Jonge allochtonen runnen steeds vaker eigen bedrijf
Jonge allochtone ondernemers beginnen steeds vaker met succes
een eigen automatiserings-, advies-, onderzoeks- of pr-bedrijfje. Het
hebben van een eigen shoarmazaak, slagerij of groentewinkel is
tegenwoordig minder populair.
Dat blijkt uit onderzoek dat de organisatie Etnisch Ondernemerschap
uitgevoerd heeft in opdracht van minister van Boxtel van
Integratiebeleid en staatssecretaris Ybema van Economische Zaken. In
de periode 1986 tot 2000 is het aantal allochtone ondernemingen
verdrievoudigd. Opvallend is verder dat beginnende allochtonen minder
vaak failliet gaan; in 1993 moest nog 28% van de starters binnen een
jaar zijn deuren sluiten, nu ligt dat percentage op 17. De gemiddelde
leeftijd waarop allochtonen een eigen bedrijf beginnen ligt op 35
jaar.
Nederland telt momenteel zo'n 49.000 allochtone ondernemers, waarvan
25% vrouw is en 5.000 tot de tweede generatie behoren. De meeste eigen
ondernemingen zijn eenmanszaken en worden gerund door Turken (9.000).
Daarna komen Surinamers met 6.439 ondernemingen, gevolgd door Chinezen
(5.130), Marokkanen (3.424), Egyptenaren (2.037), Antillianen (1.615)
en Polen (1.385).