De Voorzitter van de Vaste Commissie voor Landbouw, Natuurbeheer en
Visserij
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
uw brief van
uw kenmerk
ons kenmerk
DL. 2001/3084
datum
21-08-2001
onderwerp
AO mestoverschot
TRC 2001/7043 en TRC 2001/7044 doorkiesnummer
bijlagen
Geachte Voorzitter,
Met deze brief bericht ik u op welke wijze ik uitvoering heb gegeven aan de toezeggingen die ik u heb gedaan tijdens het Algemeen Overleg over het landelijk mestoverschot op 21 juni 2001. Ik wil me overigens excuseren voor de late reactie.
up
datum
21-08-2001
kenmerk
DL. 2001/3084
bijlage
Tijdens het overleg heb ik u de volgende toezeggingen gedaan:
1. Het rapport van het Milieuplanbureau met de berekening van het
landelijk mestoverschot per 2003 zal ter informatie aan de
Europese Commissie worden verzonden.
2. De Tweede Kamer ontvangt schriftelijk antwoord op de vraag van de
heer Van der Vlies inzake de mogelijkheden om bij bedrijfsovername
van ouders op kinderen het mestnummer en opgebouwde saldo in MINAS
te behouden.
3. Er zal op reguliere basis vastgesteld worden hoe groot de omvang
van het landelijk mestoverschot is; nu er wetenschappelijk
overeenstemming bestaat over de te hanteren berekeningsmethodiek
kan dit ook gemakkelijker gebeuren.
4. Onderzocht zal worden of fine tuning nodig en mogelijk is op
regionaal niveau bij het zoeken van evenwicht op de mestmarkt.
Toezending rapport aan Europese Commissie
Mijn ambtgenoot van het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke
Ordening en Milieubeheer zal het rapport van het Milieuplanbureau zo
snel mogelijk naar de Europese Commissie sturen.
Vraag van de heer Van der Vlies
Het mestnummer is een uniek nummer dat het Bureau Heffingen ten
behoeve van de administratieve verwerking toekent aan de unieke
entiteit van een landbouwbedrijf en de persoon die in de zin van de
Meststoffenwet gerechtigd is tot dat bedrijf. Voorgaande betekent dat
wanneer bijvoorbeeld de vader een bedrijf overdraagt aan zijn zoon, de
laatste een nieuw mestnummer krijgt.
Door de wijze waarop het bedrijfsbegrip verankerd is in de wet,
betekent dit dat wanneer de zoon het bedrijf overneemt van de vader,
er geen sprake is van een mineralenaanvoer van de op dat moment
aanwezige voorraad (b.v. dieren en voer). De op het bedrijf aanwezige
voorraden zijn gekoppeld aan het bedrijf en gaan als het ware
geruisloos over.
Voorgaande betekent echter niet dat een eventueel opgebouwd
mineralensaldo van de vader overgaat op diens zoon. Het mineralensaldo
is gekoppeld aan zowel de ingevolge de Meststoffenwet
heffingplichtige, als het desbetreffende landbouwbedrijf. Zodra als
gevolg van een bedrijfsoverdracht een ander is aan te merken als de
heffingplichtige, vervalt het saldo. Ik acht het overigens ook niet
wenselijk dat bij een bedrijfsoverdracht het saldo over zou kunnen
gaan. Voorkomen moet worden dat het mineralensaldo een soort
verhandelbaar recht wordt met alle gevolgen van dien. Het saldo dient
derhalve gekoppeld te blijven aan degene die het bedrijf voert en het
saldo heeft opgebouwd.
Reguliere vaststelling landelijk mestoverschot
In de organisatorische opzet van de berekening van het mestoverschot
is er reeds rekening mee gehouden dat het mestoverschot periodiek zal
worden vastgesteld. Mede met het doel om periodiek het landelijk
mestoverschot vast te stellen heeft het Milieuplanbureau een
permanente commissie van deskundigen ingesteld. De eerstvolgende
berekening van het landelijk mestoverschot zal worden uitgevoerd als
onderdeel van de evaluatie 2002.
In deze berekening zal ook aandacht worden geschonken aan de regionale
verdeling van het landelijk mestoverschot.
Onderzoek naar regionale fine tuning
Met regionale fine tuning zou het stelsel van afzetovereenkomsten
verder verfijnd kunnen worden, met als doel dat mestafzet in de
directe omgeving bevorderd kan worden. Op grond van een nadere
overweging van dit voorstel ben ik echter tot de conclusie gekomen dat
het wettelijk regelen van regionale fine tuning geen meerwaarde heeft
en het stelsel van afzetovereenkomsten nodeloos gecompliceerd zou
maken.
Voor bevordering van mestafzet in de directe omgeving is namelijk geen
wettelijke regulering nodig. Aangezien het transporteren van mest geld
kost, zal de marktwerking er voor zorgen dat de transportafstand van
mest zo klein mogelijk blijft. De marktwerking in de mesthandel zal
dus automatisch zorgen voor regionale fine tuning.
De minister van Landbouw, Natuurbeheer
en Visserij,
mr. L.J. Brinkhorst