|
College stelt instelling Reizigers Adviesraad voor
College stelt instelling Reizigers Adviesraad voor
Het college van B&W wil een Reizigers Adviesraad (RAR) instellen. Dit orgaan zal het gemeentebestuur adviseren over het openbaar vervoer en behartigt de belangen van de reiziger. Hierdoor krijgt de gemeente als opdrachtgever voor het openbaar vervoer veel informatie over zaken die de gebruiker van het openbaar vervoer belangrijk vindt. De RAR zal bestaan uit consumentenorganisaties en individuen.
De Reizigers Adviesraad is het platform voor organisaties en
individuen om het gemeentebestuur te adviseren over de uitvoering van
de dienstregeling, de informatievoorziening door de vervoerder aan de
reiziger, de voorwaarden waartegen het openbaar vervoer wordt
verricht, voorzieningen voor gehandicapten (met name wat betreft de
toegankelijkheid), de veiligheid voor reizigers en personeel,
klachtenprocedures en de vergoedingsregeling voor de reiziger in geval
van vertraging.De RAR kan ook ongevraagd adviezen uitbrengen. De
adviezen hebben in eerste instantie betrekking op het jaarlijks aan te
passen programma van eisen. De RAR is voor de opdrachtgever ook een
forum om informatie te verstrekken over het openbaar vervoer en
hierover nader overleg te voeren.
Het college stelt voor om in eerste instantie acht consumenten-
organisaties uit te nodigen om aan de RAR deel te nemen: de Vereniging
Reizigers Openbaar Vervoer Amsterdam (ROVER), de Algemene Nederlandse
Bond van Ouderen (ANBO), de Fietsersbond, de Stichting Gehandicapten
Overleg Amsterdam, de Kamer van Koophandel Amsterdam, de Vereniging
Stadsvervoerbelangen, de Consumentenbond, en het Milieucentrum
Amsterdam (MCA). Daarnaast zullen acht leden op persoonlijke titel en
op grond van gebleken expertise worden benoemd. Benoeming geschiedt
voor een periode van vier jaar. Er zal een onafhankelijke voorzitter
worden benoemd.
De instelling van een Reizigers Adviesraad past binnen de
opdrachtgeversrol die de gemeente Amsterdam in het openbaar vervoer
heeft. Door de voorgenomen verzelfstandiging wordt deze rol
belangrijker. Concessiehouder, en dus opdrachtnemer, is het
Gemeentevervoerbedrijf (GVB). Ook na de verzelfstandiging van het GVB
zal Amsterdam opdrachtgever blijven.
Met de Wet Personenvervoer 2000 (ingegaan op 1 januari 2001) is onder
meer de marktwerking in het openbaar vervoer geïntroduceerd. Om de
belangen van de consument in het openbaar vervoer te beschermen
verplicht deze wet zowel de concessieverlener als de concessiehouder
om consumentenorganisaties de gelegenheid te bieden tot advisering,
informatie-uitwisseling en overleg.
Bespreking in de raadscommissie is op 13 juni.
Hans Joosten
Naar boven
-
© gemeente Amsterdam - 23-05-2001