Actueel

De rechtbank Amsterdam heeft Paul v.O. vandaag veroordeeld tot een gevangenisstraf van 12 jaar voor doodslag.

Bron: Rechtbank Amsterdam

Datum actualiteit: 8-11-2001

De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zijn echtgenote Angelique van Leijenhorst opzettelijk van het leven heeft beroofd. Hij heeft hiermee de nabestaanden van het slachtoffer onzegbaar leed berokkend. Ook heeft hij zijn destijds tweejarige zoon zijn moeder ontnomen. Verdachte heeft door zijn handelen aangetoond volstrekt geen respect voor het menselijk leven te hebben. Het is bovendien aan verdachte te wijten dat tot op heden het lichaam van Angelique van Leijenhorst nog niet is teruggevonden. Hierdoor zijn de nabestaanden nog immer niet in de gelegenheid geweest om op waardige wijze afscheid van haar te nemen, waardoor het rouw- en verwerkingsproces wordt bemoeilijkt. Een feit als het onderhavige veroorzaakt in de samenleving bovendien gevoelens van afgrijzen.

Voorts heeft de rechtbank het psychologisch rapport over verdachte in aanmerking genomen, waarin een gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogens van verdachte wordt vastgesteld in de vorm van een persoonlijkheidsstoornis met anti-sociale, psychopathe en narcistische trekken. Deze stoornis wordt gekenmerkt door gewetens- en agressieproblemen, een gebrekkige empathie, egocentrisme, opportunisme en een zwakke identiteit.

De inzet van een politieambtenaar in het Huis van Bewaring De rechtbank is van oordeel dat in dit geval met de inzet van een politieambtenaar in het Huis van Bewaring geen sprake is van infiltratie, maar van het stelselmatig inwinnen van informatie als bedoeld in artikel 126j Sv. Van het stelselmatig inwinnen van informatie is sprake wanneer een opsporingsambtenaar, zonder dat kenbaar is dat hij optreedt als opsporingsambtenaar, stelselmatig informatie inwint over de verdachte. Van infiltratie is sprake wanneer een opsporingsambtenaar deelneemt of medewerking verleent aan een groep van personen waarbinnen naar redelijkerwijs kan worden vermoed misdrijven worden beraamd of gepleegd. In dit geval levert de inzet van een informant geen schending op van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Het in deze situatie toepassen van dit middel benadert weliswaar de grenzen van het toelaatbare, doch overschrijdt deze niet. Een verdenking van een buitengewoon ernstig misdrijf als moord dan wel doodslag vormt niet in alle gevallen een voldoende grond om dit opsporingsmiddel in een Huis van Bewaring gerechtvaardigd in te zetten. In deze situatie is dat wel het geval, nu, na de plotselinge verdwijning van Angelique van Leijenhorst, er eerst een langdurig en zeer uitgebreid onderzoek heeft plaatsgevonden. Binnen dat onderzoek hebben vele verhoren plaatsgevonden en is uitgebreid technisch en tactisch onderzoek verricht, zonder dat het resultaat daarvan voldoende duidelijkheid gaf over de toedracht rond de verdwijning van Angelique van Leijenhorst en verdachtes aandeel hierin.

Het vonnis wordt vanmiddag geplaatst op de website rechtspraak.nl Informatie: afdeling voorlichting rechtbank, Mercedes Grootscholten, 020 5412608 of 06 511 87654.

Ga naar betreffende uitspraak met nummer: AD5311
(Zie het originele bericht)