Nederlands Politie Instituut


Voorlopige reactie Korpsbeheerdersberaad op politiebegroting 2002

Vandaag heeft het kabinet de rijksbegroting 2002 gepresenteerd aan het parlement. Met betrekking tot het beleid rond de politie springen de volgende aspecten daarbij in het oog.

Geconstateerd kan worden dat de prioriteit voor het veiligheidsbeleid ook de komende periode wordt gehandhaafd. Hiervoor is ook in 2002 weer extra budget beschikbaar. Van belang is dat ook de ministers in hun begroting het belang van de toenemende vervangingsvraag bij de politie erkennen in relatie tot de organisatie van het politieonderwijs. Het Kbb verwijst hierbij naar het signaal dat begin dit jaar is afgegeven voor de komende kabinetsperiode. Hierbij wordt gevraagd om uitbreiding van de politiesterkte met 8000 ftes, waarvan 1000 ftes voor het opvangen van fluctuaties in de vervangingsvraag.

De voorliggende begroting toont een voortzetting van het ingezette beleid, zij het dat extra geld wordt uitgetrokken voor onder meer het ontwikkelen van de elektronische aangifte en elektronische proces-verbaal, de vorming van speciale XTC-teams en de slachtofferhulp. Dat is positief.

De rijksbegroting voor 2002 kent ten opzichte van voorgaande jaren een sterk gewijzigde opzet. Drie vragen staan centraal:
1 Wat wil de regering bereiken (doelstellingen);
2. Wat gaat zij daarvoor doen (activiteiten/prestaties);
3. Wat mag dat kosten (geld).

Invoering van dit kwaliteitsdenken, waarbij wordt afgerekend op prestaties, is een goed initiatief. Ook bij de politie worden op dit terrein al langer initiatieven ontplooid. Te denken valt aan het Kwaliteitsmodel Politie en het onlangs gepresenteerde advies Prestatiebeloning.

Toch kan worden geconstateerd dat de samenhang van de begroting 2002 met andere beheersinstrumenten zoals het Beleidsplan Nederlandse Politie (BNP) en de Beleids- en beheerscyclus nog onvoldoende duidelijk is. Voor de korpsen geeft dit een onoverzichtelijk beeld. Op deze manier kost de aanlevering van alle gegevens meer capaciteit van de politie dan gewenst. Dit lijkt ten koste te gaan van de efficiency. Naar verwachting zal nog dit jaar een extern onderzoeksrapport verschijnen met een evaluatie van de beleids- en beheerscyclus bij de politie. Het Kbb verwacht dat hieruit meer samenhang tussen dit soort beheersinstrumenten naar voren zal komen.

Het Kbb heeft bezwaren tegen een aantal van de indicatoren die in de begroting worden gebruikt voor prestatiemeting bij de politie. Vanuit de korpsen bestaat hierover veel onvrede. De in de begroting genoemde indicatoren hebben soms onvoldoende raakvlak met de praktijk in de korpsen (voorbeeld hiervan is het "percentage km2 land gebiedsgebonden politiezorg" als een voorwaarde voor verbetering van het prestatievermogen van de politie, het "percentage vrijwilligers" en "het aantal aanmeldingen Banenlijn". Het Kbb wil hierover nader overleg met de minister.

Den Haag, 18 september 2001.