Ministerie van Financiën
http://www.minfin.nl
MINFIN: Geannoteerde agenda Ecofin 13/14 december 2001
Persbericht
No 01/325 Den Haag 6 december 2001
Geannoteerde agenda Ecofin 13/14 december 2001
Bijgaand staat de integrale tekst van de geannoteerde agenda van de
Ecofin Raad van 13 december en Eurogroep en informele Ecofin Raad van
14 december 2001.
1. Ecofin Raad
Tijdens de Ecofin Raad van 13 dcember zullen de volgende onderwerpen
worden besproken:
Voorbereiding van de invoering van de euro
document: concept verklaring ten behoeve van de Europese Raad van
Laken
aard bespreking: bespreken van verklaring
besluitvormingsprocedure: n.v.t.
toelichting:
In de Ecofin Raad zal worden gesproken over de voortgang die de
verschillende lidstaten hebben geboekt op het gebied van hun chartale
euroconversiescenarios. Aandacht zal dan uitgaan naar de uitvoering
van de laatste stappen van deze scenarios. Tevens zal de Ecofin Raad
een verklaring over de introductie van de euro ten behoeve van de
Europese Raad van Laken voorbereiden. De introductie van de euro zal
ook in de Eurogroep van 14 december aan de orde komen.
Voortgangsverslag aan de Europese Raad van Laken over de besprekingen
inzake het belastingpakket
Document: Nog niet ontvangen
Aard van de bespreking: voortgangsverslag en een akkoord over de tekst
van de richtlijn spaartegoeden
Besluitvormingsprocedure: n.v.t.
Toelichting:
Op de agenda staat de rapportage aan de Europese Raad inzake de
gerealiseerde voortgang binnen het belastingpakket. Het
belastingpakket bestaat uit drie onderdelen, nl. de gedragscode, de
richtlijn voor spaartegoeden en de richtlijn voor interest en
royalties. Het belastingpakket wordt pas aanvaard (deadline eind 2002)
als op alle afzonderlijke onderdelen overeenstemming is bereikt
(pakketgedachte). Over de richtlijn voor interest en royalties is
reeds overeenstemming bereikt. Ook het voortgangsverslag over de
gedragscode is door de Ecofin Raad van 4 december aangenomen. Alleen
het onderdeel spaartegoeden zou nog tot discussie kunnen leiden.
2. De richtlijn voor spaartegoeden
Op dit moment is niet duidelijk over welke punten de Ecofin Raad van
13 december zal beslissen, aangezien op vrijdag 7 december nog een
vergadering plaats vindt van de groep op hoog niveau
'belastingpakket'. De resultaten zullen in een voortgangsverslag aan
de Europese Raad worden voorgelegd in een voortgangsverslag over het
belastingpakket.
2.1. Financiële diensten
Actieplan financiële diensten en voortgangsrapport van het Belgisch
voorzitterschap
document: 5e voortgangsrapport Actieplan financiële diensten en
voortgangsrapport Belgisch
Voorzitterschap
aard bespreking: presentatie Europese Commissie en/of Belgisch
voorzitterschap inzake de
voortgang bij het Actieplan
besluitvormingsprocedure: n.v.t.
toelichting:
Het 5e voortgangsrapport van het Actieplan financiële diensten geeft
aan dat er belangrijke voortgang is geboekt met het Actieplan, zoals
het bereikte politieke akkoord bij de richtlijn afstandsverkopen en
het compromis met het Europees Parlement over de richtlijn witwassen.
Tevens geeft het voortgangsrapport aan wat er nog moet gebeuren.
Hierbij zijn de belangrijkste punten van de Commissie:
1. Richtlijn overname biedingen (afwijzing door Europees Parlement, in
het rapport kondigt de Commissie een nieuw voorstel aan begin
2002);
2. Richtlijn Pensioenfondsen (openstaande punten: 1. scope van
richtlijn 2. kwantitatieve/kwalitatieve beleggingsregels 3. technische
voorzieningen 4. grensoverschrijdend deelnemerschap);
3. Aandacht voor de door de Raad als prioritair aangemerkte
richtlijnen inzake financiële conglomeraten, prospectus en de
verordening Internationale Accounting Standaarden.
Het rapport roept alle drie de instituties (Europees Parlement, Raad,
Commissie) op om niet te verslappen. In het rapport worden actuele
onderwerpen genoemd om het belang daarvan te bevestigen, te weten:
strijd tegen het terrorisme, euro introductie, financiële stabiliteit.
In Februari 2002 zal na een Mid Term Review opnieuw op hoog politiek
niveau commitment worden gezocht. Het resultaat zou dan mogelijk in de
Barcelona Raadsconclusies (maart 2002) kunnen worden meegenomen. Het
rapport van het Belgisch voorzitterschap bevat eveneens een
beschrijving van de geboekte voortgang bij het actieplan, maar dan
onder het Belgisch voorzitterschap. Nederland heeft steeds steun voor
het actieplan uitgesproken en kan de inzet van de Commissie en het
Belgisch voorzitterschap om voortgang te boeken waarderen.
Voorstel voor een richtlijn betreffende financiële
zekerheidsovereenkomsten
document: compromis-tekst van het Belgisch voorzitterschap
aard bespreking: de richtlijn is voor de Ecofin Raad geagendeerd met
het oog op het bereiken van
een politieke oriëntatie
besluitvormingsprocedure: het voorstel voor de richtlijn is ingediend
bij de Raad en het Europees
Parlement voor aanneming volgens de co-decisieprocedure van artikel
251 van het Verdrag
toelichting:
2.2. Bespreking in de Raad
Het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad
betreffende financiële zekerheidsovereenkomsten is ingediend op 27
maart 2001, nummer Commissiedocument COM (2001) 168 definitief,
interinstitutioneel dossier nummer 2001/0086 (COD). Besprekingen in de
Raadswerkgroep hebben geresulteerd in een compromis-tekst van het
Belgisch voorzitterschap.
2.3. Commissievoorstel
Met de richtlijn terzake van financiële zekerheden
('collateral-richtlijn'), die als een prioriteit is aangemerkt in het
Actieplan voor financiële diensten, worden (onnodige) formele
voorschriften voor het aangaan van zekerheidsovereenkomsten verboden.
Hetzelfde geldt voor het vestigen van een pandrecht of het overdragen
van zekerheid van effecten of vorderingen in rekening courant. De
richtlijn heeft betrekking op zekerheidsovereenkomsten waarbij
overheidsinstellingen en financiële instellingen partij zijn.
Overigens ziet de thans voorliggende compromis-tekst van het Belgisch
voorzitterschap ook op alle andere 'gewone' ondernemingen indien zij
een zekerheidsovereenkomst sluiten met een overheidsinstelling of
financiële instelling.
2.4. stand van zaken
Het merendeel van de lidstaten heeft in het algemeen zijn steun
geïndiceerd voor de richtlijn. Het Voorzitterschap streeft er naar
deze maand een politieke oriëntatie in de Ecofin Raad te bereiken.
2.5. Nederlandse inzet
Nederland is verheugd over de collateral-richtlijn, omdat deze leidt
tot een vergroting van de financiële stabiliteit in de Europese Unie
en een grotere liquiditeit van de financiële markten in de Europese
Unie. Nederland kan in het algemeen ook instemmen met de
compromis-tekst van het voorzitterschap. Dit geldt in het bijzonder
ook voor de in de compromis-tekst voorgestelde toepassing op alle
ondernemingen, aangezien deze discriminatie van kleine en middelgrote
ondernemingen voorkomt.
Overigens heeft Nederland een voorbehoud gemaakt bij het voorstel in
de compromis-tekst om zekerheidsgerechtigden (bijvoorbeeld banken) de
mogelijkheid te bieden om verhaal op zekerheden te doen plaatsvinden
in de vorm van toeëigening, in plaats van (zoals gebruikelijk)
verkoop. Bij toeëigening is het namelijk de vraag hoe te allen tijde
marktconforme prijzen kunnen worden gewaarborgd en hoe benadeling van
andere schuldeisers kan worden voorkomen.
Marktmisbruik
document: tekstvoorstel Belgisch voorzitterschap
aard bespreking: politieke oriëntatie
besluitvormingsprocedure: Co-decisie procedure
toelichting:
inhoud richtlijnvoorstel:
Het richtlijnvoorstel verbiedt gebruik voorwetenschap en
koersmanipulatie. Voorts bevat het voorstel bepalingen inzake
openbaarmakingsverplichtingen, een eenduidig handhavingsregime onder
verantwoordelijkheid van één toezichthouder en inzake intensieve
samenwerking tussen toezichthouders. Met het oog op de bestrijding van
de financiering van terrorisme is in de richtlijn verduidelijkt dat
ook kennis over terroristische activiteiten onder de richtlijn valt.
stand van zaken besprekingen:
De Europese Commissie heeft het voorstel eind mei ingediend bij de
Raad en het Europees Parlement. Onder Belgisch voorzitterschap is de
tekst van de richtlijn inmiddels onder hoge tijdsdruk met het oog op
de bestrijding van terrorisme tweemaal in zijn geheel doorlopen. Nu
volgt reeds politieke oriëntatie. Het Europees Parlement rondt in
februari zijn eerste lezing af.
Nederlandse inzet:
Nederland onderschrijft de doelstelling van het richtlijnvoorstel om
aan de integriteit van de Europese financiële markten bij te dragen en
het vertrouwen van de beleggers te vergroten. Op onderdelen ziet
Nederland echter nog ruimte voor verbeteringen; (i) reikwijdte van de
verboden, (ii) rol effecteninstellingen bij uitvoeren transacties en
(iii) verdeling bevoegdheden toezichthouders en justitiële
autoriteiten. Nederland onderkent evenwel het belang van een snelle
totstandkoming van de richtlijn en wil hieraan ook bijdragen.
IAS-standaarden (International Accounting Standards)
document: 14789/01 laatste versie Verordening (nog niet openbaar)
aard bespreking: Vaststellen Gemeenschappelijk Standpunt
besluitvormingsprocedure: Rechtsbasis van de Verordening vormt artikel
95 jo 251 van het Verdrag, ofwel co-decisieprocedure en een
gekwalificeerde meerderheid in de Raad.
toelichting:
3. bespreking in de Raad
4. Het voorstel voor een Verordening van het Europees Parlement
en de Raad betreffende de toepassing van internationale standaarden
voor jaarrekeningen is ingediend op 13 februari 2001, nummer
Raadsdocument 6365/01, nummer Commissiedocument COM (2001) 80
definitief, interinstitutioneel dossier nummer 2001/0044 (COD).
Bespreking in de Raadswerkgroep heeft geresulteerd in een laatste
versie (14789/01).
5.
6. voorstel Europese Commissie
Binnen de EU wordt door middel van deze verordening er naar gestreefd
om beursgenoteerde vennootschappen met een zetel in de Europese Unie
te verplichten om vanaf 2005 één set standaarden, de International
Accounting Standards (IAS), toe te passen. Naar verwachting zal dit
binnen de Europese Unie de onderlinge vergelijkbaarheid van de
financiële verslagen van deze Europese ondernemingen vergemakkelijken
en de Europese kapitaalmarkt versterken. De Europese Commissie ziet de
toepassing van comitologie als de beste oplossing om snel nieuwe
standaarden aanvaard te krijgen en hopelijk de politieke discussie te
beperken. Het jaarrekeningrecht is nu geharmoniseerd via de 4e en de
7e richtlijn vennootschapsrecht (78/660 en 83/249), die echter
verouderd zijn en veel opties openlaten.
7. stand van zaken besprekingen
Het voorzitterschap streeft naar aanvaarding van de Verordening. Het
Europees Parlement stemt deze maand op basis van het rapport van Lord
Inglewood (rapporteur). Gestreefd wordt naar één lezing in het
Europees Parlement.
8. Nederlandse inzet
Nederland is met alle overige lidstaten voor overgang naar een
verplichte toepassing van de IAS en kan instemmen met het voorstel
voor de Verordening. Op verschillende punten bestaan echter nog
voorbehouden. Nederland heeft een voorbehoud bij het bij comitologie
te hanteren criterium (artikel 3 en overweging 9) dat een IAS ook
dient bij te dragen aan 'the European public good'. Gelet op de
vaagheid van dit begrip en de mogelijkheid dat het begrip door een
ruime uitleg wordt misbruikt om (snelle) toepassing van nieuwe IAS
normen om politieke redenen te voorkomen, zou Nederland het beter
achten indien deze zinsnede wordt geschrapt in artikel 3. Opname van
een toets voor het Europees belang is niet nodig in het licht van het
streven naar wereldwijde erkenning van één set standaarden. Europa
moet een ferm commitment geven om daarmee de kans van slagen van de
internationale harmonisatie te vergroten. De inbreng vanuit Europa zal
zich moeten concentreren op het voortraject - bij de totstandkoming
van de IAS en met inbreng vanuit het bedrijfsleven (EFRAG, European
Financial Reporting Advisory Group).
Duitsland heeft voorgesteld om US GAAP (United States Generally
Accepted Accounting Principles) geclausuleerd mogelijk te maken tot
2011 hetgeen de harmonisatie binnen de Europese Unie zou kunnen
vertragen en druk wegneemt om te komen tot de gewenste mondiale
convergentie. Nederland kan zich niet vinden in het voorstel van
Spanje en Italië om eigen voorschriften te blijven hanteren voor de
presentatie van jaarrekeningen. Het door een lidstaat (en niet het
IASB, International Accounting Standards Board) afdwingen van
presentatievoorschriften sluit niet aan bij het streven naar
internationale vergelijkbaarheid en harmonisatie.
8.1. Globalisering en ontwikkeling
document: Interim rapport van Europese Commissie
aard bespreking: bespreking interim rapport
besluitvormingsprocedure: n.v.t.
toelichting:
9. Tijdens de informele Ecofin Raad in Luik is afgesproken dat de
Europese Commissie een rapport schrijft over mondialisering en in
verband hiermee de Tobin-tax. Voor de Ecofin Raad van 13 december 2001
zou de Europese Commissie een eerste versie van het rapport
presenteren (het rapport komt ook aan de orde in de informele Ecofin
Raad van 14 december). Deze tussenrapportage wordt in de vergadering
besproken, waarbij zowel de focus van het rapport als de meer
specifieke onderwerpen aan de orde komen. Het is belangrijk dat de
Europese Commissie een evenwichtig rapport maakt: naast de risicos die
mondialisering en integratie in de wereldeconomie met zich brengen
voor arme landen, moeten ook de voordelen duidelijk aan bod komen.
Diverse studies tonen aan dat landen die gekozen hebben voor
aansluiting bij en integratie in de wereldeconomie aantoonbaar hebben
geprofiteerd van de welvaartsverhogende effecten van mondialisering.
Liberalisatie van de handel wordt als een krachtig instrument gezien
om armoede te bestrijden, mits het gepaard gaat met goed binnenlands
beleid en structurele hervormingen. De Europese Commissie zou voor
haar eigen analyse gebruik kunnen maken van dergelijke studies, zoals
het rapport Globalization, Growth and Poverty van de Wereldbank.
10. Een ander aspect waar het rapport op ingaat betreft de merites
van een belasting op valutatransacties. Tegelijkertijd zal het rapport
aandacht moeten besteden aan de belangrijkste financieringsbron voor
de ontwikkeling van lage-inkomenslanden: het naleven van de in
VN-verband afgesproken 0,7%-ODA-norm. De meeste industrielanden
voldoen hier niet aan. Het belang van het afspreken van een tijdpad
(per land) voor het behalen van de 0,7%-ODA-norm zoals in de OS-raad
overeen is gekomen zou expliciet in het rapport aan bod moeten komen,
evenals het wegnemen van handelsbelemmeringen voor export uit
ontwikkelingslanden.
10.1. Belastingen
Belastingen op energie
document: FISC 255 en FISC 234
aard bespreking: vaststelling voortgangsverslag en conclusies over de
richtlijn van de Raad tot herstructurering van de communautaire
regeling voor de belasting van energieproducten en aanvaarding concept
verslag van de Raad over de energiebelastingrichtlijn voor de Europese
Raad te Laken
besluitvormingsprocedure: n.v.t.
toelichting:
Onder het Belgisch voorzitterschap is verscheidene malen over de
totstandkoming van een Europese energiebelasting gesproken. Het
Belgische voorzitterschap heeft over zijn werkzaamheden een concept
voortgangsverslag opgesteld waarin ook conclusies over onderdelen van
de concept richtlijn energiebelasting zijn opgenomen. De Ecofin Raad
wordt gevraagd in te stemmen met deze conclusies. In de conclusies
zijn de algemene beginselen voor een Europese energiebelasting
beschreven waarbij tevens is voorgesteld dat minimumbelastingniveaus
voor energieproducten op korte termijn zullen moeten worden
vastgesteld. Op verschillende punten van de conclusies is geen
unanimiteit maar wel brede consensus bereikt (bijvoorbeeld over de
mogelijkheden van tariefdifferentiatie boven en beneden de minima).
Daarnaast heeft het voorzitterschap een nota opgesteld waarin concept
conclusies over de energiebelasting van de Raad voor de Europese Raad
zijn verwoord. Deze concept conclusies houden in dat tot nu toe geen
overeenstemming over de energiebelastingrichtlijn is bereikt en dat de
Europese Raad verzocht wordt om conclusies te trekken over de
mogelijkheid om op basis van de door het Belgisch voorzitterschap
beschreven algemene beginselen voor 31 december 2002 overeenstemming
over een Europese energiebelasting te bereiken. Ingeval de Europese
Raad deze overeenstemming niet mogelijk acht wordt de Europese Raad
gevraagd om andere oplossingen, zoals de procedure van de versterkte
samenwerking, te overwegen.
Nederlandse inzet:
De vooruitgang in het energiebelastingdossier verloopt moeizaam.
Nederland ondersteunt de aanpak van het Belgisch voorzitterschap om
dit dossier op het niveau van de Europese Raad te tillen, zodat kan
worden beslist of andere wegen moeten worden bewandeld om te komen tot
meer harmonisering op het gebied van de belastingheffingen op
energieproducten. De Nederlandse inzet is in eerste instantie gericht
op de spoedige totstandkoming van de richtlijn. Als de Raad tot de
conclusie komt dat de mogelijkheid bestaat om op basis van de door het
Belgische Voorzitterschap beschreven algemene beginselen
overeenstemming te bereiken over een Europese
energiebelastingrichtlijn, dan is de Nederlandse inzet er op gericht
om deze overeenstemming op zn laatst op 31 december 2002 te bereiken.
Als de Raad nu tot de conclusie komt dat geen mogelijkheid bestaat om
op basis van de door het Belgische Voorzitterschap beschreven algemene
beginselen overeenstemming te bereiken over een Europese
energiebelastingrichtlijn, dan zal Nederland zich voorstander betuigen
van het opstarten van de procedure van de versterkte samenwerking.
(eventueel) BTW elektronische handel
document: FISC 242 en FISC 247
aard bespreking: (evt) juridische vaststelling van de richtlijn tot
wijziging van richtlijn 77/388 met het oog op de vereenvoudiging,
modernisering en harmonisering van de terzake van de facturering
geldende voorwaarden op het gebied van de BTW (A-punt)
besluitvormingsprocedure: n.v.t.
toelichting:
Onder het Belgisch voorzitterschap is met een aangepast
richtlijnvoorstel facturering en elektronische facturen zodanig
voortgang geboekt dat de richtlijn als A-punt ter beslissing aan de
Ecofin Raad zal worden voorgelegd. Eén lidstaat heeft nog wel een
parlementair voorbehoud gemaakt. Twee lidstaten hebben een
taalvoorbehoud gemaakt. Oostenrijk heeft zich het recht voorbehouden
om aan de Raad een unilaterale verklaring inzake het nieuwe
factuurvereistenartikel voor te leggen. Deze verklaring zal
waarschijnlijk inhouden dat Oostenrijk toestemming wil voor een
uitbreiding van de factuurvereisten in het kader van maatregelen ter
bestrijding van de BTW-fraude in Oostenrijk.
De voorgestelde richtlijn is na intensieve onderhandelingen tot stand
gekomen. Het resultaat van deze besprekingen houdt in dat de regels
voor de factureringsverplichting en de factuurvereisten voor de BTW
worden geharmoniseerd en dat voortaan ook bepaalde elektronische
facturen als factuur moeten worden aangemerkt. Voorts is de opslag van
facturen geregeld. In de Raadswerkgroep is bereikt dat het
oorspronkelijke richtlijnvoorstel van de Europese Commissie op een
aantal punten versoepeld is doordat een aantal factuurvereisten is
vervallen (bijv. het verplicht vermelden van de zogenaamde plaats van
dienst) en een aantal factuurvereisten is versoepeld. In de richtlijn
wordt limitatief opgesomd welke gegevens een factuur moet bevatten: de
datum van de uitreiking, een opvolgend nummer, het
BTW-identificatienummer van de afnemer bij bepaalde intracommunautaire
transacties, de naam, het adres en de woonplaatsgegevens van de
leverancier en de afnemer, de hoeveelheid, de aard en de datum van de
geleverde prestatie, de maatstaf van heffing, het toegepaste
BTW-tarief, een verwijzing naar de margeregeling, de
verleggingsregeling of een BTW-vrijstelling als deze van toepassing
zijn, en tenslotte het BTW-bedrag.
Belangrijk punt is dat lidstaten voortaan elektronische facturen
moeten aanvaarden mits de authenticiteit van de herkomst en de
integriteit van de inhoud ervan kan worden gewaarborgd door middel van
een elektronische handtekening of een systeem van elektronische
gegevensuitwisseling (EDI) of een ander systeem dat door de betrokken
lidstaat wordt aanvaard. Lidstaten wordt de mogelijkheid geboden met
betrekking tot de elektronische handtekening te eisen dat deze wordt
gecertificeerd.
Hiernaast is in de richtlijn een aantal bijzonderheden geregeld. Zo
bepaalt de richtlijn dat lidstaten voor controledoeleinden kunnen
eisen dat de factuur wordt vertaald in hun eigen taal, en in welke
gevallen een derde of de afnemer van de leverancier de factuur namens
de leverancier kan uitreiken. Voorts krijgen lidstaten de mogelijkheid
om te bepalen dat belastingplichtigen geen factuur voor van BTW
vrijgestelde prestaties hoeven uit te reiken. Voor enkele zuidelijke
lidstaten is de mogelijkheid van een factureringsplicht voor
prestaties aan particulieren opgenomen.
Voor Nederland betekent aanvaarding van de richtlijn dat de huidige
factuurvereisten van de Wet op de omzetbelasting 1968 met ingang van 1
januari 2004 zullen moeten aangepast. Een aantal eisen is nieuw:
bijvoorbeeld de verwijzing naar de margeregeling.
Nederlandse inzet:
Nederland is voor de aanvaarding van deze richtlijn tot wijziging van
de zesde BTW richtlijn, omdat dit een stap vooruit betekent in de
harmonisatie van de BTW-regels nu de factuurvereisten en het
elektronisch factureren worden geharmoniseerd. Met name voor het
internationaal opererende bedrijfsleven is sprake van een
vereenvoudiging, omdat het niet langer wordt geconfronteerd met per
lidstaat sterk variërende vereisten met betrekking tot de factuur.
11. Eurogroep
Voorlopig staan er twee onderwerpen op de agenda van de Eurogroep van
14 december, te weten de evaluatie van het functioneren van de
eurogroep en de voorbereidingen van de introductie van de euro.
Evaluatie van het functioneren van de eurogroep
Evenals in voorgaande jaren zal aan het einde van het Belgische
Voorzitterschap gesproken worden over het functioneren van de
Eurogroep en mogelijke verbeteringen die zijn en kunnen worden
aangebracht.
Gedurende het Belgische voorzitterschap van de eurogroep is veel
aandacht uitgegaan naar de gaandeweg zichtbaar wordende economische
afzwakking. Ook is in verschillende vergaderingen aandacht besteed aan
structurele hervormingen in de landen van de Euro-zone.
Deze versterkte aandacht voor structurele hervormingen kan in de
toekomst worden voortgezet. Ook lijkt het nuttig om van gedachten te
wisselen over opkomende actuele themas, zoals de invloed van de
economische afzwakking op de openbare financiën en de economische
gevolgen van de terroristische aanslagen in de VS. Daarbij kan het
wenselijk zijn om meer horizontaal naar structurele themas, zoals
vergrijzing en belastinghervormingen, te kijken.
Voorbereidingen van de introductie van de euro
In elke vergadering van de Eurogroep dit jaar wordt dit onderwerp
geagendeerd. Aan de hand van een maandelijks door de Europese
Commissie op te stellen rapportage over de voortgang van de
euro-introductie kunnen eventuele aandachtspunten worden besproken in
de Eurogroep.
12. Informele Ecofin Raad
Voor de informele Ecofin Raad van 14 december staan vooralsnog de
volgende punten op de agenda:
12.1. Economische en financiële situatie
Voorlopige cijfers voor de maand november wijzen voor de Eurozone op
een blijvend dalende inflatie. Bedroeg de inflatie in oktober nog 2,4%
op jaarbasis, voor november wordt op basis van een voorlopige
schatting een daling voorzien tot 2,1%. De eerder door de ECB geuite
verwachting dat in 2002 een HICP-inflatie tot onder de 2% zal dalen,
lijkt daarmee uit te komen. Met het oog op de dalende inflatiedruk op
middellange termijn heeft de ECB op donderdag 8 november besloten om
de rente te verlagen.
Binnen de eurozone zijn duidelijke verschillen in groei waarneembaar.
Terwijl de economie in Duitsland met 0,1% kromp in het derde kwartaal,
en in Nederland met 0,4%, trok de groei in Frankrijk (plus 0,5%) en
Italië
(plus 0,2%) ten opzichte van het tweede kwartaal weer aan. Het
eurogebied als geheel is na een magere groei van 0,1% in het tweede
kwartaal in het derde kwartaal wederom met slechts 0,1% gegroeid. De
eurozone lijkt daarmee aan een (technische) recessie te ontkomen.
Terwijl de Europese Commissie er vooralsnog vanuit gaat dat de
eurozone niet in een recessie zal terechtkomen, voorspelt ze voor het
vierde kwartaal wel een krimp van 0,2% (op kwartaalbasis). OESO, IMF
en Europese Commissie verwachten een economisch herstel in de eurozone
in de tweede helft van 2002. Hiervoor is echter een toename van het
vertrouwen van consumenten en ondernemers cruciaal. Omdat
vertrouwensindicatoren kwetsbaar blijven voor negatieve externe
gebeurtenissen zijn groeiprojecties met grote onzekerheid omgeven. Het
herstel dat de Europese Commissie vanaf de tweede helft van 2002
voorspelt verloopt in de eurozone min of meer synchroon met dat in de
VS.
In het eurogebied laten alle landen hun automatische stabilisatoren
geheel of gedeeltelijk werken.
In een aantal landen laten zowel het feitelijke als ook het
conjunctuurgeschoonde begrotingssaldo een duidelijke verslechtering
zien. Volgens de ramingen van de Europese Commissie zullen de
begrotingstekorten van enkele landen in 2001 en 2002 boven de 2%
liggen, zonder de referentiewaarde van 3% te bereiken.
12.2. Integratie van de Europese financiële diensten
De maatregelen uit het Actieplan financiële diensten beogen de
Europese financiële markten sneller te integreren. Een geïntegreerde
Europese financiële markt kan beter de concurrentie aan met
bijvoorbeeld die in de VS. Nederland heeft steeds steun uitgesproken
voor het Actieplan financiële diensten. Nederland kan waardering
uitspreken over de inzet van de Europese Commissie en het Belgisch
voorzitterschap om voortgang te boeken.
12.3. Globalisering en ontwikkeling
13. Zie agenda Ecofin Raad van 13 december.
Rol van de euro in de internationale financiële markten
Dit onderwerp heeft al eerder op de agenda van de Eurogroep gestaan.
Sinds de introductie neemt de euro in termen van het internationale
gebruik de tweede plaats in na de dollar. Dit blijkt bijvoorbeeld uit
gegevens van de Bank voor Internationale Betalingen (BIS) over de
markt voor internationale schuldtitels, waar de euro in 2000 na de
dollar de meest gebruikte valuta voor het uitgeven van dergelijke
titels was. In 1999 was de euro zelfs de meest gehanteerde valuta op
deze markt. Ook wat betreft het aandeel in de officiële
valuta-reserves neemt de euro de tweede plaats in. De ECB acht de
internationale rol van de euro geen beleidsdoelstelling, maar wil de
ontwikkelingen wel nadrukkelijk blijven volgen. De ECB heeft eerder
toegezegd in zijn publicaties aandacht te besteden aan de
ontwikkelingen in de internationale rol van de euro.
Woordvoerder: Drs. S.A.E. Schrover
telnr.: 070-3427140
06 dec 01 18:40