Ingezonden persbericht

PERSBERICHT

Utrecht/Harlingen, 26 september 2001

Gezamenlijk persbericht van Stichting Natuur en Milieu en Waddenvereniging naar aanleiding van presentatie eindrapport Stuurgroep chloor en alternatieven

Chloorindustrie blokkeert omschakeling

naar chloorvrije alternatieven

Het overleg tussen de chloorindustrie en milieuorganisaties over chloorvrije producten en productieprocessen is gestrand op onwil van de industrie. De chloorbedrijven zien de noodzaak van omschakeling niet in en ontkennen de schadelijkheid van chloor en chloorproducten voor mens en milieu. De milieuorganisaties zijn teleurgesteld. Chloorvrije, duurzame sectoren van de chemische industrie zouden kunnen profiteren van een trendbreuk, maar de chloorindustrie blokkeert deze.

In maart 1999 tekenden acht milieuorganisaties*) en de Vereniging Nederlandse Chemische Industrie (VNCI), namens vijf chloorconcerns, de Intentieverklaring alternatievenonderzoek in de chloorketen. Doel was de duurzaamheid van chloor en chloor(neven)producten te vergelijken met die van chloorvrije alternatieven, en te onderzoeken hoe een omschakeling zou kunnen worden gerealiseerd.

De houding van de chloorindustrie in het overleg was uitermate teleurstellend. Na anderhalf jaar praten liet zij weten geen sense of urgency meer te voelen om over omschakeling te praten, terwijl dit nu juist de aanleiding was voor het overleg. Verder hechtte zij geen belang aan de criteria voor duurzaamheid, hoewel daarover eerder overeenstemming was bereikt. Ook stelde de chloorindustrie het afgesproken onderzoek naar omschakeling (hoe, knelpunten, oplossingen enz.) keer op keer afhankelijk van 'sluitend bewijs' voor de milieuschadelijkheid van chloor en chloor(neven)producten. Dat was in strijd met de afspraken en frustreerde uiteindelijk het onderzoek. Op deze wijze werd een zinvolle discussie over omschakeling onmogelijk. Achteraf constateren de milieuorganisaties een weeffout, namelijk de keuze van de VNCI om in het overleg alleen de chloorindustrie te vertegenwoordigen. Hierdoor kwam de winst voor de chloorvrije sectoren van de industrie niet aan bod en werd een evenwichtige discussie onmogelijk.

Wel is in twee jaar veel materiaal op tafel gebracht dat de schadelijkheid van chloor en chloor(neven)producten onderbouwt, terwijl tegelijkertijd duidelijk is geworden dat er nog veel niet bekend is. In dit licht is er volgens de milieuorganisaties alle reden om het nationaal en internationaal erkende voorzorgbeginsel te hanteren en af te zien van productie en lozing van chloor en chloor(neven)producten.

Conclusie van de milieuorganisaties is dat in de chloordiscussie een besluitvormende instantie nodig is. Na jaren discussie tussen de partijen is nu de politiek aan zet om richting te geven aan een trendbreuk naar duurzame, chloorvrije producten en productiemethoden.


*) Stichting Natuur en Milieu, Waddenvereniging, Vereniging Milieudefensie, Zuid-Hollandse Milieufederatie, Zeeuwse Milieufederatie, Brabantse Milieufederatie, Milieufederatie Limburg, Natuur en Milieu Overijssel
Nadere inlichtingen:
Stichting Natuur en Milieu, tel. 030-2331328: Marc Koene (privé 071-5222232), Marijke Brunt (privé 030-2316169)