De Voorzitter van de Vaste Commissie voor Landbouw, Natuurbeheer en
Visserij
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
uw brief van
uw kenmerk
ons kenmerk
Viss. 2001/7236
datum
25-10-2001
onderwerp
Beleidsbesluit handkokkelvisserij
TRC 2001/10484 doorkiesnummer
bijlagen
1
Geachte Voorzitter,
In 1989 is aan ca. 90 personen een vergunning ex Visserijwet 1963 verleend voor de handmatige kokkelvisserij in de Waddenzee en de Oosterschelde. Deze vergunningen waren geldig tot en met het jaar 2000 en tussentijds niet overdraagbaar. Voor de handkokkelvissers die daadwerkelijk gebruik maakten van deze vergunning heeft een tijdelijke verlenging plaatsgevonden tot 31 december 2001.
datum
25-10-2001
kenmerk
Viss. 2001/7236
bijlage
In 2000 is de handmatige kokkelvisserij geëvalueerd. Deze evaluatie is
voorgelegd aan de meest betrokken visserij- en natuurorganisaties met
het verzoek om een reactie. Met deze reacties is rekening gehouden bij
het opstellen van een definitieve tekst van de 'Evaluatienota
handkokkelvisserij sinds 1989 en beleidsuitgangspunten uitgifte
vergunningen vanaf 2001'.
De conclusies en beleidsuitgangspunten uit de evaluatienota zijn
betrokken bij het opstellen van een beleidsvoornemen voor de uitgifte
van vergunningen voor de handmatige kokkelvisserij.
Het beleidsvoornemen is op 13 juni 2001 om advies gezonden aan de
WaddenAdviesRaad, het Productschap Vis en het overlegorgaan van het
Nationaal Park Oosterschelde. Voorts zijn ca. 16 betrokken
overheidsdiensten, maatschappelijk en bestuurlijk betrokken
organisaties tot uiterlijk 31 juli 2001 in de gelegenheid gesteld een
reactie te geven op het beleidsvoornemen. Er zijn twee adviezen en
twee reacties binnengekomen.
De aard van de adviezen en reacties was in algemene zin instemmend met
het beleidsvoornemen. Voorts werd een aantal punten naar voren
gebracht dat reeds eerder in de afweging bij het formuleren van het
beleidsvoornemen is betrokken. Deze punten hebben niet geleid tot
wijziging van mijn standpunt. In de toelichting op het beleidsbesluit
is dit nader toegelicht.
Hierbij stuur ik u mijn beleidsbesluit 'Uitgifte vergunningen ex
Visserijwet 1963 voor de handmatige kokkelvisserij in 2002 en 2003'.
Ter uitvoering van het beleidsbesluit zal in 2002 en 2003 een
vergunning ex Visserijwet 1963 voor de handmatige kokkelvisserij
worden verleend aan degenen die ook in de periode 1989 tot en met 2001
in het bezit waren van een vergunning, in een recente periode van vijf
jaar (1995-1999) tenminste in twee jaren de handmatige kokkelvisserij
hebben uitgeoefend en in die jaren uit de handkokkelvisserij een
substantieel deel van het inkomen hebben behaald (zie paragraaf 3 van
het beleidsbesluit). Naar verwachting leidt dit tot een uitgifte van
maximaal 30 vergunningen. In het beleidsbesluit heb ik tevens de
mogelijkheid opgenomen dat aan vergunninghouders voor de
handkokkelvisserij die zich verbinden aan door de schelpdiersector
opgestelde beheers- en visplannen een meerjarige vergunning ex
Natuurbeschermingswet kan worden verleend.
Ten aanzien van de door de betrokken handkokkelvissers bij de
evaluatie geuite wens om de vergunningen overdraagbaar te maken, heb
ik besloten om hieraan in de periode waarop het beleidsbesluit
betrekking heeft (2002 en 2003) niet tegemoet te komen. De reden is
dat in 2003 een besluit zal worden genomen over de toekomst van de
kokkelvisserij, zowel betrekking hebbend op de handmatige als de
mechanische kokkelvisserij. Indien na 2003 nog kokkelvisserij kan
plaatsvinden bestaat de mogelijkheid dat het dan geldende
vergunningbeleid opnieuw wordt overwogen. Tegen deze achtergrond acht
ik het nu overdraagbaar maken van de vergunningen niet opportuun.
De staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer
en Visserij,
G.H. Faber
Bijlage:
Beleidsbesluit (PDF-formaat, 77 Kb)
ZIE HET ORIGINELE BERICHT VOOR OPHALEN VAN PDF-BESTANDEN
Evaluatienota (PDF-formaat, 62 Kb)
Reageren
---