European Union
EU - CANDIDATE COUNTRIES : Joint Communiqué of ECOFIN Ministers
Press Release: Brussels (04-12-2001) - Press: 456 - Nr: 14940/01
---
Brussel, 4 december 2001
14940/01 (Presse 456)
(OR. fr)
GEZAMENLIJK COMMUNIQUÉ VAN DE MINISTERS VAN ECONOMISCHE EN FINANCIËLE
ZAKEN
VAN DE EU EN DE KANDIDAAT-LIDSTATEN
Op 4 december 2001 zijn de ministers van Economische en Financiële
Zaken van de EU en de kandidaat-lidstaten met vertegenwoordigers van
de Commissie en de ECB bijeengekomen voor hun tweede
dialoogvergadering over het economisch beleid. Het voornaamste doel
van deze vergaderingen is, de kandidaat-lidstaten te helpen de
strategie voor hun integratie in de economie van de Europese Unie te
bepalen.
De kandidaat-lidstaten hebben aanzienlijke vorderingen gemaakt met de
macro-economische stabilisatie en de structurele hervormingen ter
ondersteuning van een sterke en duurzame groei. Desondanks zijn de
uitdagingen waarvoor zij zich op het gebied van het economisch beleid
geplaatst zien, nog groot. De gebeurtenissen van 11 september hebben
ook op korte termijn economische en financiële gevolgen.
De kandidaat-lidstaten dienen voort te gaan met hun hervormingsinspanningen om te voldoen aan de criteria van Kopenhagen (d.w.z. het "bestaan van een functionerende markteconomie" en "het hoofd kunnen bieden aan de concurrentiedruk en marktkrachten binnen de Unie") en om hun lidmaatschap van de EU voor te bereiden.
De ministers van de lidstaten van de EU en van de kandidaat-lidstaten
nemen er nota van dat de kandidaat-lidstaten verdere vooruitgang
hebben geboekt met de macro-economische stabilisatie en de structurele
hervormingen in het kader van de economische pretoetredingsprogamma's.
Over het algemeen weerspiegelen de programma's de voornaamste
economische beleidsuitdagingen die deze landen op hun weg naar de
toetreding zullen tegenkomen.
Hoewel ook in de EU-landen aanvullende structurele hervormingen nodig
zijn, is een van de voornaamste opgaven voor de kandidaat-lidstaten
dat zij actiever structurele hervormingsprogramma's moeten uitvoeren
voor een sterkere, doch wel duurzame groei, onder andere door een
sterkere integratie met de huidige lidstaten, met name voor landen met
een lagere economische groei.
Bovendien moeten de kandidaat-lidstaten streven naar een
macro-economisch beleid en wisselkoersstrategieën die reële en
nominale convergentie kunnen bevorderen. Hoewel in de meeste landen
een voldoende mate van macro-economische stabiliteit bestaat om
economische subjecten in staat te stellen in een door stabiliteit en
grotere zekerheid gekenmerkt klimaat besluiten te nemen, zullen de
vooruitzichten voor reële en daardoor duurzame nominale convergentie
onder andere afhangen van de inzet waarmee deze landen op de eerste
plaats macro-economische stabiliteit en op de tweede plaats financiële
stabiliteit nastreven op basis van de tot dusverre gemaakte
vorderingen.
De ministers van de lidstaten van de EU en van de kandidaat-landen, op
basis van bovenstaande:
hechten hun goedkeuring aan de door de Commissie voorgestelde methode
voor het verslag over de macro-economische en financiële
stabiliteit in de kandidaat-lidstaten. De Commissie wordt verzocht
om, in samenwerking met de Europese Centrale Bank (ECB) en na
raadpleging van het Economisch en Financieel Comité (EFC), op
basis daarvan verslag uit te brengen. Dit zal het hoofdthema
worden van de bijeenkomst op hoog niveau van het EFC in
maart 2002. Alle ontwikkelingen van betekenis tussen de aanneming
van het verslag in februari en de ministeriële vergadering in het
najaar dienen ter kennis van de ministers te worden gebracht;
verzoeken de Commissie om de vergadering op hoog niveau van het
Economisch en Financieel Comité van maart 2002 een evaluatie voor
te leggen van de huidige vorm en inhoud van de economische
pretoetredingsprogramma's in het licht van de in de eerste ronde
opgedane ervaring. Deze programma's moeten toegespitst blijven op
de economische hervormingen die nodig zijn om de economische
toetredingscriteria te halen. Tevens verzoeken zij de Commissie in
samenwerking met de ECB aan de vergadering op hoog niveau in het
najaar van 2002 een voortgangsverslag uit te brengen over de meest
urgente statistische eisen waaraan nog moet worden voldaan;
memoreren met klem hoe belangrijk het is dat alle lidstaten en de
kandidaat-landen het acquis van de Unie inzake de bestrijding van
terrorisme, witwassen van geld en financiële criminaliteit,
alsmede de 40 aanbevelingen van de FATF (Financiële Actiegroep
witwassen van geld) inzake het witwassen van geld, volledig
uitvoeren en passende maatregelen treffen om de door de FATF
aanbevolen tegenmaatregelen te kunnen uitvoeren.
De ministers zullen in het najaar van 2002 opnieuw bijeenkomen om hun
dialoog voort te zetten. De dialoog zal worden voorbereid in
vergaderingen op het niveau van het Economisch en Financieel Comité en
de tegenhangers daarvan.
BIJLAGE
Deelnemers van de landen die kandidaat zijn voor toetreding tot de EU
Bulgarije:
de heer Milen VELTCHEV
Minister van Financiën
Cyprus:
de heer Takis KLERIDES
Minister van Financiën
Estland:
de heer Siim KALLAS
Minister van Financiën
Hongarije:
de heer Mihály VARGA
Minister van Financiën
Letland:
de heer Gundars BERZINS
Minister van Financiën
mevrouw Valentina ANDREJEVA
Staatssecretaris van Financiën
Litouwen:
mevrouw Dalia GRYBAUSKAITE
Minister van Financiën
Malta:
de heer John DALLI
Minister van Financiën
Polen:
de heer Andrzej RACZKO
Minister van Financiën
Slowakije:
mevrouw Brigita SCHMÖGNEROVA
Minister van Financiën
de heer Viliam VAKOVIC
Staatssecretaris van Financiën
Tsjechië:
de heer Jiri RUSNOK
Minister van Financiën
Roemenië:
de heer Enache JIRU
Staatssecretaris van Financiën
Slovenië
:
de heer Anton ROP
Minister van Financiën
Turkije
:
de heer Kemal DERVIS
Minister van Economische Zaken