Ministerie van Buitenlandse Zaken

http://www.minbuza.nl/content.asp?Key=415629



Aan de Voorzitter van de Algemene Commissie voor Europese Zaken van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 DEN HAAG DIE Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag

Datum 22 mei 2001 Auteur M.Th. Crucq

Kenmerk DIE-304/01 Telefoon 070 348 48 76

Blad /1 Fax 070 348 40 86

Bijlage(n) 2 E-mail die-in@minbuza.nl

Betreft Informatievoorziening aan de Tweede Kamer over nieuwe Commissievoorstellen

C.c.

Overeenkomstig de bestaande afspraken heb ik de eer u hierbij twee fiches aan te bieden die werden opgesteld door de Werkgroep Beoordeling Nieuwe Commissievoorstellen (BNC):


1. Voorstel voor een verordening van de Raad tot wijziging van de Verordening nr.1683/95 betreffende de invoering van een uniform visummodel in verband met:

a.Voorstel voor een verordening van de Raad betreffende de invoering van een uniform model voor een blad waarop een visum kan worden aangebracht dat door de lidstaten wordt afgegeven aan houders van een reisdocument dat door de lidstaat die het blad opstelt niet wordt erkend.

b.Voorstel voor een verordening van de Raad betreffende de invoering van een uniform model voor verblijfstitels voor onderdanen van derde landen.


2. Mededeling van de Commissie over het "Behoud van de dynamiek door samenwerking - bijstelling van de Strategie Interne Markt - 2001"

De Staatssecretaris van Buitenlandse Zaken

Fiche 1: Uniform visummodel

Titel:

Voorstel voor een verordening van de Raad tot wijziging van de Verordening nr.1683/95 betreffende de invoering van een uniform visummodel in verband met:

a.Voorstel voor een verordening van de Raad betreffende de invoering van een uniform model voor een blad waarop een visum kan worden aangebracht dat door de lidstaten wordt afgegeven aan houders van een reisdocument dat door de lidstaat die het blad opstelt niet wordt erkend.

b.Voorstel voor een verordening van de Raad betreffende de invoering van een uniform model voor verblijfstitels voor onderdanen van derde landen.

Datum Raadsdocument:
2 april 2001

Nr. Raadsdocument:
7633/01 VISA 44 COMIX 243

Nr. Commissiedocument:
COM(01)157

Eerstverantwoordelijke ministerie
: ad a) Buitenlandse Zaken i.o.m. Justitie, ad b) Justitie

Behandelingstraject in Brussel:
Raadswerkgroep Visa

Consequenties voor EG-begroting in EURO (per jaar) : Geen

Korte inhoud en doelstelling van het voorstel
:

Ad a) Het voorstel beoogt de taakomschrijving van het uit artikel 6 van de Verordening betreffende een uniform visummodel ingestelde comité uit te breiden volgens de in artikel 5 van Besluit 199/468/EG vervatte procedure en in overeenstemming met artikel 7 van dat besluit. Dit comité zal worden belast met het harmoniseren van alle uitvoeringsmaatregelen, met name die betreffende normen voor het invullen van het (visum)blad dat de lidstaten die een dergelijk blad wensen te verstrekken aan personen die geen reisdocument bezitten of aan houders van een reisdocument dat door de lidstaat die het blad opstelt niet wordt erkend. Hierbij is het van belang dat gebruik wordt gemaakt van een blad papier dat voldoet aan hoge veiligheidnormen, met name om namaak en vervalsing te verhinderen. Ingeval een lidstaat deze alternatieve "drager" gebruikt dient deze drager het uiterlijk te bezitten van een uniform model en gebruikt te worden overeenkomstig het bepaalde in Verordening 1683/95.

Ad b) Met het voorstel voor een verordening van de Raad betreffende de invoering van een uniform model voor verblijfstitels voor onderdanen van derde landen beoogt de Commissie het gemeenschappelijk optreden van 16 december 1996, door de Raad aangenomen op basis van artikel K.3 van het Verdrag betreffende de Europese Unie, inzake een uniform model voor verblijfstitels alsmede door de Raad goedgekeurde technische specificaties te 'communautariseren' met als doel het document van de nodige (geharmoniseerde) veiligheidskenmerken te voorzien om namaak en vervalsing te verhinderen en herkenning door de daartoe bevoegde autoriteiten te vergemakkelijken.

Met beide voorstellen wordt uitvoering gegeven aan de conclusies zoals geformuleerd tijdens de buitengewone Europese Raad te Tampere waarin werd gewezen op de noodzaak van een doeltreffende beheersing van de migratiestromen en van illegale immigratie, en op het belang van daadwerkelijke controle aan de buitengrenzen als noodzakelijk complement van de uitvoering van deze beleidsmaatregelen.

Rechtsbasis van het voorstel:

Artikel 62, lid 2 onder b, punt iii van het EG-Verdrag en artikel 63, lid 3 onder a van het EG-Verdrag

Subsidiariteit, proportionaliteit, deregulering
:

Subsidiariteit: positief (a. verplichting o.g.v. EG-Verdrag, b. gedeeld initiatiefrecht), Proportionaliteit: positief. De voorstellen beogen een volledige harmonisatie van de lay-out van Europese documenten en van hun veiligheidskenmerken zodat er geen ruimte voor discretionaire beslissingen van de lidstaten wordt gelaten.

Nederlandse belangen
:

Middels een geharmoniseerd model wordt namaak en misbruik zo veel mogelijk verhinderd en wordt herkenning door de daartoe bevoegde autoriteiten vergemakkelijkt.

Consequenties voor nationale regelgeving/beleid c.q. decentrale overheden (betrokkenheid IPO/VNG):

De Verordening is verbindend in al haar onderdelen en is overeenkomstig het EG-Verdrag rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat

Rol EP in de besluitvormingsprocedure
: Raadpleging EP cfm artikel 67 EG-Verdrag.

Fiche 2: Strategie Interne Markt

Titel
:

Mededeling van de Commissie over het "Behoud van de dynamiek door samenwerking - bijstelling van de Strategie Interne Markt - 2001"

Datum Raadsdocument:
24 april 2001

nr. Raadsdocument:
8155/01

nr. Commissiedocument:
COM(2001) 198 definitief

Eerstverantwoordelijke Ministeries
: EZ en BZ

Behandelingstraject in Brussel
:

De Raadswerkgroep Horizontale Vraagstukken Interne Markt startte op 11 april met de bespreking; gewerkt wordt aan conclusies die de Interne Markt, Consumenten en Toerisme Raad in zijn zitting op 30/31 mei kan aannemen.

Consequenties voor EG-begroting in EURO (per jaar): N.v.t.

Korte inhoud en doelstelling van het voorstel:

Om de interne markt voor bedrijfsleven en burgers beter te doen functioneren, heeft de Commissie in november 1999 haar vijfjaarlijkse strategie voor de Europese interne markt gepubliceerd. Hiermee worden gebieden aangewezen waarop actie nodig is; ook wordt zo bevorderd dat deze strategisch belangrijke gebieden steeds bovenaan de politieke agenda prijken. De strategie is gericht op vier strategische doelstellingen:


* Verbetering van de efficiëntie van de producten- en kapitaalmarkten ('Markten');


* Verbetering van het ondernemingsklimaat ('Ondernemingen');

* Verbetering van de levenskwaliteit van de burgers ('Burgers');

* Gebruik maken van de interne markt in een veranderende wereld ('Extern').

Deze vier strategische doelstellingen op langere termijn zijn gecombineerd met operationele doelstellingen en gerichte acties op kortere termijn (18 maanden), die ieder jaar worden herzien en bijgewerkt. De keuze van de prioritaire gerichte acties in de nieuwe Strategie van april 2001 is grotendeels gebaseerd op de conclusies van de Europese Raad van Stockholm, waarbij de nadruk werd gelegd op de noodzaak door te gaan met de in Lissabon goedgekeurde agenda en waarin het belang van de interne markt als drijvende kracht achter de economische en structurele hervorming van de Unie werd bevestigd. De andere prioriteiten in de nieuwe Strategie zijn geselecteerd op basis van de analyses en het toezicht van de Commissie zelf: in het Cardiff-verslag, de globale richtsnoeren voor het economisch beleid, het Scorebord van de interne markt van november 2000 en de feedback van de dialoog met burgers en bedrijfsleven. Het gaat in totaal om 82 gerichte acties. Daarvan zijn er 50 aangemerkt als prioritair, waaronder:


* Richtlijn over de verkoop op afstand van financiële diensten,

* Implementatie van de richtlijn over juridische bescherming van biotechnologische uitvindingen,


* Verordening over het Gemeenschapsoctrooi,


* Zesde communautaire kaderprogramma voor onderzoek,

* Wijziging van de postrichtlijn (97/67) teneinde de liberalisering te vergroten,


* Nieuwe regelgeving voor elektronische communicatienetwerken en -diensten,

* Openstelling van de elektriciteits- en gasmarkt,

* Openstelling van luchthavenslots,


* Verlaging van het totale staatssteunniveau tot minder dan 1% van het BBP van de EU,


* Nieuwe verordening met betrekking tot de decentrale toepassing van de anti-trustregels van het EG-Verdrag,


* geleidelijke afschaffing van alle schadelijke belastingregelingen,

* Goedkeuring van het wetgevingspakket inzake overheidsopdrachten,

* Gecoördineerde strategie en een actieplan ter vereenvoudiging van EU- en nationale regelgeving,


* Commissie-inventaris van bestaande belemmeringen voor alle
dienstensectoren als onderdeel van de dienstenstrategie,


* Mededeling over een geïntegreerd productbeleid,

* Voorstel voor een kaderrichtlijn over de handel in broeikasgasemissierechten,


* Verordening tot oprichting van de Europese voedselautoriteit,

* Verordening tot vaststelling van het kader voor een gemeenschappelijk Europees luchtruim,


* Voorbereiding van de start van het Europees netwerk (EB-Net) voor buitengerechtelijke geschillenregeling,


* Verordening om de coördinatie van sociale-zekerheidsregelingen te moderniseren,


* Actie op het gebied van aanvullende pensioenen,

* Richtlijn over de BTW-behandeling bij elektronische handel,

* Verordening betreffende internationale standaarden voor jaarrekeningen,

* Voltooiing van de "peer review"-procedures voor toezichthouders op banken, verzekeringen en beurzen uit de EU en een aantal kandidaat-lidstaten.

Rechtsbasis van het voorstel:
N.v.t, het betreft een mededeling.

Subsidiariteit, proportionaliteit, deregulering:

De in november 1999 gepubliceerde vijfjaarlijkse strategie voor de Europese interne markt is eind 1999 door de Europese Raad van Helsinki onderschreven. Uit de (jaarlijks bijgewerkte) Strategie blijkt per gerichte actie wie de verantwoordelijkheid voor een actie draagt: de Commissie, de Raad (vaak samen met het Europees Parlement) of de lidstaten.

Nederlandse belangen

De Europese interne markt begunstigt duurzame economische groei en werkgelegenheid. Onder verwijzing naar de EU-doelstelling om Europa de meest dynamische en concurrerende economie van de wereld te maken onderschrijft Nederland dat er gerichte acties worden geformuleerd die de werking van de interne markt meetbaar moeten begunstigen. De Strategie vormt daarmee een belangrijk instrument om alle betrokkenen bij de les te houden. De vertraagde groei van de wereldeconomie maakt het belang van een intensieve interne-marktstrategie des te urgenter.

Consequenties voor de nationale regelgeving/beleid cq decentrale overheden (betrokkenheid IPO/VNG
): N.v.t.

Rol EP in de besluitvormingsprocedure:
In dit stadium niet, het betreft een mededeling.

Kenmerk
DIE-304/01
Blad /1

===