Ministerie van Algemene Zaken
Persbericht
18 september 2001
BEGROTING HUIS DER KONINGIN (I) VOOR HET JAAR 2002
De ramingen van de uitkeringen aan H.M. de Koningin, Z.K.H. Prins Claus, Z.K.H. de
Prins van Oranje, H.K.H. Prinses Juliana en Z.K.H. Prins Bernhard zijn gebaseerd op de
Wet financieel statuut van het Koninklijk Huis van 22 november 1972 (Stb. 701) en de
Wet houdende aanvulling van de Wet financieel statuut van het Koninklijk Huis tot
regeling van de uitkeringen aan Prinses Juliana en haar echtgenoot van 2 juli 1980
(Stb. 380). De uitkeringen aan de Koningin en de andere leden van het Koninklijk Huis
zijn opgebouwd uit 3 componenten:
- de kosten van personeel (A)
- de overige, d.w.z. niet-personele kosten (B)
- het inkomensbestanddeel ( C )
Na de huwelijksvoltrekking in februari 2002 zal de echtgenote van Prins Willem-
Alexander in aanmerking komen voor een uitkering, die in 2002 over 11 maanden zal
worden uitgekeerd.
De ramingen over 2002 zijn als volgt samengesteld (in euro's)
A B C Totaal
De Koningin 1.393. 105 1.681.256 723.326 3.797.687
Prins Claus 157.916 320.823 281.344 760.083
Prins Willem-Alexander 265.008 427.915 214.638 907.561
Prinses Juliana 339.881 280.890 409.310 1.030.081
Prins Bernhard 146.117 280.890 196.487 623.494
Echtgenote van Prins 242.772 294.503 196.487 733.762
Willem-Alexander
RVD, 18.09.2001