Den Haag, 7 december 2001
Vragen van de leden Kortram en Barth (beiden PvdA) aan de staatssecretaris
van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen.
1.
Hebt u kennisgenomen van het artikel in de Volkskrant(1) over leerlingen die
zoek raken bij scholen?
2.
Wat vindt u van het bericht dat 'Nederlandse basisscholen van tientallen,
misschien zelfs wel honderden leerlingen geen idee hebben waar ze verblijven
en hoe het met ze gaat?'(2)
Betekent dit dat een school een kind helemaal uit het oog kan verliezen?
3.
Klopt de uitspraak van de voorzitter van de landelijke vereniging van
leerplichtambtenaren, dat scholen, n.a.v. het politieonderzoek naar de
identiteit van het vermoorde 'meisje van Nulde', 450 namen van meisjes
hebben doorgegeven van wie zij in het duister tasten over de verblijfplaats
en het welbevinden? Deelt u onze mening dat hier snel opheldering over moet
komen en zo ja, hoe denkt u dit te bewerkstelligen?
4.
Klopt het dat scholen in de praktijk niet automatisch de leerplichtambtenaar
waarschuwen als kinderen niet meer naar school komen en wat is uw opvatting
hierover?
5.
In welke mate hebben de bronnen waarop vraag 2-4 gebaseerd zijn betrekking
op leerplichtige en in welke mate op niet-leerplichtige leerlingen? Welke
maatregelen overweegt u om deze praktijk te veranderen?
6.
Bent u van mening dat hier de wet onvoldoende wordt nageleefd en zo ja, bent
u bereid hier op korte termijn een oplossing voor te zoeken?
(1)De Volkskrant, 4 december 2001.
(2)Dit blijkt uit politieonderzoek naar de identiteit van het 'meisje van
Nulde' en een opgave van de landelijke vereniging van leerplichtambtenaren.