Provincie Noord-Holland

Persbericht, 23 mei 2001

Nieuw provinciaal beleid art.19 Wet RO een succes In het laatste kwartaal van 2000 zijn er bijna 2.500 minder verklaringen van geen bezwaar door Gedeputeerde Staten afgegeven in het kader van de nieuwe art. 19 Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO). Dit blijkt uit een provinciaal onderzoek onder Noord-Hollandse gemeenten en Amsterdamse stadsdelen.

Wat is artikel 19 WRO?
Artikel 19 maakt het gemeenten mogelijk om af te wijken (vrijstelling te verlenen) van het geldende bestemmingsplan. Voor projecten die niet afwijken van vastgesteld provinciaal beleid (zoals bijv. het streekplan) of ruimtelijk rijksbeleid en geen speerpunt zijn van provinciaal- of rijksbeleid, is daarvoor sedert mei 2000 geen verklaring van geen bezwaar van GS meer nodig.

Waarom nieuw provinciaal art. 19 WRO beleid?
Vóór mei 2000 was bijvoorbeeld een verklaring van geen bezwaar nodig voor ieder bouwplan dat afweek van het geldende bestemmingsplan voordat een bouwvergunning kon worden verleend. GS verwachtten dat met de nieuwe werkwijze het aantal aanvragen voor verklaringen van geen bezwaar met eenderde zou dalen. Er werden met andere woorden tot voor kort veel verklaringen van geen bezwaar aangevraagd voor projecten waarvan vooraf reeds bekend was dat ze niet in strijd waren met het provinciale beleid. Het onderzoek heeft de verwachtingen van GS bevestigd.

De aantallen
Aan het onderzoek werkten ongeveer 2/3e van de gemeenten en stadsdelen mee. In totaal is in het laatste kwartaal van het afgelopen jaar 299 keer toepassing gegeven aan artikel 19, lid 2, en 1239 keer aan lid 3. Voor alle gemeenten en stadsdelen zou dat neerkomen op ca. 450 vrijstellingen ex lid 2 en ca. 1900 vrijstellingen ex lid 3. Op jaarbasis komt dat uit op 1800 resp. 8000 vrijstellingen. Overigens zijn deze cijfers vertekend, omdat hierin ook de zogeheten kruimelgevallen zijn meegeteld, zaken die toch al niet aan GS behoefden te worden voorgelegd.

Wanneer wel\geen artikel 19 WRO procedure?
Projecten die vallen binnen de volgende speerpunten van provinciaal beleid, hebben nog wel een verklaring van geen bezwaar van GS nodig:

1. Locatiebeleid en grootschalige voorzieningen
2. Perifere en grootschalige detailhandel

3. Woningbouwbeleid

4. Behoud van open ruimten

5. Consolideringsgebieden, d.w.z. beleid gericht op behoud van voldoende grasland voor behoud van de populatie weidevogels
6. Natuurgebieden en ecologische hoofdstructuur
7. Bescherming van cultuurhistorische en archeologische monumenten
8. Afremmen van niet-agrarische functies in het landelijk gebied
9. Concentratiebeleid in de glastuinbouw

10. Terughoudend beleid voor nieuwe agrarische bouwpercelen
11. Afremming van niet grondgebonden agrarische activiteiten in het landelijk gebied zoals intensieve veehouderij ter voorkoming van verdichting in het landelijk gebied

12. Vrijkomende agrarische bebouwing

13. Terughouden beleid ten aanzien van een tweede agrarische bedrijfswoning

14. Bebouwingsvrij houden van kustzones en waterkeringen
15. Luchtvaartlawaai en luchtverkeer: binnen geluidszones (incl. vrijwaringszone rond Schiphol) geen realisatie van geluidsgevoelige objecten

16. Verkeersveiligheid en doorstroming op de wegen
17. Windenergie

18. Ontgrondingen: terughoudend beleid ten aanzien van zandwinning in Waddenzee, IJssel- en Markermeer en de Randmeren.
19. Bedrijventerreinen en havens

20. Ontwikkeling van nieuwe verblijfs- en dagrecreatieve voorzieningen zoals campings en bungalowparken en\of jachthavens.

Meer infromatie bij Bouwe Burema, tel. (023) 514 33 35, e-mail buremab@noord-holland.nl