COLO

Advies stuurgroep slecht voor ontwikkeling kenniseconomie

Aanbevelingen stuurgroep slecht voor ontwikkeling Nederlandse kenniseconomie

Colo, de vereniging landelijke organen beroepsonderwijs, maakt zich grote zorgen over de ontwikkeling van het Nederlandse beroepsonderwijs en de kenniseconomie. Dit schrijft de koepelorganisatie van het bedrijfsleven in het beroepsonderwijs in haar reactie op de vandaag verschenen aanbevelingen van de door de minister ingestelde stuurgroep Evaluatie WEB. De stuurgroep ondersteunt de minister bij de evaluatie van de Wet Educatie en Beroepsonderwijs (WEB) die binnenkort in de Tweede Kamer gaat plaatsvinden. Colo is van mening dat als de minister de aanbevelingen van de stuurgroep overneemt, hij de verschillende betrokken partijen in het beroepsonderwijs uit elkaar drijft en de kloof tussen onderwijs en arbeidsmarkt weer zal vergroten.

Colo constateert met verbazing dat in de evaluatie van de wet die het beroepsonderwijs en de volwasseneneducatie regelt, betrouwbare gevens over het intern en extern rendement van de onderwijsinstellingen ontbreken. Daarmee ontbreekt feitelijk ook in de beoogde wetenschappelijke kennisbasis het belangrijkste criterium voor de beoordeling van de werking van het stelsel.

Schrijnend is ook dat de stuurgroep niet gekeken heeft naar de opvattingen van de belangrijkste klanten van het beroepsonderwijs: de leerlingen en bedrijven. Zelfs leerbedrijven en stagebedrijven die een cruciale rol spelen in het stelsel zelf, omdat een belangrijk deel van de beroepsopleiding plaatsvindt in de ruim 150.000 opleidingsbedrijven in Nederland, zijn nauwelijks gehoord. De WEB beoogde juist het leren in de beroepspraktijk te stimuleren. Het leren in de beroepspraktijk bij bedrijven en instellingen wordt door leerlingen hoog gewaardeerd, zo blijkt uit de deze week gepubliceerde cijfers van een grote landelijke leerlingenquete. De betrokken bedrijfstakken constateren dat de WEB-evaluatie nu vooral een soort zelfevaluatie is geworden, waarbij primair de meningen van de (bekostigde) onderwijsinstellingen in kaart zijn gebracht. De bedrijfstakken vrezen dat met de sterk schoolse aanbevelingen van de stuurgroep de relatie tussen bedrijven en scholen weer onder druk kan komen te staan.
Ook de betrokkenheid van andere partners zoals de gemeenten en de Onderwijsinspectie wordt systematisch gereduceerd in de aanbevelingen van de stuurgroep.
Colo-voorzitter Roel in 't Veld vergeleek in zijn reactie het stelsel van middelbaar beroepsonderwijs, waarop de stuurgroep aankoerst, met de klassieke universiteit die niet verbonden is met de samenleving. 'Colo verbindt aan dat stelsel het verlangen dat het juist een levendige relatie met die samenleving kent, dat het niet introvert is en dat het niet bestaat uit regionale monopolisten', aldus In 't Veld.
Colo acht het onbegrijpelijk dat de stuurgroep uitgerekend nu de landelijke organen beroepsonderwijs, bedrijven, werkgevers- en werknemersorganisaties bijzondere inspanningen leveren om de kwaliteit van het beroepsonderwijs te versterken door het verbeteren van de examensystematiek en de kwalificatiestructuur, hiervan geen gewag maakt in het rapport van de stuurgroep. Dat is een omissie omdat de stuurgroep op dit punt een aantal niet gemotiveerde structuuringrepen voorstelt zonder met deze innovaties rekening te houden. Deelnemers en bedrijven zullen uiteindelijk de dupe worden van de voorgestelde ingrepen. In een tijd waarin het Nederlands bedrijfsleven in bijna alle bedrijfstakken een schreeuwend gebrek heeft aan goed opgeleide vakmensen is het voor de bedrijven van belang dat er, behalve de nieuwe examensystematiek, nu niet weer nieuwe stelselwijzigingen worden doorgevoerd in het beroepsonderwijs. Zeker niet als die een verdere verschoolsing van de opleiding van Nederlandse vakmensen tot gevolg heeft. Colo staat daarbij pal achter de opvattingen van minister Hermans die van mening is dat belangrijke stelselwijzigingen niet nodig zijn, maar dat er eerst eens goed gekeken wordt naar het versterken van de kwaliteit van de uitvoering.