Rijksuniversiteit Groningen

Zichtbaar maken van bèta-receptoren verhoogt inzicht in hart- en longaandoeningen

Zenuwcellen in het lichaam communiceren met elkaar en met andere cellen door middel van hormonen en hormoonachtige stoffen, de neurotransmitters. Deze neurotransmitters worden opgevangen door bepaalde receptoren. Biologe drs. Petra Doze wist met behulp van de PET-camera de zogeheten bèta-receptoren in de hersenen, het hart en de longen af te beelden. Zij promoveert op 30 mei 2001 aan de Rijksuniversiteit Groningen.

Tot nu toe was onderzoek naar bèta-receptoren alleen mogelijk in witte bloedlichaampjes en in menselijk weefsel verkregen tijdens een operatie of na het overlijden. Het afbeelden van de bèta-receptoren in het menselijk lichaam kan een bijdrage leveren aan de kennis over ziekten zoals astma, hoge bloeddruk, hartfalen, depressiviteit en multipele sclerose. Bij deze aandoeningen is onder meer het aantal bèta-receptoren veranderd. Daarnaast kan het bestuderen van de interacties van geneesmiddelen met de bèta-receptor bijdragen aan de ontwikkeling van betere geneesmiddelen. De neurotransmitter noradrenaline is in staat om via de bèta-receptor de werking van cellen te beïnvloeden. Noradrenaline reguleert onder meer de lichamelijke processen die te maken hebben met inspanning, zoals het rondpompen van het bloed door het hart en de zuurstofopname door de longen. Omdat noradrenaline de communicatie in het hele lichaam moet verzorgen zijn bèta-receptoren in veel verschillende organen aanwezig. Bij aandoeningen zoals astma, hoge bloeddruk en hartfalen is het aantal receptoren veranderd. Voor de behandeling van deze ziekten worden geneesmiddelen gebruikt die op noradrenaline lijken en via de bèta-receptor werken. "Om te zien hoe de receptoren zijn veranderd en wat voor effect de behandeling erop heeft, wilden we bèta-receptoren in hart en hersenen afbeelden en kwantificeren", zegt de promovendus. "We ontwikkelden een op noradrenaline lijkende stof en merkten die met een radioactief atoom. Door dit product (radiofarmacon) toe te dienen aan de patiënt, is de locatie ervan met de PET-camera van buitenaf waar te nemen. Het radiofarmacon, CGP12388, bleek uitstekend geschikt voor het afbeelden van bèta-receptoren in hart, longen en milt van gezonde proefpersonen. Ook bleek het mogelijk om het aantal bèta-receptoren in het hart te bepalen. Binnenkort zullen we deze methode toepassen bij patiënten met hartfalen." CGP12388 kan echter de bloed-hersenbarrière niet passeren en is daarom niet geschikt voor het afbeelden van bèta-receptoren in de hersenen. Uit dierexperimenteel onderzoek bleek dat het radiofarmacon S- fluorethylcarazolol wel geschikt is voor hersenonderzoek met behulp van PET. "Wanneer blijkt dat deze stof ongevaarlijk is voor mensen, kan worden gestart met vervolgonderzoek in proefpersonen", aldus Doze. /ImK

Doze (Hoogeveen, 1972) studeerde biologie aan de RUG. Zij verrichtte haar promotieonderzoek op het PET-centrum van het Academisch Ziekenhuis Groningen, in samenwerking met de onderzoeksschool Behavioral and Cognitive Neurosciences (BCN) van de RUG. NWO financierde het onderzoek.