Vlaamse Volksunie

Belastingambtenaren mogen optreden voor fiscale rechtbank. Belastingbetaler dreigt dupe te worden (04/07/01)

In de commissie Financiën van dinsdag 03 juli ll. ondervroeg VU-kamerlid Karel VAN HOOREBEKE de minister van Financiën Didier REYNDERS omtrent het optreden van de ambtenaren van het ministerie van financiën voor de fiscale rechtbanken.
Sommige fiscale rechtbanken, zoals Leuven, Antwerpen en Gent hebben hieromtrent geoordeeld dat de Belgische Staat, vertegenwoordigd door de Minister van Financiën, zich niet rechtsgeldig voor de rechtbank kan laten vertegenwoordigen door de Gewestelijke Directeur der Directe Belastingen.

De aldus tot stand gekomen blokkering van de werking der fiscale rechtbanken is een gevolg van de richtlijn van de directeur-generaal van de directe belastingen, Jean-Claude Tilliet, die wil dat de taxatieambtenaar zelf zijn dossier verdedigt voor de rechtbank.

De minister onderschrijft dit beginsel dat volgens hem ook gesteund is op de responsabilisering van de taxatieambtenaar.

Daarom heeft de minister in het kader van het wetsontwerp tot wijziging van verscheidene belastingwetboeken, wat de voorziening in cassatie betreft, een amendement ingediend dat luidt: inzake de geschillen betreffende de toepassing van een belastingwet, kan de verschijning in persoon in naam van de Staat worden gedaan door elke ambtenaar van een belastingadministratie.

Hiermee wordt het pleitmonopolie van de advocaten, vervat in artikel 440 Ger. W. doorbroken.

Ondergetekenden kunnen zich met het ingediende amendement niet akkoord verklaren. Het optreden van een advocaat voor een rechtbank garandeert een grotere onafhankelijkheid, die bovendien gedragen wordt door een afdwingbare deontologie en een strikt beroepsgeheim. Een advocaat kan en moet trouwens een matigende rol spelen tav zijn eigen cliënt. Weliswaar moet de overheid ophouden met politieke vriendjes aan te stellen als advocaat. Ook hier moet er transparantie en objectiviteit komen.

Door de ambtenaar zelf zijn of haar dossier te laten verdedigen voor de rechtbank, krijgen we wellicht wel een grotere responsabilisering van de betrokken taxatieambtenaar, doch wordt de ambtenaar anderzijds rechtstreeks partij, die in persoon voor de rechtbank verschijnt. Hierdoor verliest de ambtenaar zijn neutraliteit, die moet verwacht worden van de overheid, die geacht wordt te handelen niet alleen in zijn eigen belang maar ook in het belang van de burger.

De overheid moet immers niet streven naar het eigen gelijk, maar moet beslissingen nemen die in het kader van een behoorlijk bestuur verantwoord en noodzakelijk zijn.
Door de fiscus ook nog als procespartij te laten optreden, zal hij nog meer een tegenstander van de belastingplichtige worden.

Bovendien zal het optreden van de ambtenaar voor de rechtbank een bijkomende belasting van de organisatie van de diensten met zich meebrengen, waardoor de afhandeling van de fiscale dossiers wellicht ook vertraging zal oplopen.

Terecht moet men dan ook de vraag stellen in welke mate de beweerde voordelen van het optreden van de ambtenaar (grotere responsabilisering bezuiniging voor het departement op advocatenkosten) wel opwegen tegenover de nadelen die ontstaan door de behandeling van de fiscale geschillen voor de rechtbank niet meer toe te vertrouwen aan een advocaat.

Tot slot rijst de vraag of door het toelaten van ambtenaren voor de fiscale rechtbanken geen ongelijkheid geschapen wordt ten aanzien van de accountants, die destijds ook vragende partij waren om te mogen pleiten, doch wat toen werd afgewezen.

Ondergetekenden wensen een grondig debat omtrent de rol van de advocaten te voeren, vooraleer een verdere doorbraak van het pleitmonopolie te aanvaarden.

Auteur:
VU-kamerfractie
Karel Van Hoorebeke, Geert Bourgeois, kamerleden

Meer informatie:
Contactpersoon: Ben Weyts, woordvoerder
Telefoon: 02/219.49.30
Fax: 02/217.35.10
E-post: ben.weyts@vu.be
Url: www.vu.be