Gemeente Amsterdam

|
Burgemeester
Job Cohen
|
Toespraak uitgesproken door burgemeester Cohen bij de feestelijke oplevering van de Sint Nicolaaskerk op zaterdag 1 december 2001.

Zie ook

St. Nicolaaskerk

Toespraak uitgesproken door burgemeester Cohen bij de feestelijke oplevering van de Sint Nicolaaskerk op zaterdag 1 december 2001.

Geachte aanwezigen,
Monseigneur Punt en monseigneur Van Burgstede,

"Sinds eenige dagen verheft zich het verguld-koperen kruis op den koepel der Sint-Nicolaaskerk aan de Prins Hendrikkade, en weldra zal het gebouw, van zijne steigers ontdaan, een nieuw sieraad voor onze stad vormen." Ik citeer hier Algemeen Handelsblad van 24 juli 1886.

Dit sieraad heeft ruim 110 jaar na zijn geboorte zijn eerste grote restauratie achter de rug. Het gebouw aan de Prins Hendrikkade is één van de meest markante kerkgebouwen van Amsterdam. Bij het eerste aangezicht, komend vanaf het stationsplein overkomt je een imposante ervaring, een monument van neo-renaissance en neo-barokke stijlen. De kerk - gebouwd tussen 1884 en 1887 - naar ontwerp van architect Bleijs, was voor die tijd bijzonder afwijkend van de bestaande bouw en daardoor extra opvallend. Hij week af van de toen heersende neogotische bouwmode die architect Cuypers tot maatstaf had gemaakt.

Dat was ook de bedoeling en ik zal u uitleggen waarom. De St. Nicolaaskerk waar wij nu aanwezig zijn is één van de drie Nicolaaskerken die Amsterdam rijk is. De eerste kerk van Amsterdam, de Oude Kerk, werd gebouwd rond de dertiende eeuw en had St. Nicolaas als beschermheilige. Tijdens de Tachtigjarige oorlog werd (het stadsbestuur van) Amsterdam calvinistisch en daarmee raakten de katholieken hun kerken kwijt. Vanaf dat moment was de Oude Kerk protestants en dat is zij gebleven. De vele katholieke kerkgangers lieten het er niet bij zitten en bleven samen komen in schuilkerken, waaronder de tweede St. Nicolaaskerk, de huiskerk Ons'Lieve heer op Solder. Deze kerk is de oudste praktiserende kerk van Amsterdam.

Met de Bataafse Republiek in 1795 werd de godsdienstvrijheid hersteld en kon de katholieke kerk zich weer manifesteren en kerken gaan bouwen. De keus om bouwmeester Bleijs voor een derde Nicolaaskerk te vragen was een bewuste, omdat hij - hoewel voormalig leerling van Cuypers - een andere bouwstijl zou laten zien. Een bouwstijl die brak met de stijl uit de hoogtijdagen der gotiek van het katholicisme uit de Middeleeuwen en een zelfbewust, barok uiterlijk aannam. De Sint Nicolaaskerk is zo een mooi voorbeeld van de emancipatiedrang van de Rooms katholieke kerk aan het eind van de negentiende eeuw.

Vandaag vieren wij de restauratie van de kerk die langer geduurd heeft dan de bouw zelf. Vandaag vieren wij de terugkeer van het licht in de kerk. En dat licht komt van boven. Daar is natuurlijk goddelijke symboliek in te zien, maar er is ook een meer profane reden voor. Want wie tussen de hoge Amsterdamse huizen bouwt, heeft geen andere keuze dan bovenlicht. En dat licht dat hier gefilterd door het glas-in-lood, naar beneden stroomt is in zijn volle glorie hersteld. Waarom deze restauratie? Sinds de bouw in 1884 heeft de kerk sterk te lijden gehad van vuil, kaarsroet, temperatuurwisselingen en vocht. Halverwege de jaren 1960 was de staat van de kerk al dermate slecht dat er snel iets moest gebeuren. De monumentale koepel - hier boven ons - dreigde in te zakken. Met een provisorische ingreep - er was geen geld voor een grondige restauratie - werd besloten om de ramen uit de glasvensters te nemen en de koepel te verstijven met metselwerk. Niet alleen werd hiermee één van de mooiste elementen uit de kerk verwijderd, ook verdween het licht bijna volledig.

Maar deze ingreep was niet voldoende. Voor het behoud van de kerk en het terugbrengen in haar oude glorie moest heel wat werk verzet worden. In 1997, met financiële steun van Monumentenzorg, het Bisdom, Amsterdamse kerken en kerkgangers, kon de volledige restauratie eindelijk beginnen.

Eén van de eerste werkzaamheden was het terugbrengen van het glas tussen de boogvensters in de koepel. In de binnenkoepel werden de 96 gekleurde ramen teruggeplaatst, blauw glas met daarin lichte sterren, de rozetvensters aan de zijgevel en voorgevel kregen hun oorspronkelijke beglazing terug en de acht vensters aan de zijkant van het schip zijn vervangen door nieuwe, van glaskunstenaar Jan Dibbets.

De verlichting van het binnenste van de kerk had slechts één nadeel. De slechte staat van de vele muurschilderingen werd nu duidelijk zichtbaar. En dat zou behoorlijk wat werk opleveren voor de restaurateurs, want geen stukje van de kerk is onbeschilderd. Met zeer veel geduld en precisie hebben zij zich van hun taak gekweten. En het resultaat is schitterend.

De vele muurschilderingen die u in deze kerk kunt bekijken zijn gemaakt door Jan Dunselman. Hij was kerkschilder uit roeping en hij geloofde in de kracht van de kerkelijke kunst. Volgens hem kon deze kunstvorm - en ik citeer - "de geloovigen leren en opwekken tot overweging".

Jan Dunselman begon in 1891 aan zijn eerste opdracht en schilderde de serie van veertien kruiswegstaties. Hierna volgden vele opdrachten, meestal naar aanleiding van een bijzondere gebeurtenis. Drie hoofdthema's staan hierin centraal: De beschermheilige St. Nicolaas - van de kerk én van Amsterdam, het Amsterdamse Sacrement van Mirakel en de Martelaren van Gorcum. Met de schildering van St. Christoffel in 1928 voltooide Dunselman na bijna 40 jaar de decoratie van de kerk.

Dames en heren,
Vandaag vieren wij feestelijk de afronding van de restauratie van de St. Nicolaaskerk. Een nieuwe toekomst voor een kerk, die een belangrijk middelpunt is in de levens van velen. Hier aan de kop van de Zeedijk, aan de rand van het Wallengebied en recht tegenover het Centraal Station heeft de St. Nicolaaskerk een belangrijke functie. Steeds meer mensen komen jaarlijks binnen. Op zoek naar rust, een plek om te denken, een plek om tot zichzelf te komen in deze hectische omgeving. Voor de vele kerkgangers - Amsterdammers, maar ook van verre afkomstig - is de St. Nicolaaskerk een lichtpunt. Een baken in de stad, dat is zij altijd geweest. Een baken - in een volstrekt andere tijd dan toen hij gebouwd werk - maar een baken.

Ik maak graag van de gelegenheid gebruik om al die genen te bedanken die zich hebben ingezet voor het opknappen van de kerk. Zij is als herboren. Ik eindig met de volgende strofe die is geschreven ter gelegenheid van de inwijding van de st. Nicolaaskerk in 1887:

"Amstels oudste tempelbogen
Ons ontnomen door den Geus
Staan herboren aan de zoomen,
Van de zilte waterstromen,
Statig, krachtig als een reus.'

^


-

© gemeente Amsterdam - 3-12-2001