FNV

Trillingen op het werk
Europa - europa@dds.nl

Veel werknemers ondervinden dagelijks last van trillingen op het werk. Dit kan ernstige lichamelijke gevolgen met zich mee brengen. De Europese Commissie wil meer bescherming bieden aan deze werknemers, die met name werkzaam zijn in de (land)bouw, mijnbouw en de vervoersector. 24% van alle werknemers in de Europese Unie (EU) ondervindt dagelijks last van trillingen op het werk. Het betreft hier werknemers in de bouw, industrie, mijnbouw, de vervoersector en de landbouw. Gevolgen van dergelijke lichaams- of armtrillingen variëren van gevoelloosheid in de vingers tot hernia's en slijtage van de wervelkom. De Europese Commissie (EC) geeft in een ontwerprichtlijn minimumnormen inzake gezondheid en veiligheid op dit gebied. Zij benadrukt hierin het belang van risico- en gezondheidscontrole's. Deze week besprak de plenaire vergadering van het Europees Parlement (EP) de ontwerprichtlijn over de blootstelling van werknemers aan trillingen op het werk. In een eerste lezing werden de Raad en het EP het niet eens. Het EP wil verdergaan dan de Raad. De grens voor trillingen lager moet liggen. Alleen op die manier kan er daadwerkelijk bescherming geboden worden op het gebied van gezondheid. Bovendien vindt het EP niet dat bedrijven zes jaar nodig hebben om hun apparaten en machines te vervangen. Uitzonderingen hierop moeten de lidstaten samen met de sociale partners bepalen. De vakbonden zijn verdeeld over de richtlijn. Het EVV vindt de richtlijn te zwak. Zij vinden dat er strengere voorschriften moeten komen. De Duitse IG BCE (vakbond voor mijnbouw, chemie en energie) vindt de richtlijn daarentegen te strict. Zij vrezen dat te strenge regels negatieve gevolgen voor de werkgelegenheid in hun sector met zich meebrengen. De FNV benadrukt met name het belang van het invoeren van grenswaarden voor trillingen, aangezien die ook in Nederland niet bestaan. (25/10/2001)

Meer Europees nieuws? Ga naar http://www.fnv.nl/europa