Centrale Raad van Beroep Utrecht

Verrekenen kinderbijslag tot hetgeen vatbaar is voor beslag.
Bron: Centrale Raad van Beroep Utrecht

Datum actualiteit: 25-10-2001

De Raad is van oordeel dat art. 17g Algemene Kinderbijslagwet (AKW), gelet op de wetsgeschiedenis, aldus verstaan dient te worden dat de mogelijkheid tot verrekenen beperkt is tot hetgeen ingevolge het Wetboek van Burgerlijke rechtsvordering (Rv) en art. 23 AKW vatbaar is voor beslag. Op grond van hetgeen in Rv is bepaald betekent dit dat eerst ruimte bestaat voor verrekening indien de periodieke inkomsten van betrokkene meer bedragen dan 90% van de voor hem geldende bijstandsnorm, vermeerderd met zijn aanspraak op kinderbijslag. Op grond van art. 23 AKW is beslag op kinderbijslag mogelijk voor zoveel dit dient tot verhaal van een uitkering tot levensonderhoud van het kind. Nu de ten onrechte verleende kinderbijslag strekte tot onderhoud van drie kinderen is beslag op en verrekening met de toekomstige aanspraken van betrokkene op kinderbijslag ten behoeve van die kinderen in beginsel mogelijk. De Raad vindt voor deze opvatting steun in het arrest van de HR van 4 november 1966 (NJ 1967/35). Verrekening is derhalve mogelijk, met dien verstande dat die per kind gespecificeerd dient te worden en slechts betrekking kan hebben op toekomstige aanspraken met betrekking tot het betreffende kind tot het maximum van hetgeen ten behoeve van dat kind teveel aan kinderbijslag is betaald.

Ga naar betreffende uitspraak met nummer: AD4638
(Zie het originele bericht)