Ministerie van Justitie

10.12.01

Korthals neemt extra maatregelen i.v.m. grote druk op capaciteit gevangeniswezen

Briefaan de Tweede Kamer (PDF )

Minister Korthals van Justitie heeft in verband met de hoog oplopende capaciteitsdruk op het gevangeniswezen besloten om aanvullende maatregelen te nemen. Deze variëren van extra plaatsen in elektronische detentiehuizen, meer capaciteit voor vrouwen en preventief gehechte mannen, noodcapaciteit op tijdelijke locaties, meer gebruik van politiecellen, een aantal organisatorische maatregelen en het op ruimere schaal toepassen van de mogelijkheid om gedetineerden met een beperkt strafrestant incidenteel vervroegd in vrijheid te stellen.

Begin volgend jaar verschijnen nieuwe prognoses. De minister sluit niet uit dat op basis daarvan extra geld nodig is voor capaciteitsuitbreiding.

Dat schrijft de minister in een brief die vandaag naar de Tweede Kamer is verzonden.

Tijdens het laatste algemeen overleg met de Tweede Kamer van 9 oktober jl. over het gevangeniswezen onderscheef de Kamer de noodzaak van aanvullende maatregelen om de capaciteits- en personele problematiek tot een oplossing te brengen. Sinds die tijd verbleven bovenop de bezetting van het gevangeniswezen zo'n 300 gedetineerden op een politiebureau in afwachting van plaatsing in een gevangenis en waren er zo'n 80 gedetineerden boventallig geplaatst (de zogenoemde 103% maatregel). Inmiddels heeft in de afgelopen weken intensief overleg plaatsgevonden met de vakcentrales over de personele problematiek in de justitiële inrichtingen. Op 6 december jl. heeft de dienst gevangeniswezen een akkoord bereikt met de vakcentrales. Gelet op de nauwe samenhang met de capacitaire kwesties heeft de minister de uitkomsten afgewacht alvorens de Kamer te informeren.

Zoals de minister de Kamer al eerder liet weten is de druk op de capaciteit van het gevangeniswezen al geruime tijd zeer hoog. "De situatie is ernstig", aldus Korthals nu in zijn brief. Daarom zijn aanvullende maatregelen noodzakelijk. In nauw overleg met het Openbaar Ministerie en het gevangeniswezen zullen gedetineerden met een beperkt strafrestant incidenteel vervroegd in vrijheid (IVO) worden gesteld. Deze maatregel is eerder besproken met de Kamer en is ook verwoord in een aantal brieven; het laatst op 5 oktober jl. De IVO gebeurt op basis van de bestaande richtlijn. Hoewel de actuele situatie de IVO onvermijdelijk maakt, beklemtoont de minister dat hij daarmee terughoudend wil zijn. Sinds oktober van dit jaar zijn vanuit de penitentiaire inrichtingen 80 mannen en 55 vrouwen met IVO gegaan. Het niet uitgezeten strafrestant bedroeg bij de mannen gemiddeld 3,5 dag; bij de vrouwen lag dat aantal op gemiddeld 12 dagen.

Het Openbaar Ministerie zag zich door een overmachtsituatie gedwongen in dezelfde periode zeven mannelijke en vijf vrouwelijk verdachten uit de inverzekeringstelling te ontslaan. Aan deze verdachten is een dagvaarding in persoon uitgereikt. De zaken van de vijf vrouwen (zakkenrollen en/of winkeldiefstal) zijn inmiddels door de politierechter behandeld. Voor de mannen (drugskoeriers) is op korte termijn een zittingsdatum bij de politierechter vastgelegd. Korthals heeft inmiddels de gangbare procedures opnieuw besproken met de voorzitter van het College van Procureurs-generaal. De bestaande afspraken zijn bekrachtigd en de centrale coördinatie tussen OM en het gevangeniswezen zal verder worden versterkt.

Extra capaciteit

Om de hoog oplopende capaciteitsdruk te verminderen heeft de minister aanvullende maatregelen getroffen: extra plaatsen in elektronische detentiehuizen; het benutten van de ruimte binnen de SOV-capaciteit voor vrouwen en het tijdelijk herbestemmen van 24 plaatsen in Utrecht voor preventief gehechte mannen. Na de bestemmingswijziging in de P.I. Zwolle worden hier inmiddels vrouwen opgenomen. Verder heeft de minister opdracht gegeven te blijven zoeken naar mogelijkheden voor uitbreiding van noodcapaciteit op tijdelijke locaties.

Een wetsvoorstel om inbewaringstelling op een politiebureau met een maximumduur van tien dagen mogelijk te maken, is momenteel in voorbereiding.

Verder zal het gevangeniswezen samen met het OM bekijken hoe het "early warning system" effectiever kan worden gemaakt. Ook heeft de minister aan het OM gevraagd om met voorstellen te komen voor een betere regulerende werking aan het begin van de executie in tijden van extreme druk op de capaciteit.

Prognoses

Minister Korthals laat het systeem van de prognoses voor de behoefte aan sanctiecapaciteit thans nogmaals extern ijken door een gezaghebbend deskundige. De bevindingen zullen in het voorjaar naar de Tweede Kamer worden gestuurd. Korthals sluit niet uit dat de nieuwe prognoses leiden tot een extra financiële claim bij het kabinet (voorjaarsnota). Dit geldt eveneens voor de financiële gevolgen van de uitwerking van de maatregelen die genoemd staan in de nota ' Investeren in Personele Zorg DJI' .

De bovenstaande maatregelen zijn volgens de minister onvermijdelijk om de onvoorziene capaciteitsdruk in het gevangeniswezen te ondervangen. In zijn brief geeft Korthals aan dat ook in de komende maanden meer gedetineerden vervroegd in vrijheid zullen worden gesteld. Dit is het gevolg van het onlangs gesloten akkoord met de bonden. Daarin is besloten, in het licht van de personele problematiek, om de 103% bezetting van de celcapaciteit in het gevangeniswezen per 15 december af te bouwen tot100% .

Voor vragen of commentaar met betrekking tot de inhoud van deze pagina's kunt u terecht bij de Directie Voorlichting van Justitie, telefoon: (070) - 3706850,
email: voorlichting@best-dep.minjust.nl,
fax: (070) - 3707594

Laatst gewijzigd: 10-12-2001