Groningen, 26 september 2001 Persbericht nr. 191
Meer organisaties betrekken bij jeugdzorg en bereikbaarheid verbeteren
De provincie moet de regie nemen bij de vorming van het nieuwe Bureau Jeugdzorg. Daarnaast moeten meer organisaties worden betrokken bij dit Bureau: niet alleen de direct betrokkenen maar ook andere organisaties. Verder moet de bereikbaarheid van de de dependances van het Bureau Jeugdzorg worden verbeterd, via 24 uurs bereikbaarheid en het instellen van een klachtennummer over de bereikbaarheid.
Dit zijn enkele aanbevelingen van de Commissie Beleidsonderzoek
Jeugdzorg die op 10 oktober 2000 door Provinciale Staten van Groningen
is ingesteld en als doel had aan de Staten een advies uit te brengen
over een aantal ontwikkelingen in de jeugdzorg. Dit met het oog op de
toekomstige besluitvorming in de Staten.
Om haar adviezen uit te kunnen brengen heeft de Commissie gekozen voor
het het houden van openbare interviews met betrokkenen bij en uit de
jeugdzorg. In totaal werden 24 organisaties "gehoord".
Bereikbaarheid
De belangrijkste adviezen van de Commissie zijn dat de provincie de
regie moet nemen bij de vorming van het nieuwe Bureau Jeugdzorg en dat
niet alleen de direct betrokken organisaties, maar ook andere
organisaties die in de toekomst te maken krijgen met het Bureau
Jeugdzorg er door middel van inspraak bij worden betrokken.
Ten aanzien van de spreiding van de dependances van het Bureau
Jeugdzorg over de provincie kiest de Commissie niet voor een aantal,
maar voor het criterium van de bereikbaarheid. De Commissie heeft in
haar interviews vaak te horen gekregen dat de bereikbaarheid van de
huidige bureaus voor ambulante jeugdhulpverlening niet optimaal is.
Daarom beveelt de Commissie aan dat de aandacht moet liggen op een
24-uurs bereikbaarheid en het instellen van een klachtennummer over de
bereikbaarheid.
Protocol
Een ander punt waar de Commissie vaak mee werd geconfronteerd, was dat
verwijzers niet op de hoogte gesteld worden welke hulp de jongere
krijgt en wanneer deze het hulpverleningscircuit ingaat. Wanneer de
jongere de hulpverlening verlaat en zich weer bij de verwijzer meldt,
is het vaak onbekend welke hulp de jongere heeft ontvangen. De
Commissie beveelt aan dat er een protocol komt waarin dit beter
geregeld wordt. Een discussiepunt zal worden het advies van de
Commissie om in het Bureau Jeugdzorg ook lichte ambulante hulp te
bieden. In de wet wordt een strikte scheiding aangegeven tussen
indicatiestellers: het Bureau Jeugdzorg en geindiceerde zorg. De
Commkissie adviseert om in overleg met alle betrokkenen te bezien op
welke manier een soepele overgang tussen ambulante en geindiceerde
zorg mogelijk is die in het belang van de client is. Bureaucratie moet
vermeden worden.
Verder geeft de Commissie aan dat er duidelijkheid moet komen over wat
het nieuwe Bureau Jeugdzorg voor de gemeenten kan doen op het gebied
van de jeugdzorg. Op dit moment is er teveel onduidelijkheid tussen
gemeenten en de huidige Stichting Jeugdzorg Groningen. Ook in de
nieuwe wet staan formuleringen die niet een helder beeld geven. De
Commissie beveelt aan dat er een heldere notitie van het College komt,
waarin aangegeven wordt wat de gemeenten kunnen verwachten van het
nieuwe Bureau Jeugdzorg. Om de druk op de jeugdzorg te verminderen
beveelt de Commissie aan dat de gemeenten en de provincie nagaan op
welke manier gezamenlijke activiteiten ontwikkeld kunnen worden. De
Commissie beveelt aan te onderzoeken of door middel van inzet van
provinciale en gemeentelijke middelen extra jeugdzorgactiviteiten
uitgevoerd kunnen worden. Zij beveelt daarvoor het afsluiten van een
convenant tussen gemeenten en de provincie aan.
Dit is de eerste keer dat de Staten van Groningen een aparte beleidscommissie ingesteld hebben om haar te adviseren over toekomstige ontwikkelingen. Het instellen van een beleidscommissie was mogelijk omdat de statenleden H. Bleker (CDA) en K.W. van der Hoek (Groen Links) in de vorige statenperiode een initiatiefvoorstel door de Staten hebben laten vaststellen. De Commissievoorzitter Bert Kolk (PvdA) geeft in zijn voorwoord aan dat het uitbrengen van het advies en het daarvoor horen van een groot aantal betrokkenen een nuttige leerschool is geweest. Dit mede in het licht van de orientatie van de Staten op nieuwe instrumenten en onafhankelijke beleidsafwegingen. In de nieuwe periode wordt ook het dualisme ingevoerd in Provinciale Staten. De Staten zullen dan onafhankelijk van GS tot afwegingen en besluitvorming moeten komen, Of dit instrument van een aparte beleidscommissie ook daarvoor een goed middel is, zal na een evaluatie en in overleg met de staten nader bezien moeten worden.
Voor meer informatie over dit persbericht kunt u contact opnemen met:
Bert Kolk, tel. 0598 321731, of tel.nr. 06 53715695 of met:
Wim Trip, afdeling bestuurscontacten provincie Groningen, tel. 050
3164129