European Commission

IP/01/1059

Brussel, 24 juli 2001

Behandeling van stedelijk afvalwater: de Commissie treedt op tegen Frankrijk, België en Griekenland

De Europese Commissie heeft besloten Frankrijk en België voor het Europees Hof van Justitie te dagen en Griekenland een met redenen omkleed advies (tweede schriftelijke aanmaning) te zenden wegens niet-naleving van de richtlijn van de Europese Unie inzake de behandeling van stedelijk afvalwater(1)
. Frankrijk heeft nagelaten voldoende kwetsbare gebieden eutrofische watermassa's (die een te grote hoeveelheid nutriënten bevatten) of watermassa's die op een andere manier door afvalwater zijn verontreinigd aan te wijzen en het geloosde stedelijk afvalwater dat deze gebieden aantast te behandelen. België was te laat met de aanwijzing van kwetsbare gebieden en voorzieningen voor een aangepaste behandeling van afvalwater, onder meer in Brussel. De in de richtlijn vastgestelde termijn voor de strenge behandeling van afvalwater dat kwetsbare gebieden aantast, is 28 december 1998. Het besluit tegen Griekenland betreft het gebrek aan voorzieningen voor de doeltreffende verwijdering van nutriënten in de belangrijke nieuwe zuiveringsinstallatie, die is gepland voor Athene in Psittalia (ondanks het eutrofische karakter van de Golf van Saronikos). De Commissie is nagegaan hoe de lidstaten deze belangrijke richtlijn ten uitvoer leggen en de nu genomen besluiten zijn een gevolg van het "Name, Fame and Shame"-forum over de behandeling van stedelijk afvalwater, dat op 19 maart 2001 in Brussel plaatsvond. (Zie: http://europa.eu.int/comm/environment/nsf/index.htm voor nadere bijzonderheden over het "Name, Fame and Shame"-forum). Het voor het milieubeleid bevoegde Commissielid Margot Wallström verklaarde met betrekking tot deze besluiten: "Het is duidelijk dat onze watervoorraden - waaronder badzones en drinkwaterbronnen - nog steeds niet de nodige bescherming krijgen omdat de termijnen voor de behandeling van afvalwater niet worden nagekomen. Ik betreur dat de Commissie maatregelen moet nemen om de aandacht op deze achterstand te vestigen."

Lozingen van onbehandeld of onvoldoende behandeld stedelijk afvalwater zijn een belangrijke oorzaak van waterverontreiniging. Zij dragen bij tot de eutrofiëring van rivieren en zeeën doordat er te veel nutriënten (vooral fosfor en nitraten) in terechtkomen. De mogelijk schadelijke bacteriën en virussen in het water kunnen in zwemwater of wateren die worden gebruikt voor het kweken van schaal- en weekdieren risico's voor de gezondheid inhouden. De Commissie heeft reeds geruime tijd haar bezorgdheid hierover geuit, ondermeer in haar onlangs voorgestelde zesde milieuactieprogramma.

De Richtlijn betreffende de behandeling van stedelijk afvalwater pakt het probleem van de verontreiniging door stedelijk afvalwater aan door voor te schrijven dat steden, agglomeraties en andere dichtbevolkte gebieden binnen in de richtlijn vastgestelde termijnen dienen te voldoen aan bepaalde minimumnormen inzake het opvangen en zuiveren van afvalwater. Deze termijnen lopen af eind 1998, 2000 en 2005, naar gelang van de kwetsbaarheid van de wateren waarin wordt geloosd en de bevolkingsconcentratie. De richtlijn is doorslaggevend voor de verbetering van de kwaliteit van het water in de EU.

Krachtens genoemde richtlijn zijn de lidstaten verplicht kwetsbare gebieden aan te wijzen vóór 31 december 1993 en te voldoen aan de strenge normen voor het direct lozen in dergelijke gebieden of de stroomgebieden ervan vóór 31 december 1998 (met inbegrip van het verwijderen van nutriënten die bijdragen tot eutrofiëring). De richtlijn bevat tevens verscheidene andere voorschriften, waaronder voorschriften met betrekking tot de controle op lozingen.

Frankrijk

Het besluit tegen Frankrijk betreft het niet naleven van de bepalingen in verband met kwetsbare gebieden, waaronder de aanwijzing van gebieden die vóór eind 1993 dienden te worden aangewezen, de overdreven restrictieve aanpak van Frankrijk inzake de vaststelling van de criteria voor de aanwijzing van kwetsbare gebieden en het niet vaststellen van de nodige normen - vóór eind 1998 - die lozingen in kwetsbare gebieden regelen. Frankrijk heeft niet gereageerd op het op 10 april 2001 gezonden met redenen omkleed advies van de Commissie.

België

Het besluit tegen België heeft betrekking op problemen in de drie Belgische gewesten. Brussel is nog steeds zijn infrastructuur aan het ontwikkelen, hoewel de installaties voor een strenge behandeling vóór december 1998 klaar hadden moeten zijn. Momenteel wordt ongeveer twee derde van het afvalwater van de stad niet behandeld. Kwetsbare gebieden in Vlaanderen en Wallonië zijn te laat aangewezen en verbeteringen in de behandeling waren niet binnen de termijn van 1998 klaar.

Griekenland

Het besluit tegen Griekenland betreft Athene. Een belangrijke nieuwe zuiveringsinstallatie in Psittalia (die het afval van vijf miljoen mensen kan verwerken) moet uiteindelijk zorgen voor de zuivering van het afvalwater van de stad. De installaties voor een strengere behandeling die nodig is om de wateren van de Golf van Saronikos, die volgens recente studies eutrofisch zijn, te beschermen zullen echter niet vóór 2002 in werking treden. Griekenland heeft niet gereageerd op de op 8 november 2000 gezonden schriftelijke aanmaning.

Wettelijke procedure

Als hoedster van het EG-Verdrag moet de Commissie ervoor zorgen dat de lidstaten de rechtsverplichtingen van het Verdrag en de uit hoofde van dit Verdrag vastgestelde wetgeving nakomen. De procedure die in dit geval wordt gevolgd is gebaseerd op artikel 226 van het Verdrag. Op grond van dit artikel heeft de Commissie het recht gerechtelijke stappen te ondernemen tegen een lidstaat die zijn verplichtingen niet nakomt.

Wanneer de Commissie van mening is dat er mogelijk sprake is van een schending van het Gemeenschapsrecht die de inleiding van een inbreukprocedure rechtvaardigt, richt zij een "schriftelijke aanmaning" tot de betrokken lidstaat, waarin zij deze verzoekt zijn opmerkingen binnen een bepaalde termijn, gewoonlijk binnen twee maanden, kenbaar te maken.

Naar gelang van het antwoord van de lidstaat -of wanneer een antwoord uitblijft- kan de Commissie besluiten de lidstaat een "met redenen omkleed advies" (of tweede schriftelijke aanmaning) te zenden, waarin zij duidelijk en onherroepelijk de redenen uiteenzet waarom zij meent dat inbreuk op het Gemeenschapsrecht is gepleegd en waarin zij de lidstaat verzoekt zich binnen een bepaalde termijn (over het algemeen twee maanden) naar het Gemeenschapsrecht te richten.

Indien de betrokken lidstaat geen gevolg geeft aan het met redenen omkleed advies kan de Commissie besluiten de zaak voor het Europees Hof van Justitie te brengen.

(1)
Richtlijn 91/271/EEG van de Raad van 21 mei 1991 inzake de behandeling van stedelijk afvalwater