Antwoorden op kamervragen over de stijging van waterschapslasten
Persbericht
No 01/223
Den Haag, 16 augustus 2001
Antwoorden op kamervragen over de stijging van waterschapslasten
Vragen
1
Is het waar dat gemeenten zich aan de gemaakte afspraak houden en
trachten de lokale lastendruk enigszins stabiel te houden en een
aanzienlijke lastenstijging compenseren door tariefsverlaging?
2
Erkent u dat de waterschapslasten mede als gevolg van de gestegen
WOZ-waarden aanzienlijk zijn gestegen?
3
Bent u mede in het licht van de sub 1 genoemde gedragsregel bereid
maatregelen te treffen om paal en perk te stellen aan de gestegen
waterschapslasten? Zo ja, hoe?
Antwoord 1:
Ik ga er vanuit dat met deze vraag wordt gedoeld op de stijging van de
waarden van onroerende zaken en de effecten daarvan op de
onroerende-zaakbelasting. Op dit moment wordt de laatste hand gelegd
aan de Monitor Inkomsten uit Lokale heffingen 2001. Deze zal op
Prinsjesdag aan de Tweede Kamer worden gepresenteerd. Een eerste,
voorlopige, analyse van de beschikbare cijfers laat een stijging zien
van de opbrengst van de onroerende-zaakbelasting. Deze stijging
bestaat uit een volume component (meer onroerende zaken waarop de
onroerende-zaakbelasting van toepassing is) en het gecombineerde
effect van de aanpassing van de OZB tarieven en de overgang op een
nieuw WOZ-tijdvak . De uitsplitsing van de stijging van de opbrengst
van de onroerende-zaakbelasting in deze drie onderdelen, kan nu nog
niet worden gegeven. Overigens is mij geen afspraak met gemeenten
bekend.
Antwoorden 2 en 3
De waterschapsbelastingen die dienen ter dekking van de begrote
uitgaven - worden geheven op basis van een omslagstelsel. Dit betekent
dat behoudens een incidentele uitzondering de begrote kosten gelijk
zijn aan de begrote opbrengsten. Indien de WOZ-waarden meer stijgen
dan het begrotingstotaal dalen de tarieven per waarde-eenheid. De door
u bepleite gedragsregel geldt dus reeds voor de waterschappen.
De hoogte van de waterschapslasten zijn voornamelijk afhankelijk van
de taken die het waterschap uitvoert. De waterschappen hebben
bijvoorbeeld hun taken op het gebied van stedelijk waterbeheer,
waterbodems en waterkeringszorg geĂŻntensiveerd, waardoor de begrote
kosten zijn gestegen. Daarnaast zijn de totale kosten die samenhangen
met de bepaling en levering van de WOZwaarden, waar de waterschappen
een deel van betalen, fors gestegen. De invloed van de laatstgenoemde
ontwikkeling zal overigens met het recente akkoord over het
kostenplafond en de te hanteren kostenverdeelsleutel tussen het Rijk,
de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de Unie van Waterschappen,
in de toekomst in omvang afnemen,
De democratisch gekozen bestuurders van de waterschappen stellen de
jaarlijkse tarieven ter dekking van de lasten overigens zelfstandig
vast. Dat behoort tot de eigen, lokale autonomie. De begroting moet na
vaststelling worden toegezonden aan gedeputeerde staten, die het
orgaan zijn dat toezicht houdt op de waterschappen. Ik ben dan ook
niet voornemens om mij hier in te mengen.