19-09-2001
1,2 miljoen extra voor bouw poppodium Mezz
Voor de bouw van poppodium Mezz is 1,2 miljoen gulden extra
nodig. Het college van burgemeester en wethouders stelt de raad voor
dit bedrag beschikbaar te stellen uit de reserve van het meerjaren
investeringsplan. Hierin houdt het college altijd rekening met
onvoorziene kosten voor risicovolle projecten.
De rapportage over de voortgang van het bouwproces gaat nader op de
onvoorziene kosten in. Het college presenteerde deze rapportage deze
week samen met een rapportage over de exploitatie. Hierin wordt de
stand van zaken in de exploitatieopzet geschetst en worden nogmaals de
beleidsuitgangspunten weergegeven.
Het bouwproces
De contouren van het nieuwe poppodium Mezz worden steeds zichtbaarder.
De rapportage over de voortgang van het bouwproces komt dan ook op het
moment dat er inzicht bestaat in de praktische uitvoerbaarheid van het
unieke ontwerp. Nu er een reëel beeld bestaat van de bouwtechnische
risicos van het complexe bouwwerk, is er ook zicht op de meerkosten
die deze risicos met zich meebrengen. De extra kosten hebben onder
andere betrekking op de uitvoering van de ingewikkelde dubbele
schelpconstructie, de gedeeltelijk ondergrondse fietsenkelder,
sloopwerk in het bestaande gebouw en de verwijdering van extra asbest,
tariefsverhoging van nutsvoorzieningen en aanpassing van de
brandweervoorzieningen.
Daarnaast hebben vertragingen in het bouwproces geleid tot extra
kosten voor project- en procesmanagement, indexering van de bouwsom en
het meerwerk en juridische procedures.
De exploitatie
De bouw van Mezz vordert volgens plan. De verwachting is dat het
poppodium begin april 2002 haar deuren opent. In voorbereiding daarop
zijn de stichting Mezz en de gemeente Breda in gesprek over de
exploitatieopzet. De gemeente draagt jaarlijks maximaal 562.500 gulden
(prijspeil 1997) bij aan de exploitatie. Deze subsidie is uitsluitend
voor de culturele programmering. De verantwoordelijkheid voor de
exploitatie van commerciële activiteiten en de horeca ligt volledig
bij de stichting Mezz.
Voor de exploitatieopzet is een aantal beleidsuitgangspunten van
belang. Zo is een zuiver café niet toegestaan, maar een horecagedeelte
dat past bij de functie van het poppodium wel. De sluitingstijden uit
de Drank- en Horecaverordening Breda 1997 gelden. Dit betekent dat een
nachtvergunning niet tot de mogelijkheden behoort. Verder dient het
poppodium zich te houden aan de geluidsnormen uit de wet Milieubeheer.
Op dit moment heeft de stichting Mezz een voorstel gedaan voor een ambitieuze exploitatieopzet met een voorstel voor een sterk geprofessionaliseerde organisatie. Deze opzet is kostenverhogend ten opzichte van eerdere ramingen. De gemeente wil nu met de stichting Mezz kijken naar mogelijke oplossingsrichtingen, binnen het eerder door de gemeenteraad vastgestelde subsidieplafond.
De verwachting is dat de stichting Mezz eind oktober een bedrijfsplan
aan de gemeente kan voorleggen waarin rekening is gehouden met de
uitgangspunten.
Breda, 19 september 2001