Economisch Instituut voor de Bouwnijverheid

Persbericht

Restauratiemarkt en arbeidscapaciteit

---

Restauratie van monumenten neemt sterk toe

In 2000 werd in Nederland ruim ¦
600 miljoen uitgegeven voor restauratie en onderhoud van monumenten. In 2003 zal dat bedrag zijn opgelopen tot bijna ¦ 850 miljoen. Restauratiewerk is daarmee een van de snelst groeiende onderdelen van de bouwmarkt. De oorzaak is de stijging van de subsidiebedragen. In 2000 ondersteunde het rijk de restauratie en het onderhoud van monumenten met ¦ 145 miljoen. Het budget voor 2003 ligt bijna ¦ 100 miljoen hoger. Na 2003 lopen de subsidies maar weinig terug. De restauratieproductie blijft daardoor in ieder geval tot 2010 op een relatief hoog niveau.

Dit blijkt uit een onderzoek van het Economisch Instituut voor de Bouwnijverheid in opdracht van de Stichting Vakgroep Restauratie.

In de bouw waren in 2000 5.200 restauratievaklieden actief. Van deze groep is iets meer dan een derde restauratietimmerman. 11 procent is restauratiemetselaar, 10 procent restauratieschilder en 9 procent restauratieuitvoerder. De gemiddelde restauratievakman is twee jaar ouder dan zijn collega in de bouw. Hij is ook hoger opgeleid en langer in de bedrijfstak werkzaam.

Restauratievaklieden zijn niet alleen inzetbaar op restauratiewerken. Ze werken ook vaak in andere bouwsectoren. Het totale aantal manjaren dat in de restauratiesector wordt besteed bedroeg in 2000 2.550. Door de toenemende productie is in 2003 behoefte aan 3.500 manjaren. Deze sterke groei hoeft niet alleen te worden opgevuld uit nieuwe aanwas. De extra behoefte aan mensen in deze sector kan voor een groot deel worden ingevuld door de bestaande vaklieden efficienter in te zetten.