IP/01/1738
Brussel, 5 December 2001
Antitrustbeschikking tegen De Post om concurrerende postdiensten te
beschermen tegen het misbruik van een monopolie
De Europese Commissie besloot vandaag dat de Belgische postexploitant De Post misbruik heeft gemaakt van haar machtspositie door het voorkeurtarief voor de algemene brievenpostdienst afhankelijk te stellen van het aanvaarden van een bijkomend contract betreffende een nieuwe business-to-business-postdient ("B2B"). Deze nieuwe dienst concurreert met de "documentenuitwisselingsdienst" voor zakelijke post die wordt verstrekt door Hays, een in het Verenigd Koninkrijk gevestigde particuliere onderneming. Aangezien De Post de financiële middelen van de onder het monopolie vallende algemene brievenpost gebruikte om haar machtspositie te versterken op de afzonderlijke en verschillende markt van business-to-business-diensten, heeft de Commissie een geldboete van 2.5 miljoen EUR opgelegd.
Commissaris voor Concurrentie Mario Monti verklaarde: "De beschikking
van vandaag maakt het overduidelijk dat de Commissie niet zal
aanvaarden dat gevestigde postexploitanten de middelen van hun
wettelijk monopolie gebruiken voor het wegwerken van concurrenten die
diensten verlenen op gebieden welke openstaan voor concurrentie. In de
komende periode, die gekenmerkt zal zijn door het naast elkaar bestaan
van onder het postmonopolie vallende diensten en geliberaliseerde
diensten, zal de Commissie uiterst waakzaam blijven opdat de
monopoliehouders hun machtspositie niet zouden uitbreiden tot markten
die openstaan voor particuliere bedrijven. Ik ben tevreden dat De Post
ten gevolge van ons optreden, maar zonder de vandaag aangenomen
eindbeschikking af te wachten, een eind heeft gemaakt aan dit
misbruik."
In april 2000 diende Hays plc. ("Hays"), een in het Verenigd
Koninkrijk gevestigde particuliere postdienstexploitant, bij de
Commissie klacht in omdat De Post het documentenuitwisselingsnetwerk
van Hays, dat het sinds 1982 in België exploiteert, zou proberen te
elimineren. Hays kon niet concurreren met de door De Post aangeboden
tariefverminderingen voor de onder het monopolie vallende diensten en
verloor derhalve het merendeel van haar traditionele klanten in
België, de verzekeringsmaatschappijen.
Business-to-business-postdiensten worden slechts aan een gesloten
groep abonnees aangeboden voor de wederzijdse uitwisseling van
bedrijfsdocumenten. Deze dienst garandeert de bestelling de volgende
ochtend en speciale, vooraf vastgestelde afgifte- en besteltijden.
Business-to-business-post verschilt derhalve aanzienlijk van de onder
het monopolie vallende algemene briefpost. De Post en Hays concurreren
bij het aanbieden van business-to-business-diensten aan
verzekeringsondernemingen in België.
Tijdens het onderzoek van de Commissie kwamen de volgende feiten aan
het licht: nadat de klanten van Hays in de verzekeringssector lieten
weten niet geïnteresseerd te zijn in de nieuwe door De Post aangeboden
business-to-business-postdiensten, zegde de laatste enkele dagen later
unilateraal de voorkeurtarieven op die de verzekeringsmaatschappijen
tot dusver kregen voor het sturen van hun algemene brievenpost.
Vervolgens heeft De Post de opzegging van 30 oktober 1998 van de
overeenkomst inzake het voorkeurtarief gehandhaafd tot de
Beroepsvereniging der verzekeringsondernemingen zich op 27 januari
2000 abonneerde op de nieuwe business-to-business-dienst. Na de
benoeming van een nieuwe directie, die heeft samengewerkt met de
diensten van de Commissie, heeft De Post ondertussen de koppelverkoop
stopgezet, en de business-to-business-postdienst op 27 juni 2001
opgeschort.
Door de onder het monopolie vallende tariefvermindering aan het
abonnement op haar business-to-business-dienst te binden, maakte De
Post het voor Hays onmogelijk om volgens gelijke spelregels te
concurreren, aangezien het bedrijf een dergelijk voordeel niet kon
aanbieden. Deze koppelverkoop kan, hoewel de praktijk ondertussen werd
stopgezet, nog steeds leiden tot de eliminatie van Hays, een
onderneming die een grensoverschrijdend netwerk voor de uitwisseling
van documenten vanuit de Belgische markt heeft opgezet. De nachtelijke
grensoverschrijdende uitwisseling van documenten tussen België en het
Verenigd Koninkrijk en Frankrijk, die momenteel door Hays wordt
aangeboden, zal ophouden te bestaan indien Hays zou verdwijnen van de
Belgische markt. Derhalve had de inbreuk een ongunstig effect op de
handel tussen de lidstaten en ging daarvan een sterk negatief signaal
uit naar de buitenlandse concurrenten die handelsactiviteiten in
België willen ontplooien.
In artikel 82, onder d), van het EG-verdrag is bepaald dat misbruik
van een machtspositie kan bestaan in "het feit dat het sluiten van
overeenkomsten afhankelijk wordt gesteld van het aanvaarden door de
handelspartners van bijkomende prestaties, welke naar hun aard of
volgens het handelsgebruik geen verband houden met het onderwerp van
deze overeenkomsten".
Achtergrond van de beschikking
De bescherming van postdiensten die openstaan voor concurrentie is het
beste middel ter bescherming van de belangen van de verbruikers en het
Europese bedrijfsleven, die efficiënte en concurrerende postdiensten
nodig hebben.
De Commissie is er zich bij de toepassing van de concurrentieregels op
de postsector duidelijk van bewust dat het postmonopolie slechts
geleidelijk kan worden opengesteld. In de nabije toekomst zullen de
diensten die onder het postmonopolie vallen en die welke openstaan
voor concurrentie, dus naast elkaar bestaan.
De beschikking van vandaag is de vijfde in een reeks beschikkingen die
de Commissie sinds december 2000 heeft gegeven op het gebied van de
postdiensten. Dit toont aan dat de Commissie er zeer strikt zal
blijven over waken dat de begunstigden van een monopolie hun uit het
monopolie voortvloeiende middelen niet gebruiken om hun machtspositie
te versterken op markten die openstaan voor concurrentie.
* In december 2000 nam de Commissie een beschikking tegen Italië aan
waarin wordt bevestigd dat innovatieve nieuwe diensten, zoals
hybride elektronische postdiensten (met zeker uur) niet onder het
postmonopolie mogen vallen. Deze nieuwe diensten moeten openstaan
voor concurrentie op basis van prestaties.
* In maart 2001 legde de Commissie Deutsche Post een geldboete op
wegens misbruik van haar machtspositie door het toekennen van
getrouwheidskortingen aan nagenoeg de gehele Duitse
postordersector. De Commissie stelde ook de regel vast dat uit het
monopolie voortvloeiende inkomsten niet mogen worden gebruikt om
een politiek van afbraakprijzen te financieren in markten die
openstaan voor concurrentie. Als gevolg van de door de Commissie
ingeleide procedure heeft Deutsche Post de concurrerende
pakketdiensten afgesplitst van de onder het monopolie vallende
diensten.
* In juli 2001 werd nog een beschikking aangenomen waarin werd
beslist dat Deutsche Post niet het volledige binnenlandse tarief
mag aanrekenen voor alle inkomende grensoverschrijdende zendingen.
* Uit een beschikking tegen Frankrijk van oktober 2001 bleek de
bezorgdheid van de Commissie over het feit dat de regering een
doeltreffend en onafhankelijk wettelijk toezicht op de begunstigde
van een postmonopolie moet uitoefenen.
Al deze beschikkingen zijn nuttige precedenten en dienen als
richtsnoer voor de openbare postexploitanten wat de duidelijke
beleidsdoelstelling van de Commissie betreft om de concurrentie te
beschermen op postmarkten die verschillend zijn van, maar verwant zijn
met de onder het postmonopolie vallende markten.