Ministerie van Buitenlandse Zaken

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Binnenhof 4 Den Haag Directie VN en Internationale Financiële Instellingen Afdeling Internationale Financiële Instellingen Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag

Datum 10 december 2001 Auteur ir A.H. Copper
Kenmerk DVF/IF-382/01 Telefoon 070-3485162
Blad /1 Fax 070-3484803
Betreft Beantwoording kamervragen van het lid Dijksma over het Britse voorstel per jaar $ 50 miljard extra uit te trekken voor ontwikkelingssamenwerking. E-mail ah.copper@minbuza.nl Zeer geachte Voorzitter,

Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Dijksma over het Britse voorstel per jaar $ 50 miljard extra uit te trekken voor ontwikkelingssamenwerking. Deze vragen werden ingezonden op 26 november 2001 met kenmerk 2010202820.

De Minister voor Ontwikkelingssamenwerking

Eveline Herfkens

Antwoord van mevrouw Herfkens, Minister voor Ontwikkelingssamenwerking, op vragen van het lid Dijksma (kenmerk 2010202820)

Vraag 1

---

Kunt u het voorstel van de Britse minister van Financiën Gordon Brown bij het IMF om 50 miljard Amerikaanse dollars per jaar extra uit te trekken voor ontwikkelingssamenwerking (ODA) nader toelichten, met name voor wat betreft de wijze waarop dit geconcretiseerd zou moeten worden? 1)

Antwoord

---
Minister Brown heeft in een speech bij de Federal Reserve Bank in New York op vrijdag 16 november, voorafgaand aan de bijeenkomst van het International Monetary and Financial Committee (IMFC) in Ottawa, voorgesteld een fonds op te zetten om de Millennium Development Goals te realiseren.

Hierbij refereerde hij aan een VN-rapport, dat is opgesteld onder het voorzitterschap van de voormalige president van Mexico, Ernesto Zedillo. Daarin is berekend dat jaarlijks 50 miljard dollar extra nodig is om de Millennium Development Goals in 2015 te kunnen verwezenlijken. Deze berekening is bevestigd door de Wereldbank. Dit komt neer op bijna een verdubbeling van het huidige hulpvolume. Hij wees er tevens op dat de internationale gemeenschap de internationale afspraak dient na te komen om het niveau van officiële ontwikkelingshulp (ODA) te verhogen naar 0,7 procent van het Bruto Nationaal Product (BNP) per jaar. De verwezenlijking daarvan is echter door minister Brown in het midden gelaten. Om twee redenen acht ik zijn voorstel voor een fonds geen goed idee. In de eerste plaats is er een structurele verankering nodig. De 0,7%-norm biedt die; een ad-hoc fonds niet. In de tweede plaats zullen bij de instelling van een ad-hoc fonds ook de donoren die al op of boven de 0,7%-doelstelling zitten opnieuw worden aangesproken. Dat kan niet de bedoeling zijn, omdat dan de donoren die zich aan de 0,7%-doelstelling houden opnieuw de rekening gepresenteerd krijgen en de andere donoren te gemakkelijk wegkomen.

Vraag 2

---
Hoe is namens de regering, de andere EU lidstaten, de VS en Japan op dit voorstel gereageerd?

Antwoord

---
Tijdens de IMFC vergadering, waarin de EU niet is vertegenwoordigd, is het voorstel van minister Brown niet uitvoerig aan de orde geweest. En marge van de vergadering heb ik Brown mijn bezwaren tegen zijn voorstel kenbaar gemaakt. Wel zijn de deelnemende landen, waaronder de EU-lidstaten, de VS en Japan, overeengekomen dat verhoging van ODA essentieel is. Het gezamenlijk communiqué stelt daarom expliciet dat ontwikkelde landen bereid moeten zijn hun bijzondere verantwoordelijkheid te nemen en meer ontwikkelingshulp en schuldverlichting te geven om armoede te verminderen en de Millennium Development Goals te realiseren. Hierover zal nader worden gesproken in het kader van de VN-conferentie Financing for Development, die in maart 2002 in Mexico wordt gehouden.

Nederland is een sterk voorstander van een verhoging van de mondiale ontwikkelingshulp om de Millennium Development Goals te verwerkelijken, en heeft vele initiatieven genomen gericht op het verhogen van de nationale ontwikkelingshulp van alle geïndustraliseerde landen tot 0,7 procent van het BNP. Deze boodschap heeft de Nederlandse regering, en ook Noorwegen namens de Scandinavische landen, tijdens het IMFC en het daarop aansluitende Development Committee uitgedragen.

Vraag 3

---
Welke afspraken zijn terzake in de laatste OS-Raad van de Europese Unie van 8 november jl. over dit Britse voorstel of andere suggesties voor verhoging van de ODA-uitgaven, in de richting van de 0,7% BNP-norm, gemaakt?

Antwoord

---
In aanvulling op het verslag van de OS-Raad van 8 november, dat Uw Kamer toeging op 30 november 2001, kan het volgende worden gesteld.

Het Britse voorstel van minister Brown is tijdens de OS-Raad niet besproken. Wel is door de laatste OS-Raad in haar conclusies over de VN-conferentie Financing forDevelopment een passage opgenomen waarin de Commissie wordt opgeroepen om met de lidstaten te overleggen op welke wijze en op welke termijn aan de 0,7% BNP-norm voor ODA kan worden voldaan. De Commissie en het Voorzitterschap zullen in de komende weken hierover met de lidstaten in overleg treden. Dit overleg moet uitmonden in actieplannen, waarin onder meer een tijdpad voor het bereiken van de 0,7 % -doelstelling moet worden neergelegd. Het is nadrukkelijk de bedoeling dat de lidstaten zelf de actieplannen opstellen. Betrokkenheid van de ministers van Financiën en voor Ontwikkelingssamenwerking is daarbij van groot belang.

De Nederlandse regering hecht aan het opstellen van actieplannen inclusief tijdpad, die zijn structureel en controleerbaar, omdat hiermee verdere concretisering van de 0,7% afspraken moet worden gerealiseerd. Via peer pressure kunnen lidstaten aangesproken worden op hun verantwoordelijkheid in deze.

Vraag 4

---
Zal de EU in de discussie binnen de G-7 hierover eensgezind optreden, zo ja met welk standpunt?

Antwoord

---
De gemaakte afspraken over de 0,7% BNP-norm voor ODA zullen hun weerslag vinden in de opstelling van Commissie en Raad. Voor de lidstaten, de EU zelf is geen lid van de G-7, maakt dit gezamenlijke uitgangspunt een eensgezind optreden in andere internationale fora in principe mogelijk, maar drie Europese G-7 leden hebben zich nog steeds niet gecommitteerd aan een tijdspad. Tijdens het bezoek dat de Commissie medio december aan Nederland zal brengen, teneinde verdere invulling te geven aan de gemaakte afspraken, zal dit punt zeker nader worden besproken.


1) Zie Financial Times van 20 november jl.


Kenmerk DVF/IF-
Blad /1

===
AFMELDEN
Mail naar mailto:dvl-afmelden@minbuza.nl indien u zich nu wilt afmelden.

WIJZIGEN
Wijzig uw huidige abonnement door het via http://www.minbuza.nl/bestel.asp te overschrijven.

Met vriendelijke groet,
Redactie BZ-internetsite