Ministerie van Justitie


http://www.justitie.nl

MIN JUST: Voortaan werken met een strategische agenda

Victor Holtus
070 370 6858

4085
18.09.01

Justitiebegroting-2002
VOORTAAN WERKEN MET EEN STRATEGISCHE AGENDA

Met ingang van het begrotingsjaar 2002 werkt het ministerie van Justitie met een strategische agenda. Deze agenda houdt het volgende in: een politiek goedgekeurde lijst van thema.s die naar verwachting in de toekomst cruciale vragen voor Justitie oproepen en waarbij per thema wordt aangegeven op welke wijze menings- en besluitvorming in gang gezet zal worden. Het gaat daarbij om onderwerpen die voldoende concreet zijn om in een plan van aanpak vertaald te kunnen worden.
Voor de agenda-2002 zijn drie justitiebrede onderwerpen geselecteerd:

- afnemende acceptatie van individuele risico.s;
- effectiviteit en legitimiteit van de overheid;
- internationale rechtsontwikkeling.

Dat schrijven minister A.H. Korthals en staatssecretaris N.A. Kalsbeek in de toelichting op hun begroting voor het jaar 2002.

Werken met een strategische agenda: een cyclisch proces Justitie gaat werken met een strategische agenda om beter voorbereid te zijn op toekomstige ontwikkelingen. . De selectie van onderwerpen voor de strategische agenda is begonnen met het opstellen van .Justitie over morgen., een brede verkenning van ontwikkelingen die op termijn voor Justitie kansen en bedreigingen inhouden. De agenda bevat daarom niet zozeer onderwerpen waarop het beleid al is uitgekristalliseerd, maar juist onderwerpen waarvan op dit ogenblik slechts kan worden vastgesteld dat er zich ontwikkelingen voordoen die voor Justitie belangrijke gevolgen zullen hebben. Die onderwerpen worden verder verkend, om zo scherp mogelijk de betekenis voor Justitie in kaart te brengen en de informatie op tafel te krijgen die nodig is om zonodig beleid te ontwikkelen. Op het moment dat dat beleid is ontwikkeld, kan het onderwerp van de agenda. En ondertussen zijn er dan ongetwijfeld weer ontwikkelingen die maken dat een nieuw onderwerp voor de agenda zich aandient.

Afnemende acceptatie individuele risico.s
Burgers eisen in toenemende mate van de overheid bescherming tegen risico.s. In dat verband wordt zelfs gesproken van een grondrecht op veiligheid. Als er iets misgaat, verwachten velen dat geleden schade kan worden verhaald, zo niet op de veroorzaker als wel op de overheid. Het is nodig vast te stellen waar de grenzen liggen aan het verschaffen van veiligheid door de overheid en het compenseren van schade. Dat vergt een algemene visie op het aansprakelijkheidsrecht waarin uitgangspunten, functie en doelstellingen worden geformuleerd die aansluiten bij de huidige maatschappelijke opvattingen. In het bijzonder moet de verantwoordelijkheid van private partijen daarin een plaats krijgen om financiële zekerheid te stellen in geval van schade door hun activiteiten. En waar het om de overheids-aansprakelijkheid gaat, moet er een evenwicht komen tussen individuele belangen enerzijds en daadkracht en flexibiliteit van de overheid anderzijds. Daarnaast moet de trend om de overheid aansprakelijk te stellen zich vertalen in meer aandacht voor de zorgvuldigheid van besluitvorming en overheidsoptreden.
Het streven naar beperking van risico.s maakt het ook nodig dat er algemene principes ontwikkeld worden voor de afweging van veiligheid en vrijheid. Dit moet in algemene zin gebeuren en bij de beheersing van criminaliteit in het bijzonder.

Effectiviteit en legitimiteit overheid
Maatschappelijke trends, zoals het afnemend ontzag voor autoriteit en de toenemende diversiteit van de samenleving, maar ook het vervagen van nationale grenzen, wijzen in de richting van een geleidelijke uitholling van het overheidsgezag. Als gevolg daarvan staat ook de effectiviteit van de overheid onder druk. Justitie wil bijdragen aan het tegengaan van die uitholling door naleving van wet- en regelgeving te bevorderen. Instrumenten daarvoor zijn wetgevingskwaliteit en rechtshandhaving. Justitie verkent daarom de mogelijkheid en het draagvlak voor een rijksdienstbrede doorlichtingsoperatie op deze gebieden. Doel van deze operatie is niet een 100% naleving van bestaande regels, maar het verbeteren van de naleefbaarheid van die regels en het systematisch stellen van prioriteiten waar het om handhaving gaat. Die prioriteiten moeten niet volledig geleid worden door toevallige gebeurtenissen (rampen), maar dienen systematisch en beargumenteerd te worden gesteld. Daartoe is een herbezinning nodig op de uitgangspunten voor de rechtshandhaving. Uiteindelijk gaat het er om overspannen verwachtingen ten aanzien van het overheidsoptreden te voorkomen en de effectiviteit en legitimiteit van de overheid te vergroten.

Internationale rechtsontwikkeling
Justitie wil effectiever de internationale (vooral Europese) rechtsontwikkeling beïnvloeden, om op een evenwichtige wijze het Nederlands belang te bevorderen. Door de snelle rechtsontwikkeling op internationaal vlak is dat voor Justitie echter steeds moeilijker. De huidige brede aanpak, waarbij Justitie in beginsel op alle rechtsontwikkeling invloed wil uitoefenen, leidt in toenemende mate tot versnippering van aandacht en tot een reactieve opstelling; waar een assertieve en strategische houding vereist is. Om meer richting te geven aan de inspanningen moet een visie ontwikkeld worden op de toekomst van het Europese integratieproces (constitutioneel model, ontwikkelen van afzonderlijke rechtsgebieden, subsidiariteit, toedelen van Justitietaken aan de verschillende EU-pijlers), op de kwaliteit van het EU-recht en op de verhouding tussen europeanisering en internationalisering van het recht. Het is de komende jaren essentieel te komen tot een goede positionering van de Nederlandse juridische infrastructuur (wetgeving en rechtspraak) in de zich ontwikkelende Europese juridische infrastructuur. Het uitoefenen van invloed op die ontwikkeling is een prioriteit van de eerste orde voor Justitie. Dat vergt een selectieve en pro-actieve opstelling, wat op zich weer inzicht vereist in de waarden en belangen die voor Nederland in het geding zijn.
In praktische zin zal .Europa. nog meer een regulier onderdeel van de werkzaamheden moeten worden. Onderzocht moet worden of de organisatie van de beïnvloeding te verbeteren valt. Bijvoorbeeld door .Europa. te integreren in het overige werk, door een sterke aanwezigheid in Brussel voor vroegtijdige beïnvloeding, door een aparte afdeling Europa/Europees recht en meer aandacht voor coördinatie en uitvoering.



18 sep 01 15:00