Zorg in leefstijlgroepen
Organisatorische verandering in De Strijp, Den Haag
Op woensdag 19 september heeft Hare Koninklijke Hoogheid Prinses
Margriet het Haagse verpleeghuis De Strijp heropend. De Strijp heeft
een organisatorische verandering ondergaan en werkt nu vanuit een
sociaal-relationeel zorgmodel, waarbij zorg in leefstijlgroepen
centraal staat. Bij deze verandering diende onder meer verpleeghuis
Hogewey in Weesp als voorbeeld; hier wordt met een vergelijkbaar
concept gewerkt. Mariëlle Rompa, directeur van Arcares, was ook
aanwezig bij de heropening en heeft in een toespraak haar gelukwensen
uitgesproken aan het verpleeghuis.
Bij het leefstijlgroepenmodel kan elke nieuwe cliënt, eventueel samen
met familieleden, kiezen voor de leefstijlgroep die het beste past bij
zijn of haar levensstijl. Deze keuze wordt gebaseerd op
gemeenschappelijke interesses, achtergronden en normen en waarden.
Elke leefstijlgroep heeft een vast team van begeleiders: de
woonzorgkundigen. Die groep begeleiders is verantwoordelijk voor het
dagelijks leven in de groep.
Voor de cliënt betekent dit dat de overeenkomst met de thuissituatie
aanmerkelijk vergroot wordt. En we weten vanuit de
ontwikkelingspsychologie dat juist het leiden van een eigen leven
essentieel is voor de identiteit van mensen. Als dan de intramurale
zorg onontkoombaar is, blijft het van groot belang dat cliënten dit zo
veel mogelijk als een thuissituatie gaan ervaren, aldus Mariëlle Rompa
in haar toespraak. Binnen de leeftijdsgroepen worden de thuissituatie
en het dagritme zoveel mogelijk vastgehouden. Er is een huiskamer
ingericht met gewone huismeubels, in veel gevallen meegebracht door de
bewoners zelf. Het eten wordt gekookt in de eigen keuken en bewoners
kunnen meehelpen met dagelijkse huiselijke activiteiten als bloemen
water geven, wassen, boodschappen doen en afstoffen. Een voorbeeld van
een leefstijlgroep in De Strijp is bijvoorbeeld de Indische groep,
waar mensen wonen die op een of andere wijze affiniteit hebben met
Indië. Het leven in het toenmalige Indië en de normen en waarden van
destijds spelen een belangrijke rol in het dagelijks leven van deze
groep. Een ander voorbeeld is de natuur- en cultuurgroep, voor mensen
die graag buiten zijn en die houden van muziek en kunst.
Ook vanuit het perspectief van de verzorgende is dit, aldus Mariëlle
Rompa, een interessant model. Want waar in veel situaties de één zich
vooral bezighoudt met het wassen, is de ander vooral belast met het
voedsel. Terwijl men in dit model samen met een aantal collegas
volledig verantwoordelijk is voor slechts een aantal cliënten. Dit
betekent dat de verzorgenden de hen toegewezen cliënten veel beter
leren kennen en dat ze meer voor hen kunnen doen. Dat lijkt mij
veel bevredigender werken.
Vele wegen leiden naar Rome, en dit concept is niet per se het enige
juiste. Iedere instelling moet vanuit de eigen situatie de voor die
instelling juiste keuze maken. Wat wel belangrijk is, zegt Mariëlle
Rompa, is dat in het concept van De Strijp wordt uitgegaan van de
vraag van de cliënt, dat geprobeerd wordt om van dit huis zoveel
mogelijk een thuis te maken en dat de medewerkers veel meer
verantwoordelijkheid krijgen voor de zorg van de cliënten. Als die
kernelementen goed worden uitgevoerd is de kans op tevreden cliënten
en familieleden en betrokken medewerkers groot. En als dat zo is,
wordt er op een hele goede manier invulling gegeven aan wat de
verpleeg- en verzorgingshuizen in brede zin al te kennen hebben
gegeven: als sector willen zij kwalitatief hoogstaande zorg bieden.
Datum: 20/09/2001