Gemeente Capelle a/d IJssel

Project 1 februari 1953

De watersnood van 1953 behoort tot onze grote Nationale Rampen. In de nacht van 1 februari, tijdens de rampza-lige noordwesterstorm met vlagen van orkaankracht in combinatie met spring-vloed en slechte dijken, overstroomde een groot deel van Zuidwest Neder-land. Het water stroomde door 89 gaten in de dijken het land in. Duizen-den gezinnen moesten vluchten voor het water. Uitgebreide reddingsacties konden niet voorkomen dat 1835 bewoners de verdrin-kingsdood vonden. Daarnaast kwamen er in totaal 200.000 dieren om. Het zwaarst getroffen werden de Zeeuwse gemeenten Ouwer-kerk (91 doden), Nieuwerkerk (288 doden), Oude Tonge (305 doden) en Stave-nisse (156 doden). Ook in onze streek vielen slachtoffers. In Ouderkerk aan den IJssel verdronken twee mensen na het doorbreken van de dijk terwijl in Krimpen aan den IJssel vier men-sen de verdrin-kingsdood vonden. Hier liep het door de storm opgezweepte water via twee gaten in de dijk de Stormpolder in. Ruim 50.000 mensen raakten dakloos. In Capelle aan den IJssel werden, net als in andere plaatsen in Nederland, evacués opgevangen.

Capelle aan den IJssel is in de rampnacht door het oog van de naald gekropen. Hier stroomde het water van de Hollandsche IJssel over de Ketensedijk waardoor het gevaar van een dijkdoorbraak groot was. Vrijwilligers, brandweer, ambtenaren en militairen konden met grote inzet en onder moeilijke omstandighe-den voorkomen dat de Ketensedijk het begaf. Bij een doorbraak was Zuid-Holland van Rotterdam tot aan Den Haag en tot voorbij Leiden onder water gelopen. Ook in Nieuwerkerk aan den IJssel was het een dubbeltje op zijn kant. Aan de Groenedijk in deze gemeente kon ternauwernood een dijkdoorbraak worden voorkomen.

De Historische Verenging Capelle aan den IJssel (HVC) wil in 2003, vijftig jaar na dato, in de vorm van een expositie en publicatie aandacht aan de ramp schenken. Een projectgroep, bestaande uit Henk van der Marel, Cor van Maanen en Paul Weyling, zijn reeds met de voorbereidingen gestart. De projectgroep vraagt daarom aan iedereen die in het bezit is van materiaal dat interessant is voor een expositie en publicatie dit ter beschikking te stellen aan de HVC. Alles zal met de grootste zorg worden behandeld of gekopieerd. Daarnaast is de HVC geïnteresseerd in de belevenissen van Capellenaren in en rond de rampnacht. Evacués die in Capelle zijn ondergebracht en na de ramp hier zijn gebleven worden ook uitgenodigd hun verhaal te vertellen. Mogelijk kennen zij weer evacués die zijn teruggekeerd naar de plaats van herkomst die over hun belevenissen voor in en na Capelle willen verhalen. Een en ander wordt gebruikt voor expositie en publicatie over de ramp. Het ligt in de bedoeling om op 1 februari 2003 de expositie te openen en de publicatie gereed te hebben.

Reacties graag schriftelijk aan het adres van de HVC projectgroep 1 februari 1953: Anzere 17, 2903 PB Capelle aan den IJssel of aan de heren Van der Marel (telefoon 010-4471442) en Van Maanen (telefoon 010-4581198).