Ministerie van Defensie



Brieven aan de Kamer


Antitankmijnen/antipersoneelmijnen

06-06-2001

De behoeftestelling antitankmijnen en alternatieve middelen voor antipersoneelmijnen is op 19 april jl. aan de orde geweest tijdens het algemeen overleg met de vaste commissie voor Defensie. Het lid Harrewijn (GroenLinks) heeft tijdens dat overleg de vraag gesteld of horizontaaleffectwapens technisch eenvoudig om te bouwen zijn tot antipersoneelmijnen. Ik heb hem toegezegd deze vraag schriftelijk te beantwoorden. Eerder zijn vergelijkbare vragen van het lid Hoekema (D66) uitgebreid beantwoord. Gaarne verwijs ik daarnaar (2 december 1997; Tweede Kamer, vergaderjaar 1997-1998, aanhangsel 751-752).

Zoals al in de antwoorden van 2 december 1997 is uiteengezet, zijn de horizontaaleffectwapens van de Nederlandse krijgsmacht uitsluitend voorzien van hulpmiddelen om ze op afstand te bedienen. Om de wapens te gebruiken als antipersoneelmijn zijn een speciale ontsteker en een struikeldraad nodig. Iemand die daarover beschikt, kan het horizontaaleffectwapen dus inzetten als antipersoneelmijn. Zoals al in de eerder genoemde antwoorden is betoogd, is het daarvoor echter door zijn fysieke en technische eigenschappen ongeschikt, en zeker niet te vergelijken met de antipersoneelmijnen die zoveel leed teweegbrengen.

De staatssecretaris van Defensie,

H.A.L. van Hoof