Wageningen Universiteit

di 29-05-01 GEUR- EN DWAALSPOREN SPELEN EEN HOOFDROL BIJ HET ZOEKGEDRAG VAN SLUIPWESPEN


tijd 16:00 uur
adres Aula, Gen. Foulkesweg 1, Wageningen
onderwerp Promotie drs. M. Vos
titel Foraging under incomplete information: parasitoid behaviour and community dynamics

promotor(en): prof.dr. L.E.M. Vet (evolutionaire ecologie) en prof.dr. J.C. van Lenteren (entomologie)
(co)promotor(en): dr. A. Hemerik (wiskundige en statistische modellen)
informatie Stafafdeling Communicatie, Gert van Maanen, tel. 0317-485003
Sluipwespen spelen een belangrijke rol binnen ecosystemen, vertonen een enorme soortenrijkdom en zijn van economisch belang door hun rol in de biologische bestrijding van plaaginsekten. Bovendien zijn het bij uitstek modeldieren voor evolutionair ecologische onderzoek. Matthijs Vos onderzocht het zoekgedrag van sluipwespen om evolutionaire en ecologische vragen te beantwoorden. Hierbij heeft hij zich geconcentreerd op twee populaties van een sluipwesp (Cotesia glomerata) die koolwitjesrupsen bestrijden in koolgewassen: de endemische populatie in Europa en de populatie die is ontstaan door introductie van deze soort in Noord Amerika. In Amerika richt deze sluipwesp zich op alleen levende larven van het kleine koolwitje (het grote koolwitje, waarvan de larven in clusters voorkomen, komt daar niet voor), terwijl in Europa rupsen van beide koolwitjessoorten als prooi dienen. De sluipwesp blijkt door herbivoren geinduceerde vluchtige plantenstoffen te gebruiken om gastheren te lokaliseren, maar soms lijkt er ook sprake van een geurvariant van dwaallichten. Dit heeft gevolgen voor de dynamiek van levensgemeenschappen van sluipwespen en herbivoren. Afhankelijk van de diversiteit aan herbivoren, kunnen zulke effecten het plaatselijk uitsterven van sluipwespensoorten veroorzaken, of juist het voortbestaan van levensgemeenschappen bevorderen.