De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
uw brief van
uw kenmerk
ons kenmerk
DNW. 2001/748
datum
20-08-2001
onderwerp
Deelname Rijk aan Stichting Ontwikkeling De Venen
doorkiesnummer
bijlagen
2
Geachte Voorzitter,
Mede namens de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer en de minister van Verkeer en Waterstaat doe ik mededeling van het mede-oprichten van de Stichting Ontwikkeling De Venen door de Staat.
Deze Stichting zal zich toeleggen op het realiseren van het op 1 juli 1998 vastgestelde plan van aanpak voor het gebied 'de Venen', waarvoor op 17 februari 1999 een convenant is getekend door een 27-tal partijen waaronder ondergetekende en bovengenoemde ministers. Het convenant vindt u als bijlage bijgevoegd.
up
datum
20-08-2001
kenmerk
DNW. 2001/748
bijlage
Aan de Stichting nemen alle convenantspartners deel. Zoals uit de
conceptstatuten blijkt (als bijlage bijgevoegd) heeft de Stichting tot
doel het organiseren van de uitvoering van het plan van aanpak, het
coördineren van de activiteiten, het voorbereiden van de
besluitvorming en het communiceren met de omgeving. Deelnemende
partijen dragen geen bevoegdheden of verantwoordelijkheden met
betrekking tot de uitvoering van het plan van aanpak over aan de
Stichting, maar gaan wel de inspanningsverplichting aan om in eigen
huis voorwaarden te scheppen voor de uitvoering van het plan van
aanpak.
Met de oprichting van de Stichting wordt een herkenbare organisatie
met een eigen identiteit gevormd die bovendien een formele juridische
status (rechtspersoonlijkheid) heeft. Tevens wordt met de oprichting
van de Stichting beoogd een slagvaardige overlegstructuur en snelle
besluitvorming te realiseren, teneinde de uitvoering van het plan van
aanpak te bespoedigen en tevens continuïteit, sturing op samenhang,
handhaving van de autonomie van partijen en flexibiliteit te
waarborgen.
Het plan van aanpak is het gebiedsperspectief voor het Strategisch
Groenproject Vinkeveen-Nieuwkoop en geeft daarmee uitwerking aan het
rijksbeleid zoals is aangegeven in het Structuurschema Groene Ruimte.
Het gebiedsperspectief is door de minister van VROM en ondergetekende
in februari 1999 goedgekeurd.
Het plan van aanpak is tevens een nadere invulling van het Strategisch
project Kerngebied De Venen uit de Nadere Uitwerking Vierde Nota /
Plan van Aanpak ROM-beleid Groene Hart, welke is gebaseerd op het
rijksbeleid zoals weergegeven in de Vierde Nota over de Ruimtelijke
Ordening (Extra) en het Nationaal Milieubeleidsplan-plus.
Doel van het Strategisch Groenproject en de Nadere Uitwerking / ROM
Groene Hart is het tot stand brengen van een samenhangend gebied voor
natuur- en recreatieontwikkeling, waarbij in de blijvende
landbouwgebieden wordt gestreefd naar handhaving en verdere
versterking van een duurzame landbouw, en het bereiken van een water-
en milieukwaliteit behorend bij de aanwezige of te realiseren
functies.
Wij achten het van groot belang dat een zo breed mogelijk draagvlak
zal ontstaan voor het plan van aanpak en de daaruit voortkomende
vergaande functiewijziging in het gebied 'de Venen', opdat het
rijksbeleid doorwerking vindt in dit gebied. Wij menen dat het Rijk
door deelname aan de Stichting en daarmee voortzetting van zijn
participatie aan het project De Venen zijn verantwoordelijkheid het
beste tot uitdrukking kan brengen. In dat verband kan het Rijk ook een
duidelijk stimulerende rol vervullen in het bij elkaar brengen van
conflicterende partijen en het verkrijgen van het benodigde draagvlak.
Daardoor kan het succes van het plan van aanpak in hoge mate worden
vergroot. Het Rijk draagt niet bij in de kosten van de
Stichtingsorganisatie anders dan dat capaciteit van de Dienst
Landelijk Gebied ingezet wordt in het kader van
landinrichtingsactiviteiten.
Wij zijn dan ook voornemens vanuit onze departementen ambtelijk te
participeren in het Algemeen en Dagelijks Bestuur van de Stichting. In
het Algemeen Bestuur nemen drie vertegenwoordigers van het Rijk deel
namens de ministers van VROM, LNV en V&W. In het Dagelijks Bestuur zal
één vertegenwoordiger namens de drie departementen deelnemen.
De staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer
en Visserij,
G.H. Faber
Bijlage:
(Niet in elektronische vorm beschikbaar)