D66


19 september 2001

Algemene Politieke Beschouwingen
Eerste termijn

Thom de Graaf, fractievoorzitter

Ik heb de afgelopen week grote moeite gehad mij te concentreren op het gewone dagelijkse leven. Ik zag steeds dat vliegtuig weer dat zich in de tweede toren boorde. Iedereen heeft dat gezien, life en telkens herhaald. Nog nooit heeft iemand zoiets gezien. Een beeld dat gewoon niet waar kan zijn, te verpletterend om te bevatten. De schok wordt niet minder als je het vaker ziet, die wordt alleen maar groter. De Twin Towers waren niet de symbolen van de democratie, eerder van de westerse economische welvaart. Maar zij keken uit op het Vrijheidsbeeld en ze stonden op de ondergrond van waarden van vrijheid, humaniteit en rechtvaardigheid. En nu is er gapende leegte en daaronder duizenden doden. Een gapende leegte in het hart van de democratische wereld. Tot die wereld behoren wij.

Het beeld van dat vliegtuig gaat nooit meer weg. Nu niet, morgen niet, volgend jaar niet.
Een aanval op de vrijheid, op het vertrouwen en op de zekerheden van het leven zoals wij dat kennen. Een bewuste en uitgelokte beproeving van onze waarden en weerbaarheid. Dat geldt niet alleen voor Amerika. Graag wil ik waardering uitspreken voor de balans die de minister-president in zijn eerste reactie direct na de catastrofe wist te vinden. Hij verwoordde toen precies wat iedereen voelde: de verbijstering en de woede, maar ook de noodzaak van beheersing en wijsheid. De betrokkenheid van Nederland is niet alleen belangrijk uit solidariteit met de Amerikaanse bevolking, maar evenzeer om bij te dragen aan internationale stabiliteit en veiligheid. Die opdracht is bij het kabinet in goede handen.

De wereld na de klap

Voor D66 staat vast dat grote solidariteit met Amerika geboden is. Het is niet het moment om onze verschillen uit te vergroten of op zich begrijpelijke vraagtekens te zetten bij onderdelen van het Amerikaanse buitenlandse beleid. Een overtuigend antwoord op de massaterreur, die niet alleen Amerika bedreigt, vraagt om grote verbondenheid in een zo groot mogelijke coalitie van landen. Het is begrijpelijk dat in Amerika wordt gesproken over oorlog, maar het is niet zonder gevaar. Ik zou zelf die terminologie niet tot inzet van onze betrokkenheid willen maken. Wij hoeven dat ook niet te doen om onze solidariteit en onze bereidheid om bij te dragen te bewijzen.

Het gaat in de eerste plaats om de uitschakeling en zo mogelijk berechting van terroristen die waanzin aan vernietigingsdrang paren. Het gaat niet om oorlog tegen staten of geloven of beschavingen. Het gaat zelfs niet om strijd tegen fundamentalisme, zolang zich dat niet uit in geweld en terreur. Het gaat er om een halt toe te roepen aan fanatici, die elk middel geoorloofd achten en elk middel, hoe weerzinwekkend ook, daadwerkelijk gebruiken. Nu waren het gekaapte vliegtuigen als vliegende bommen, straks massavernietigingswapens als ze daar de hand op kunnen leggen. De strijd tegen deze fanatici is niet zozeer wraak of vergelding als wel voorkoming van verdere vernietiging, in Amerika en elders.

Effectieve maatregelen om een einde te maken aan de terreur zijn noodzakelijk en onvermijdelijk. Die kunnen niet zachtzinnig zijn. In die maatregelen kan een militaire component zitten, ook dat lijkt haast onvermijdelijk. Groot militair machtsvertoon tegen mogelijk betrokken staten heeft echter, naast het leed van de burgerbevolking, ook het grote risico van escalatie met onbeheersbare spanningen in met name islamitische landen. Natuurlijk zijn er redenen aan te wijzen waarom de reacties in de wereld verschillend zijn. Maar er is geen sprake van een "clash of civilisations" en de wereldleiders moeten koste wat koste voorkomen dat die ontstaat. De Amerikaanse respons zal getoetst moeten worden aan de internationale stabiliteit (in het bijzonder in het Midden-Oosten). Die stabiliteit is mede een verantwoordelijkheid van de Verenigde Naties en van het NAVO-bondgenootschap. Daarin is ook een belangrijke rol weggelegd voor de Europese Unie en voor Nederland. Het inroepen van artikel V van het NAVO-verdrag wil ik ook in dat licht bezien. Het schept de verplichting tot solidariteit aan weerszijden en dus tot onderlinge consultatie en afstemming. Ik wil de minister-president uitnodigen daar op in te gaan. Zie ik het goed dan is een Amerikaanse militaire reactie geen collectieve NAVO-verantwoordelijkheid geworden, maar inroeping van artikel V is ook niet gratuit en zuiver symbolisch. Welk gesprek is mogelijk over de respons en welk gesprek is gaande? Ik vraag dat ook met het oog op de parlementaire betrokkenheid als het tot door Nederland ondersteunde acties komt. Die vragen zijn gerechtvaardigd, niet omdat we zonodig afstand willen bewaren, maar juist omdat we verantwoordelijkheid mee willen dragen. Daarbij past een eigen afweging en een eigen debat. Dat is geen gemekker aan de zijlijn, dat heet democratie.

Ook Nederland is een kwetsbare samenleving. Ook Nederland herbergt potentiële daders van terreuraanslagen, zoals vorige week weer duidelijk is geworden. Ook wij zullen onze kwetsbare democratische samenleving moeten beschermen, zo goed als we kunnen. Dat heeft twee kanten. In de eerste plaats zullen we moeten nadenken over hoe bedreigingen van onze interne veiligheid beter kunnen worden ondervangen. De mogelijkheden van betrokken organisaties, van politie tot inlichtingen diensten, zullen tegen het licht moeten worden gehouden. Internationale samenwerking en informatie-uitwisseling is daarbij bepalend. Ook daarvoor is een sterke en democratisch verankerde Europese Unie essentieel. De noodzaak van inlichtingen levert spanning op met de bescherming van ieders persoonlijke levenssfeer. We zullen moeten bezien hoe we in het licht van de terreurdreiging daarmee moeten omgaan. Het is even voorbarig om nu te zeggen dat er niets hoeft te veranderen als om nu op te roepen om individuele vrijheid te beknotten.Eerst de analyse, dan het besluit. Ik vraag de regering over deze aspecten en haar zienswijze de Kamer nader te informeren.

De andere kant van de kwetsbare samenleving is het daadwerkelijk samenleven, Een open democratie kan veel hebben. Veel zienswijzen, veel geloofsovertuigingen, veel culturen. Begrip en acceptatie vormen daarin sleutelwoorden, maar evenzeer noodzakelijke integratie met als duidelijke grens onze democratische waarden. Ik heb in de Troonrede een passage daarover echt gemist. Ik vraag de regering die waarden te willen bewaken en actief te voorkomen dat als gevolg van de wereldgebeurtenissen nieuwe spanningen in onze samenleving ontstaan. Dialoog, maar ook duidelijkheid. Wie zich verheugt over wat er in Amerika is gebeurd, heeft in Nederland een groot probleem. Maar wie deze aanslagen aangrijpt om haat aan te wakkeren tegen moslims in ons land eveneens.

Terugblik paars

Democratie houdt niet op door terreur. Daarom praten wij hier over het beleid van het kabinet, hoe moeilijk het ook is om in deze dagen ons daarop te richten.

D66 heeft met overtuiging aan paars deelgenomen. Niet paars, maar wel die overtuiging is onze inzet voor de komende jaren. De overtuiging dat een politiek die liberaal van gedachte is en sociaal van gevoel ook in de nabije toekomst belangrijk is. Doorslaggevend zelfs om een brug te slaan tussen individuele ontplooiing en vrijheid en sociale samenhang.

Mede door de inspanningen van paars zijn mensen weer aan het werk gekomen en uit de onmacht van een uitkering. De economische motor werd opgevoerd, het werd makkelijker om initiatief te nemen, om te ondernemen. Het beleid van lange jaren om in te krimpen en om te buigen kon na 1998 worden omgezet in aandacht voor mens, maatschappij en milieu. Van saneren naar investeren. Het kabinet heeft met forse impulsen recht gedaan aan de zorgen die in de samenleving bestaan over zorg, onderwijs en veiligheid. In de grote steden en in het integratiebeleid worden echt vorderingen gemaakt, hoeveel gevaar er ook bestaat voor nieuwe spanningen. Er wordt eindelijk aandacht geschonken aan de veiligheid van ons voedsel. Er is meer ruimte gekomen voor eigen verantwoordelijkheid van zelfbewuste mensen. Voor een eigen keuze hoe mensen willen leven, hoe ze hun maatschappelijke verantwoordelijkheid vorm willen geven en hoe ze dat willen combineren met de aandacht voor thuis. Eindelijk is er een referendumwet. Er is na twintig jaar een zorgvuldige euthanasieregeling gekomen. En mensen worden voor de wet gelijk behandeld of ze nu met een geliefde van hetzelfde of van het andere geslacht willen trouwen.

Deze coalitie kwam indertijd om bijzondere redenen tot stand en heeft ook het nodige tot stand gebracht. Maar de politieke samenstelling van paars heeft er ook toe geleid dat er dingen niet gedaan zijn. D66 had op een aantal punten harder willen lopen dan de coalitie als geheel toe in staat was. De WAO bijvoorbeeld waar we binnenkort de eenmiljoenste inschrijving kunnen verwachten. Één basisverzekering in de gezondheidszorg bijvoorbeeld, wat nu opschuift naar de volgende periode. Een onderwijsbeleid dat meer inzet op maatwerk en diversiteit in kleinere scholen. Groen en milieu zijn achtergebleven. En Nederland is, ondanks de harde belofte van de vorige minister van BZK er nog niet echt veiliger op geworden. Er zijn dingen blijven liggen.

Zo zijn democratie en overheid in de loop der jaren onder zeer zware druk komen te staan. De opkomst bij verkiezingen daalt en daalt, het cynisme over de politiek neemt toe. De mogelijkheden tot een open verhouding tussen kiezers en gekozenen, tussen burgers en bestuur zijn mondjesmaat benut. Een moderne democratie vraagt om stevige aanpassingen maar de oude politiek blijft bang voor verandering. Dat mag zo niet blijven.

Hetzelfde geldt voor de overheid. Steeds blijken dezelfde problemen van intense verkokering, gebrekkige samenwerking en slechte informatievoorziening. Handhaving, toezicht en controle vormen vaak duistere begrippen met veel speelruimte en weinig afspraken. Waar de overheid zelf moet optreden mist zij nogal eens slagkracht. Waar de overheid de uitvoering op afstand heeft gezet, blijken de waarborgen dun en de verantwoordelijkheden zoek. Mensen zijn meestal van goede wil maar werken in systemen die verouderd en gebrekkig zijn. Wij zullen naar een nieuwe overheid toemoeten, een nieuwe balans tussen wat de overheid moet en wat de maatschappij kan. Een overheid met een hart en een hoofd. Een hart om tegemoet te komen aan kansen en noden van mensen, een hoofd om dat op de beste manier te organiseren. Een krachtige overheid waar mensen weer in geloven, kan niet zonder ingrijpende wijzigingen: meer openheid in de relatie met burgers, betere waarborgen voor toezicht en controle, duidelijke verantwoordelijkheden in plaats van verpoldering en versplintering. Het primaat van de politiek moet weer gezicht krijgen. Ook als het gaat om openbaar vervoer of arbeidsvoorziening. Niet meer overheid, ook niet minder, maar anders. Als ik de Verkenningen goed begrijp is de R weer in de maand: richting, ruimte, resultaat en rekenschap. Ik voeg daar de V aan toe: van verbouw, verantwoordelijkheid en vernieuwing. Dat is de ambitie waar D66 voor staat.

th.dgraaf@tk.parlement.nl