De voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Datum Uw brief Ons kenmerk
(Kenmerk)
18 september BZ 2001-01217 M
2001
Onderwerp
Subsidie Overzicht Rijksoverheid 2002
1. Inleiding
Tijdens het Algemeen Overleg in oktober 1996 naar aanleiding
van het Rekenkameronderzoek "Subsidiebeheer" heb ik u
jaarlijkse toezending van een inventariserend Subsidie
Overzicht Rijksoverheid toegezegd. Conform mijn toezegging
ontvangt u hierbij, zoals te doen gebruikelijk op Prinsjesdag,
het Subsidie Overzicht Rijksoverheid 2002. Zoals aangegeven in
meerdere VBTB- tussenrapportages zal het Subsidie Overzicht
Rijksoverheid volgend jaar tegelijk met de begroting op het
internet geplaatst worden en derhalve niet meer op papier aan
u worden aangeboden.
2. Verschillen op hoofdlijnen SOR 2001- SOR 2002
Het Subsidie Overzicht Rijksoverheid 2002 bevat in totaal 534
subsidieregelingen met een budgettair beslag van 16,8 miljard
euro. Hiermee is het aantal subsidieregelingen in het Subsidie
Overzicht Rijksoverheid 2002 ten opzichte van vorig jaar
gedaald met 29 regelingen en is het budgettair beslag ten
opzichte van vorig jaar gestegen met ruim 1,4 miljard euro.
Circa 0,75 miljard euro hiervan is toe te schrijven aan
prijsbijstellingen.
Tabel 1: Totaaloverzicht per ministerie
SOR 2001 Verschil SOR 2002 budgettair beslag
SOR 2002
t.o.v. SOR 2001
Ministerie Aantal totaal aantal totaal
subsidie- budgettairsubsidie-budgettair
beslag (x beslag (x
Regelingen1000 regelinge1000 euro)
euro)
AZ 0 0 0 0 0
Koninkrijksrelaties 2 1.152 7 6.847 -5.695
BZ 25 948.205 25 886.127 62.078
Justitie 35 2.041.551 38 1.970.096 71.455
BZK 7 19.622 8 15.292 4.330
OcenW 135 3.906.285 137 3.389.744 516.541
Financiën 2 1.086 2 915 171
Defensie 29 68.149 31 71.846 -3.697
VROM 41 1.935.465 32 2.037.908 -102.443
VenW 80 4.431.813 74 4.018.600 413.213
EZ 67 1.087.341 72 1.032.144 55.197
LNV 61 350.865 82 356.398 -5.533
SZW 33 23.840 40 15.521 8.319
VWS 17 1.969.067 15 1.552.951 416.116
Totaal: 53416.784.441 56315.354.388 1.430.053
De grootste verschillen tussen het SOR 2001 en het SOR 2002 hebben, afgezien van prijsstijgingen, betrekking op de volgende ministeries: BZ, Justitie, OcenW, VROM, VenW, LNV en VWS. Voor nadere informatie over specifieke subsidieregelingen wordt verwezen naar de begrotingen van de desbetreffende ministeries. De meest opvallende wijzigingen zijn:
· Het budgettair beslag van de subsidies van het ministerie van Buitenlandse Zaken is in het algemeen toegenomen. Een groot gedeelte van die toename wordt verklaard doordat de bijdrage aan de medefinancieringsorganisaties gerelateerd is aan het ODA-budget. Indien dit budget stijgt, dan stijgen de subsidies aan het medefinancieringsprogramma volgens vigerend beleid met 10% van de groei van het ODA-budget. Er is tevens sprake van een bijstelling van de subsidies voor internationaal milieubeleid en het onderzoeksprogramma naar aanleiding van de realisatie in het jaar 2000. Daarnaast is de bijdrage voor maatschappelijke ontwikkeling verhoogd doordat het budget van Buitenlandse Zaken in het algemeen is gestegen en omdat er een verschuiving plaatsvindt van andere financieringsvormen naar subsidies. In plaats van financiering van het maatschappelijk middenveld via VN-organisaties wordt steeds meer gebruik gemaakt van subsidiefinanciering via particuliere organisaties. De subsidieregeling voor technische assistentie is toegenomen en betreft met name de financiering van SNV.
· De toename van het budgettair beslag bij het ministerie van Justitie wordt voornamelijk veroorzaakt door de verhoging van het budget in het kader van de Wet op de Jeugdhulpverlening voor de begeleiding en opvang van alleenstaande minderjarige asielzoekers (ama's) en de particuliere instellingen voor de (gezins)voogdij.
· De toename van budgettaire beslag van de
subsidieregelingen bij het ministerie van Onderwijs, Cultuur
en Wetenschappen wordt onder meer veroorzaakt door de nieuwe
regeling 'Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en
schoolkosten' en door een toename bij de bestaande regeling
'Wet op het specifiek cultuurbeleid (podiumkunsten)'. Voorts
wordt een deel van de toename verklaard door een correctie op
het begrotingsbedrag van 2001.
· De afname van het budgettair beslag bij het
ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en
Milieubeheer wordt grotendeels veroorzaakt door het vervroegd
uitbetalen van het budget voor 2002 van de regeling
Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing. De betaling vindt
in 2001 plaats.
· De toename van het budgettair beslag bij het
ministerie van Verkeer en Waterstaat wordt onder andere
veroorzaakt door intensiveringen ten behoeve van het onderhoud
en de veiligheid van spoor en wegen.
· De afname in het budgettair beslag bij het
ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij wordt
voornamelijk veroorzaakt door de afname van het aantal
regelingen, ondanks een toename in het budgettair beslag bij
de Regeling Structuurverbetering Glastuinbouw (RSG).
· De toename van het budgettair beslag bij het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport wordt voornamelijk veroorzaakt door een hoger beroep op de regelingen op het terrein van medische opleidingen, jeugdhulpverlening, ouderenbeleid, vroegsignalering, buitenschoolse opvang, kinderopvang en het verhogen van de kwaliteit van het landelijke sportaanbod. Voorts draagt onder andere het bevorderen van de volksgezondheid, waaronder verslaafdenzorg en extra ondersteuning van de landelijke functie voor het welzijnsbeleid bij aan de toename. Daarnaast heeft een extra impuls voor arbeidsmarktmaatregelen eveneens geleid tot een hoger beroep op reeds bestaande regelingen.
DE MINISTER VAN FINANCIËN,
Download het volledige Subsidie Overzicht Rijksoverheid (PDF;
1,8 Mb)