CBS

Werkloosheid stabiel

In het derde kwartaal van 2001 kwam het aantal geregistreerde werklozen uit op 141 duizend. De werkloosheid is sinds enkele maanden stabiel. Verder blijkt uit de CBS-cijfers dat de werkloosheid onder vrouwen nog altijd hoger is dan die onder mannen.

Werkloosheid stabiel
In het derde kwartaal kwam het aantal geregistreerde werklozen uit op 141 duizend. Dat is zesduizend meer dan in de maanden juni-augustus. Door seizoeneffecten is in deze periode van het jaar echter een stijging van het aantal werklozen met zesduizend gebruikelijk. Na verwijdering van deze seizoeneffecten is het werkloosheidscijfer van het derde kwartaal dus gelijk aan het vorige driemaandsgemiddelde. Het laatste halfjaar schommelen de cijfers tussen de 140 en 150 duizend. Daaruit blijkt dat de werkloosheid stabiel is. Vergeleken met dezelfde periode een jaar geleden is de werkloosheid nog altijd 35 duizend lager.

Werkloosheid onder vrouwen hoger dan onder mannen
Het aantal geregistreerde werkloze mannen en vrouwen is vrijwel even hoog. De vrouwelijke beroepsbevolking is echter kleiner van omvang dan het mannelijke deel. Daardoor is de werkloosheid onder vrouwen nog steeds hoger dan die onder mannen. Van de mannen is 1,7 procent van de beroepsbevolking geregistreerd werkloos, voor vrouwen is dit percentage bijna anderhalf maal zo hoog. Veel vrouwen die werk zoeken op de arbeidsmarkt schrijven zich bovendien niet in bij een arbeidsbureau. De verschillen in werkloosheid tussen mannen en vrouwen zijn dan ook groter wanneer uitgegaan wordt van alle werkzoekenden op de arbeidsmarkt. Dan blijkt het werkloosheidspercentage onder vrouwen tweemaal zo hoog te zijn als onder mannen.

Technische toelichting
Geregistreerde werklozen zijn mensen die bij een arbeidsbureau staan ingeschreven, direct beschikbaar zijn voor een baan van minstens twaalf uur per week en geen werk hebben of werk van minder dan twaalf uur per week. De cijfers over de geregistreerde werkloosheid zijn gebaseerd op de registratie van de arbeidsbureaus en de Enquête beroepsbevolking van het CBS, een steekproef-onderzoek dat maandelijks onder ruim tienduizend mensen in Nederland wordt gehouden. De geregistreerde werkloosheidscijfers hebben een onnauwkeurigheidsmarge omdat ze gebaseerd zijn op een steekproefonderzoek. Alleen uit grote veranderingen of uit veranderingen die zich gedurende een langere periode aftekenen mogen conclusies worden getrokken over de tendens van de werkloosheid. Naast de maandelijkse cijfers van de geregistreerde werkloosheid, publiceert het CBS jaarlijks een breder scala van indicatoren van het onbenut arbeidsaanbod. Eén daarvan is de werkloze beroepsbevolking: mensen die niet of minder dan twaalf uur werken en actief zoeken naar werk voor twaalf uur of meer. Het Centraal Planbureau gebruikt dit cijfer voor economische analyses. Een nog bredere afbakening van het onbenut arbeidsaanbod is: alle mensen die niet of minder dan twaalf uur werken en betaald werk voor twaalf uur of meer zouden willen hebben (ongeacht of men direct in staat is om te werken, op zoek is naar werk, enzovoorts). Een andere indicatie van het arbeidspotentieel is het aantal mensen met een bijstands- of ww- uitkering.