28-5-2001
Antwoorden op schriftelijke vragen VVD over vergunningenbeleid
Naar aanleiding van schriftelijke vragen die door de fractie van de
VVD op 4 april 2001 zijn ingediend met betrekking tot de versoepeling
van het vergunningenbeleid in verband met de dereguleringsvoorstellen
uit het MDW-rapport Openbare Inrichtingen, heeft het college van
burgemeester en wethouders van Maassluis een antwoordschrijven
verzonden. De brief zal worden behandeld in de openbare vergadering
van de gemeenteraad op woensdag 6 juni. Het college beantwoordt de
vragen van de VVD als volgt:
"Naar aanleiding van uw bovenvermelde brief waarin u vragen stelt met
betrekking tot het rapport Openbare Inrichtingen voortvloeiend uit de
operatie Marktwerking, Deregulering en Wetgevingskwaliteit van het
Ministerie van Economische Zaken antwoorden wij u als volgt
(de nummering correspondeert met de nummering van de vragen in uw
brief van 4 april jl.):
1. Desgevraagd hebben wij een exemplaar van het rapport van de
MDW-werkgroep Openbare Inrichtingen ontvangen.
2. Wij onderschrijven dat de aanbevelingen van de werkgroep kunnen
bijdragen aan een efficiënte en veilige bedrijfsvoering van openbare
inrichtingen, met dien verstande dat een aantal zaken die in het
rapport worden aangekaart nog nader moet worden onderzocht en
uitgewerkt.
3. Wij streven zoveel als mogelijk naar vereenvoudiging van de
gemeentelijke vergunningverlening. Als voorbeeld wijzen wij op ons
voorstel in de concept horecanota om tot geintegreerde
vergunningverlening voor horecabedrijven (exploitatievergunning) te
komen. Dit voorstel correspondeert met de aanbevelingen uit het
MDW-rapport.
4. Tot op heden is nog geen implementatieplan met betrekking tot de
aanbevelingen van de werkgroep door het Kabinet gepresenteerd.
Wel heeft het Kabinet in een schrijven aan de Tweede Kamer kenbaar
gemaakt dat de VNG bereid is om samen met de Rijksoverheid tot nadere
uitwerking te komen van de aanbevelingen van de werkgroep.
Voorshands zien wij geen aanleiding om vooruitlopend op deze nadere
uitwerking de werkwijze bij de gemeente rigoureus te wijzigen.
5. De gemeentelijke organisatie beschikt over één
bedrijven-contactfunctionaris. Deze medewerker is het centrale
aanspreekpunt voor het Maassluise bedrijfsleven. Hij kan aangeven waar
men informatie kan verkrijgen over grond, plannen, vergunningen etc.;
hiermede wordt voorkomen dat ondernemers zelf "hun weg moeten vinden"
binnen de gemeentelijke organisatie.
Zo zal voor specifieke zaken op het terrein van bijvoorbeeld de
openbare orde en veiligheid en de bijzondere wetgeving (onder meer
Drank- en Horecawet) worden doorverwezen naar de gemeentelijke
afdeling (i.c. de afdeling kabinet c.a.) die deze zaken behandelt.
Wij zijn van mening dat, mede gezien de specifieke deskundigheid die
met name op drank- en horecagebied is vereist, een dergelijke situatie
niet dient te worden gewijzigd.
Wij vertrouwen erop u hiermede naar behoren te hebben geinformeerd.
Tenslotte delen wij u mee dat het antwoord op uw vragen zal worden geagendeerd voor de vergadering van de gemeenteraad van 6 juni 2001."