Groningen, 23 mei 2001 Persbericht nr. 101
Gronings Actieplan Water vastgesteld
Gedeputeerde Staten van Groningen hebben vandaag het Actieplan Water
Groningen 2001 vastgesteld. Met de activiteiten, die in het plan
worden aangekondigd, wil de provincie samen met haar partners een
begin maken met een andere manier van omgaan met water in onze
leefomgeving. Die andere benadering moet leiden tot een duurzamere
inrichting van de provincie, met een betere waterbeheersing zowel
onder natte als droge omstandigheden.
Een deel van de acties volgt uit het Provinciaal Omgevingsplan (POP)
Groningen, waarin al rekening is gehouden met de nieuwe ontwikkelingen
in het waterbeleid. Ook vloeien acties voort uit de Startovereenkomst
Waterbeleid 21e Eeuw, die begin dit jaar is ondertekend door het
Kabinet, de provincies, de gemeenten en de waterschappen. De
Startovereenkomst is een opstap naar het Nationaal Bestuursakkoord
Water, dat medio 2002 door de genoemde partijen zal worden gesloten.
Daarin worden afspraken vastgelegd over maatregelen om de
waterhuishouding in de verschillende deelstroomgebieden in ons land op
orde te brengen en te houden.
Een belangrijk onderdeel van het Actieplan is het opstellen en
uitvoeren van maatregelen tegen wateroverlast in de Gronings-Drentse
deelstroomgebieden Noorderzijlvest en Hunze en Aa's. Daarbij wordt
rekening gehouden met de zwaardere eisen die in de toekomst aan de
waterhuishouding zullen worden gesteld door klimaatverandering,
zeespiegelstijging, bodemdaling en toename van het verharde oppervlak.
Hiervoor loopt al een gezamenlijk project van de provincies Groningen
en Drenthe, de waterschappen Noorderzijlvest en Hunze en Aa's en
Rijkswaterstaat.
Ook bevat het plan acties die ervoor moeten zorgen dat meer rekening
met het water wordt gehouden bij nieuwe plannen en ontwikkelingen voor
bijvoorbeeld woonwijken en bedrijventerreinen.
De beheersing van toekomstige noodsituaties moet worden verbeterd door
goede onderlinge afstemming van de verschillende calamiteitenplannen
en door het in gebruik nemen van een modern hoogwaterinformatiesysteem
(HIS).
Tenslotte wil de provincie de kennis van de bevolking over de
waterproblematiek vergroten door betere communicatie, een waterwebsite
en een educatieproject voor scholieren.
Water langer vasthouden
Vechten tegen het water zit Nederlanders in het bloed. Met dijken en
gemalen hebben we ons lage land bewoonbaar gemaakt. Dat moet zo
blijven. Maar in de strijd tegen het water zijn we met onze technische
aanpak enigszins doorgeschoten. Overtollig water wordt te snel uit de
polders naar de kanalen en meren (de boezem) gepompt om van daaruit op
zee te worden geloosd. De waterstanden in de boezem worden daardoor
bij extreme regenval, zoals in oktober 1998, te hoog, waardoor kaden
langs de boezem dreigen te bezwijken of te overstromen. Doordat in
winter en voorjaar te veel water wordt afgevoerd ontstaan `s zomers
tijdens droge perioden onnodig grote watertekorten. De snelle
waterafvoer moet daarom worden vertraagd. Dat kan door regenwater
eerst zoveel mogelijk vast te houden in sloten, vijvers, lage plekken
en dergelijke. Als dat niet meer lukt moet het in nabij gelegen
bergingsgebieden worden opgeslagen. Pas als die waterberging vol is,
mag het water naar elders worden afgevoerd. Met deze strategie van
Vasthouden - Bergen - Afvoeren (VBA) wordt voorkomen dat problemen te
snel op stroomafwaarts gelegen gebieden worden afgewenteld.
Meer ruimte voor water
Om het water langer te kunnen vasthouden en bergen is meer ruimte
nodig dan nu beschikbaar is. Die ruimte is schaars. Daarom streeft de
provincie ernaar de waterberging ook zoveel mogelijk te gebruiken voor
andere doeleinden, zoals natuurontwikkeling, recreatie en wonen aan
het water. De Blauwe Stad is een goed voorbeeld van een project waarin
waterberging met andere functies wordt gecombineerd.
Watertoets, waterkansenkaart en waterparagraaf
De nieuwe waterstrategie moet als vast uitgangspunt gaan gelden bij
nieuwe plannen en ontwikkelingen. De provincie bevordert dit. Alle
plannen, die ter beoordeling aan de provincie worden voorgelegd,
worden sinds enige tijd onderworpen aan een watertoets. Daarbij wordt
nagegaan of het betreffende plan nadelige gevolgen voor de
waterhuishouding zal hebben en of de strategie
Vasthouden-Bergen-Afvoeren voldoende is toegepast. De watertoets wordt
de komende tijd verder ontwikkeld.
Voor de belangrijkste reeds lopende plannen zal de provincie nagaan of
ze nadelige gevolgen voor de waterhuishouding hebben. In overleg met
betrokken partijen zal dan worden bekeken of die gevolgen alsnog
kunnen worden voorkómen of gecompenseerd.
De provincie bevordert ook dat gemeenten en waterschappen hun plannen
vroegtijdig op elkaar afstemmen. De waterschappen maken
waterkansenkaarten, waarop ze aangeven op welke locaties bepaalde
ontwikkelingen vanuit de waterhuishouding gezien wel of juist niet
gewenst zijn. Op basis daarvan stellen alle Groningse gemeenten vóór
2005 een waterplan op, waarin ze aangeven hoe de waterhuishouding er
op hun grondgebied in de toekomst uit moet komen te zien en wat
daarvoor nodig is. Het gemeentelijk waterplan levert tevens informatie
voor de waterparagraaf die gemeenten in hun bestemmingsplannen moeten
opnemen.
Voor meer informatie over dit persbericht kunt u contact opnemen met:
Wim Trip, afdeling bestuurscontacten provincie Groningen, tel. 050
3164129