Identiteitscontrole met biometrie in ontwikkeling

De verwachting is dat vanaf 2003 elke Nederlander met biometrische identificatie te maken zal krijgen. Deze verwachting wordt weliswaar uitgesproken door producenten van biometrische systemen, maar het is niet slechts ijdele hoop. Het ministerie van Binnenlandse Zaken onderzoekt namelijk via drie proeven welke van de huidige biometrie methoden het best toepasbaar is.

Zo loopt er in Delft een proeg waarbij uitkeringsgerechtigden zich kunnen identificeren met hun vingerafdruk en op die manier thuis de maandelijkse werkbriefjes kunnen afhandelen (hierover werd reeds eerder in de Nieuwsbrief van ECP.NL bericht).Verder begint er in Hilversum een proef waarbij een infraroodcamera de gezichten van de deelnemers aan een inburgeringscursus identificeert.Tenslotte is er recentelijk een proef begonnen bij de vreemdelingenpolitie in Rotterdam. Hierbij wordt irisherkenning gebruikt om fraude bij de maandelijkse melding tegen te gaan.

Aan de invoering van biometrie op grote schaal kleven nogal wat haken en ogen. Ten eerste zijn er technische drempels, omdat met biometrie zelden 100% zekerheid over de identiteit kan worden verkregen. De vraag is dan of het systeem `extra voorzichtig' wordt afgesteld (en dus soms mensen onterecht niet herkent) of juist `extra soepel' (waardoor soms onterecht een fraudeur wordt doorgelaten). Daarnaast kleven er ook privacy-aspecten aan het opslaan van biometrische kenmerken. Zo is bijvoorbeeld de Discopas recent door de Registratiekamer onderzocht. Deze pas slaat een digitale scan van gezicht en vingerafdruk op en wordt gebruikt voor de identificatie van disco-bezoekers. Als de bezoeker op een zwarte lijst staat, wordt de toegang geweigerd. De Registratiekamer kwam tot de conclusie dat biometrie in dit geval een zwaar middel is. "Maar voor het bereiken van het doel, minder geweld in disco's, is het redelijk zo'n zwaar middel toe te passen", aldus een woordvoerder.

Dergelijke privacy-problemen met biometrie zijn echter te vermijden, aldus producenten Unisys en Joh. Enschedé. De biometrische gegevens kunnen immers worden opgeslagen op een smartcard in plaats van een centrale database. De kaarteigenaar is dan dus de bezitter van de biometrische data en kan zo zichzelf identificeren zonder dat zijn persoonsgegevens beschikbaar zijn voor onbevoegden. Nog een stap verder is een systeem dat ontwikkeld is door Tele-ID: Elke keer wanneer iemand zijn smartcard gebruikt, berekent het systeem een nieuwe sleutel, die alleen toegang geeft tot de persoonsgegevens die voor die situatie nodig zijn. Zo hoeft een baliemedewerker van een hotel niet te weten hoe oud je bent of waar je woont, het gaat hem alleen iets aan of je kunt betalen of niet. Een verkoper in een slijterij hoeft juist weer alleen je geboortedatum te weten, de overige gegevens worden dus voor hem verborgen gehouden.

Zowel de technische als de juridische en sociale ontwikkelingen rond biometrie worden gevolgd door het Nederlands Biometrieplatform (in oprichting). Zoals u in de vorige ECP.NL Nieuwsbrief heeft kunnen lezen heeft ECP.NL aangeboden dit platform te huisvesten. Een eerste orienterende bijeenkomst van het platform heeft reeds plaatsgevonden, een volgende bijeenkomts zal naar verwachting begin juli plaatsvinden. Biometrische systemen die gefaciliteerd worden door smartcards worden op de voet gevolgd door de Chipcard-expertgroep van ECP.NL. De verbanden tussen chipcardtechnologie en biometrie zullen ook worden toegelicht op het nationaal congres van ECP.NL op 20 en 21 november. Beide onderwerpen zullen op de tweede dag in een parallelsessie worden behandeld.

Jacob Boersma (jacob.boersma@ecp.nl)