Openbaar Ministerie

Den Haag, 29 oktober 2001

Rijden onder Invloed 2000: Alcoholcontroles politie effectief

Het rijden onder invloed is met 10 procent gedaald in regio's waar speciale handhavingsteams opereren. In de overige regio's is juist een stijging van 10 procent waargenomen. Dit blijkt uit onderzoek van het Bureau Verkeershandhaving van het Openbaar Ministerie (BVOM) en de Adviesdienst Verkeer en Vervoer (AVV) van het ministerie van Verkeer en Waterstaat. Op intitiatief van het Openbaar Ministerie zijn in een groot aantal politieregio's speciale handhavingsteams opgericht, die onder andere controleren op rijden onder invloed. Het streven is om eind dit jaar in alle politieregio's in Nederland een dergelijk team operationeel te hebben. Het nu gepresenteerde onderzoek geeft een eerste indruk van het effect van deze handhavingsteams. De verwachting is dat het effect nog verder toeneemt.

Bij de alcoholcontroles die de politie in 2000 in weekendnachten heeft uitgevoerd, bleek 4,6% van de automobilisten een alcoholpromillage boven 0,5 promille te hebben. Hoewel dit percentage hoger is dan in voorgaande jaren, is de stijging niet significant. De meeste overtreders namen deel aan het verkeer na een horecagelegenheid te hebben bezocht: 55% kwam uit een café, bar, restaurant of discotheek; 6% uit een sportkantine. De ontwikkeling van het alcoholgebruik onder jonge mannelijke automobilisten is nog steeds zorgelijk. In de periode 1991-1993 had gemiddeld 3,2% uit deze groep te veel gedronken, in de periode 1997-1999 was dat 4,0%. In 2000 is dit percentage opgelopen tot 4,6%, waarmee het gelijk is aan het landelijke cijfer. In vergelijking met oudere mensen neemt het risico van een ongeval bij jongeren sterker toe naarmate zij met meer drank op achter het stuur zitten. Het kabinet heeft daarom besloten de wettelijke alcohollimiet voor beginnende bestuurders terug te brengen van 0,5 naar 0,2 promille.

Bij de controles in 2000 waren de volgende groepen relatief vaak in overtreding:

* inwoners van gemeenten met meer dan 100.000 inwoners (ruim 6%);
* mannelijke bestuurders van 25 t/m 49 jaar (6%);
* inwoners van de provincies Noord- en Zuid-Holland (respectievelijk ruim 5 en bijna 6%) en daarbinnen vooral de politieregio's Gooi en Vechtstreek en Amsterdam-Amstelland (beide 7%), Haaglanden (8%) en verder in Apeldoorn (7%).

Relatief weinig overtredingen begingen in 2000:
* vrouwelijke bestuurders (bijna 2,5%), vooral die tot 25 jaar (ruim
1%) en verder ook die van 25 tot 35 jaar (bijna 1,5%);
* inwoners van de provincies Drenthe, Groningen (nog geen 2%) en Overijssel (2%) en verder in de politieregio Brabant-Noord (2%).

De controles zijn uitgevoerd door 59 politieteams. Deze teams hebben van najaar 2000 tot begin 2001 in vrijdag- en zaterdagnachten in totaal bijna 23.000 automobilisten een ademtest afgenomen. Het onderzoek naar rij- en drinkgewoontes tijdens het weekend vindt jaarlijks plaats in opdracht van het Bureau Verkeershandhaving van het Openbaar Ministerie (BVOM) en het ministerie van Verkeer en Waterstaat.

Minister Netelenbos van Verkeer en Waterstaat heeft het voornemen om nog eind dit jaar te starten met een alcoholcampagne, de zogeheten Bob-campagne. Deze campagne, die overgenomen is uit België, is erop gericht om feestgangers te stimuleren vooraf af te spreken wie nuchter blijft en zijn/haar vrienden naar huis zal rijden. Deze campagne vindt plaats in samenwerking met 3VO, Horeca Nederland, de branche-organisaties (alcohol) en de regionale/provinciale organen verkeersveiligheid.