26 september 2001, 16:15 uur
Promotie: Het Noordzeekanaal 1863-1883. De geschiedenis van een
concessie.
Mr. W.A. Sinninghe Damsté, Rechtsgeleerdheid 16:15 uur
Promotor: prof.mr. J.E. Spruit
Dit jaar wordt op verschillende plekken gevierd dat het Noordzeekanaal
125 jaar geleden officieel is geopend. Dat het zover gekomen is mag
een klein wonder heten. Voor de aanleg van het Noordzeekanaal besloot
de regering Thorbecke in 1863 na lange soebatten concessie te verlenen
aan de Amsterdamse Kanaal-Maatschappij NV (AKM). Aan deze beslissing
waren echter heel wat verhitte discussies voorafgegaan. De aanleg van
het Noordzeekanaal - met de daarbij behorende waterbouwkundige werken
en de inpoldering van gedeelten van het IJ en het Wijkermeer - was
namelijk niet alleen een technisch moeilijke maar ook een zeer
prestigieuze onderneming. Zij had als doel Amsterdam voor de
oceaanreuzen van die tijd een toegangsweg tot de zee te verschaffen.
De AKM slaagde er niet in alle werken volgens afspraak en tegen het
bedrag van de oorspronkelijke begroting op te leveren. Volgens Willem
Sinninghe Damsté was dat niet alleen het gevolg van onvoldoende
technisch inzicht en het gebrek aan technische hulpmiddelen. Hij toont
aan dat het ontbreken van een toereikend juridisch instrumentarium om
de belangen van alle betrokken partijen voldoende te waarborgen de
voornaamste reden is geweest voor dat falen. In dat opzicht
verschillen de problemen die bij de aanleg van het Noordzeekanaal zijn
opgekomen dan ook niet fundamenteel van die bij de aanleg van
hedendaagse infrastructurele werken.
Gewijzigd:Friday, August 31, 2001
Johan Vlasblom