Ministerie van Justitie
http://www.justitie.nl
MINJUST:slachtofferschap van geweld op straat niet realistisch
Annette Dijkstra
070 370 4888
4137
12.12.01
WODC: BEELD SLACHTOFFERSCHAP VAN GEWELD OP STRAAT NIET REALISTISCH
In twee van de drie gevallen van buitensporig geweld op straat tegen
onbekenden spelen beide partijen een actieve rol en gaat het
slachtoffer niet geheel vrijuit. Eén op de drie gevallen van
straatgeweld beantwoordt wel aan het gangbare beeld van .zinloos.
geweld waarbij de dader het heeft voorzien op een willekeurig
slachtoffer. Maar ook dat geweld heeft in de beleving van de dader een
duidelijke aanleiding en herkenbare motieven.
.Het zijn geen motieven waarvoor we begrip moeten opbrengen. Maar ze
bieden wel aanknopingpunten voor maatregelen om geweld op straat tegen
te gaan.. Dat zegt de Groningse hoogleraar criminologie Willem de Haan
die het onderzoek in opdracht van het ministerie van Justitie heeft
uitgevoerd in samenwerking met onderzoekers van het Wetenschappelijk
Onderzoek en Documentatie Centrum (WODC) en Advies- en Onderzoeksgroep
Beke.
Het onderzoek .Geweld verteld. Daders, slachtoffers en getuigen over
.geweld op straat. is een vervolg op een eerder verschenen cijfermatig
onderzoek waaruit bleek dat geweld op straat zich het meest voordeed
in de woonwijk (35%), het wegverkeer (24%) en de uitgaanscentra (19%).
In het verkeer was een derde, in de woonwijk bijna de helft en in de
uitgaanscentra zelfs het meeste straatgeweld buitensporig. In het
vervolgonderzoek zijn deze extreme gevallen diepgaand bestudeerd.
Uit politieverhoren van verdachten en interviews met daders,
slachtoffers en getuigen blijkt nu dat dit soort geweldpleging vaste
patronen kent met een duidelijke aanleiding en herkenbare motieven.
De meest voorkomende aanleiding is een .terechtwijzing. in het
verkeer, het .tot de orde roepen. bij het uitgaan en een vorm van
.eigenrichting. in de woonomgeving.
In deze scenario.s figureren slachtoffers die ondoordacht of
demonstratief reageren op vermeend wangedrag van anderen en daders die
zich door zulke reacties zo beledigd of niet serieus genomen voelen
dat zij voor zichzelf een daad moeten stellen.
Er zijn echter ook individuen die erop uit zijn een .vechterij. met
een willekeurig slachtoffer uit te lokken. Daders kunnen dan ook
slachtoffer en slachtoffers ook dader zijn.
In woonbuurten vinden we groepen die een .klopjacht. houden om een
confrontatie aan te gaan met een rivaliserende groep en treffen we
psychisch gestoorden aan die in een vlaag van .waanzin. een onbekende
te lijf gaan.
Bij de aanpak van straatgeweld moet duidelijker onderscheid worden
gemaakt tussen de verschillende vormen en patronen van geweld op
straat. Uiteraard moeten daders ter verantwoording worden geroepen.
Bij psychisch gestoorde daders ligt in eerste instantie een
dwangopname voor de hand. Maar in gevallen van tweezijdig geweld
zouden ook slachtoffers en omstanders moeten worden aangesproken op
hun aandeel in het incident. Om geweld op straat tegen te gaan is
realistische voorlichting nodig over de betrokkenheid van daders,
slachtoffers en omstanders bij straatgeweld en de risico.s van acties
en reacties in de omgang met mensen op de openbare weg. Naast op
personen gerichte maatregelen zijn ook bestuurlijke acties geboden,
bijvoorbeeld waar het gaat om de beschikbaarheid van alcohol en
wapens.