing
kan variëren van nauwelijks waarneembaar tot goed waarneembaar op één
of enkele kabeltelevisiekanalen. Een uitgebreide test die Nozema op
stapel heeft staan voor een deel van de Randstad, moet hier meer
duidelijkheid over geven. Nozema is al maandenlang gereed om met de
test te beginnen, maar ook hier lijken de kabelmaatschappijen de zaak
behoorlijk te traineren bij de overheid.
Waardoor ontstaan storingen?
Als de kabeloperator er voor kiest om signalen op de kabel door te
geven op etherfrequenties, loopt hij het risico van storing door
zenders. Dit geldt zowel bij analoge als bij DVB-T zenders. Ingeval
van aardse digitale televisie betekent dit dat 0 tot 5 tv-kanalen van
de kabel mogelijk in kwaliteit achteruit gaan: er wordt ruis
zichtbaar. De oplossing van dit probleem is dat de kabeloperator de
gestoorde tv-kanalen niet gebruikt. Er is dan geen sprake meer van
interferentie en hij kan dan altijd een 70-tal televisieprogrammas
doorgeven (en in de digitale toekomst zelfs een veelvoud daarvan).
Wie dupeert de consument?
Als de kabelmaatschappijen weigeren mee te werken, duperen zij hun
eigen klanten. Voor de consument zit er dan niets anders op dan de
aanschaf van kwalitatief betere pluggen. Deze pluggen zijn ongevoelig
voor instraling van buitenaf en kosten enkele guldens per stuk. In
sommige gevallen dient ook de coaxkabel tussen muur en tv-toestel
vervangen te worden. Dit is vorig jaar reeds onderkend door de
staatssecretaris van Verkeer in Waterstaat. Zij schreef in november
2000 aan de Tweede Kamer: Het probleem kan technisch nagenoeg volledig
worden opgelost door het gebruik van goed aansluitmateriaal. Het gaat
hierbij hoofdzakelijk om de vervanging van antenne-stekkers. Na
vervanging van de aansluitmaterialen zullen naar schatting nog
ongeveer 1000 tot 2000 huishoudens met storingsproblemen overblijven.
Deze problemen worden met maatwerk opgelost.
Wat is de beste oplossing?
Het beste zou zijn als de overheid de kabelmaatschappijen duidelijke
spelregels oplegt: frequenties van zenders moeten voorrang krijgen op
de kabelfrequenties, hetgeen in de ons omringende landen al het geval
is. Bij storingen moet de kabelaar dan zijn frequenties aanpassen.
Zulke regels zouden in Nederland op slag alle potentiële storingen
voorkomen.
Welke bedreiging vormt aardse digitale televisie?
De kabelmaatschappijen zijn waarschijnlijk bang om klanten te
verliezen. Digitale televisie heeft een uitstekende beeld- en
geluidskwaliteit en is overal te ontvangen, los van de kabel.
Bovendien wordt digitale televisie in de markt gezet tegen een
concurrerende prijs. Dit geeft de consument de vrijheid om te kiezen
van wie hij zijn radio- en televisiesignalen wil ontvangen.
Conclusie.
Nozema neemt afstand van de stemmingmakerij door de
kabelmaatschappijen. Aardse digitale televisie kan zonder problemen
worden geïntroduceerd als de kabelmaatschappijen hun medewerking
verlenen. De overheid doet er daarom goed aan om nieuwe spelregels te
introduceren voor het gebruik van kabelfrequenties.