Afzetprijzen industrie in april gestegen
Het prijsniveau van de Nederlandse industrieproducten ligt in april 0,9% hoger dan in maart. De binnenlandse afzetprijzen zijn in april met 0,3% gestegen. De exportprijzen namen met 1,3% toe. Uit voorlopige cijfers van het CBS blijkt dat met name de prijzen van voedingsmiddelen en aardolieproducten fors zijn gestegen.
In vergelijking met april 2000 ligt het prijsniveau van Nederlandse industrieproducten in april van dit jaar gemiddeld 6,0% hoger.
Exportprijzen rundvleesproducten fors gestegen
De exportprijzen van producten in de voedingsmiddelenindustrie zijn in april ten opzichte van maart sterk gestegen (+2,9%), zo blijkt uit voorlopige cijfers van het CBS. Deze prijsstijging moet vooral worden toegeschreven aan de zeer forse prijsstijging van rundvleesproducten als gevolg van de mond- en klauwzeercrisis (+38,0%).
Op de binnenlandse afzetmarkt is de prijs van rundvlees flink gestegen (+19,1%). De prijs van varkensvlees daalde daarentegen (-13,3%).
Prijsstijging aardolie-industrie
De prijzen van producten van de aardolie-industrie zijn in april onder invloed van de ontwikkelingen op de wereldmarkt met 4,3% gestegen ten opzichte van maart. De prijsstijging in april is met name veroorzaakt door sterk gestegen prijzen van benzines.
Vergeleken met een jaar eerder ligt het prijsniveau van de aardolie-industrie in april 15,2% hoger.
Als de prijsontwikkeling van de aardolie-industrie buiten beschouwing wordt gelaten, ligt het prijsniveau van Nederlandse industrieproducten in april geen 0,9% maar 0,5% hoger dan een maand eerder. Vergeleken met april 2000 zou het prijsniveau van Nederlandse industrieproducten niet 6,0% hoger liggen, maar 4,9%.
Verbruiksprijzen gestegen
De prijzen van grondstoffen en halffabrikaten die de industrie verbruikt, zijn in april van dit jaar met 1,2% gestegen ten opzichte van maart. Met name grondstoffen en halffabrikaten van Nederlandse herkomst zijn duurder geworden (+2,1%). Vooral ingekochte landbouwproducten zijn in prijs gestegen (+9,9%). Geïmporteerde grondstoffen stegen licht in prijs (+ 0,5%).
In vergelijking met een jaar eerder liggen de verbruiksprijzen in april gemiddeld 7,7% hoger.
Technische toelichting
De producentenprijsindexcijfers hebben gedurende een tijdvak van vijf maanden een voorlopig karakter; daarna worden zij definitief. Cijfers van de vijf voorafgaande maanden kunnen zijn aangepast op grond van informatie die na de publicatie van het vorige persbericht beschikbaar is gekomen. Gezien de sterke prijsfluctuaties zijn de bijstellingen van voorlopige cijfers hoger dan gebruikelijk. Zo is het cijfer voor de verbruiksprijzen van maart met 1,1 procentpunt bijgesteld.
Het producentenprijsindexcijfer geeft de gemiddelde prijsontwikkeling weer van Nederlandse industrieproducten. De prijzen, die ten grondslag liggen aan de hier gepresenteerde prijsindexcijfers, zijn verkregen door rechtstreekse waarneming bij industriële en handelsondernemingen. De daarbij geldende condities zijn: prijzen af-fabriek en exclusief BTW, subsidies, accijnzen en eventuele heffingen. De invoerprijzen worden gemeten onder de conditie C.I.F. ('Cost, Insurance, Freight') of franco aan de Nederlandse grens, dat wil zeggen vóór het inklaren aan de Nederlandse grens.
De prijsindexcijfers van de afzet zijn een gewogen gemiddelde van prijsgegevens voor de binnenlandse afzet en voor de uitvoer van de desbetreffende goederen. De prijsindexcijfers van het verbruik van grondstoffen en halffabrikaten zijn een gewogen gemiddelde van prijsgegevens voor de aankoop van binnenlandse producten en voor de invoer van de desbetreffende goederen.
De producentenprijsindexcijfers worden berekend volgens de methode van Laspeyres. Bij deze methode wordt de prijs van een product uit de verslagperiode gerelateerd aan de prijs van hetzelfde product (dat wil zeggen met dezelfde kwaliteit en leveringscondities) in het basisjaar en met als gewichten waarden in de basisperiode. De hier gepubliceerde indices hebben als basisjaar 1995, dat wil zeggen dat de indices voor het jaar 1995 op 100 zijn gesteld.