Provinciale Milieuverordening kan veel doeltreffender Milieugedeputeerde wil duidelijker regelgeving
Assen, 18 december 2001
Persberichtnummer 01-129
GS stellen aan provinciale staten voor nieuwe regelgeving te
ontwikkelen voor de Provinciale Milieuverordening (PMV). Daarmee
volgen GS volledig het advies op van de stuurgroep Evaluatie
Provinciale Milieuverordening, die hiervoor werd ingesteld. Een
vernieuwde PMV kan duidelijker, doeltreffender en is daardoor beter te
handhaven, zo concludeert de ambtelijke stuurgroep.
De aanleiding voor de evaluatie was de toegenomen complexiteit van de regelgeving. De PMV is voor een groot deel de uitwerking van de rijksregeling op provinciaal niveau t.a.v. afvalstoffenverwijdering. Verder heeft de PMV betrekking op bodem- en grondwaterbescherming en bodemsanering en regelt ook nog enkele onderwerpen zoals regels voor stiltegebieden en kanovaren op de Drentsche Aa. De regels over afvalstoffen zijn buiten beschouwing gelaten in de evaluatie.
'De PMV regelt veel zaken die de afgelopen jaren ook al door het rijk
zijn geregeld, waardoor de verordening veel doublures bevat. Een woud
aan regels draagt niet bij aan de provinciale doelstelling voor een
schoon en leefbaar Drenthe', aldus milieugedeputeerde Dijks. Een nieuw
op te stellen PMV moet aansluiten bij het Provinciaal Omgevingsplan en
zal zijn beslag moeten krijgen in een nieuwe regelgeving en een
vernieuwde verordening.
Het algemene, landelijke beschermingsniveau is in de loop der jaren zo
uitgebreid dat het bijzondere, provinciale beschermingsniveau
inmiddels is ingehaald. De stuurgroep concludeert dat veel regels
overbodig zijn geworden. Ten tijde van de totstandkoming van de regels
voor het bijzondere beschermingsniveau was het algemene
beschermingsniveau lager dan heden.
De hoofdlijnen van de bevindingen van de evaluatie PMV luiden:
* de stuurgroep adviseert met het oog op de complexe
rijksregelgeving terughoudend te zijn met aanvullende provinciale
regelgeving;
* doelstellingen van het provinciaal milieubeleid m.b.t.
bodembescherming zijn omschreven in het POP;
* POP-doelstellingen zijn voor een belangrijk deel met toepassing
van de bestaande regelgeving Wet Bodembescherming, Wet
Milieubeheer en Wet Ruimtelijke Ordening te realiseren;
* In de PMV is terecht een aantal regelingen opgenomen die
voortvloeien uit wettelijke verplichtingen;
* door het toegenomen algemene beschermingsniveau ontbreekt de
dringende noodzaak van een aantal aanvullende provinciale
regelingen in de PMV;
* de PMV is op een aantal punten door onduidelijke en complexe
systematiek moeilijk uitvoerbaar en handhaafbaar;
* op een aantal punten kan de PMV eenvoudiger;
* het is gewenst om in overleg met betrokken instanties een nadere
evaluatie uit te voeren van de regels voor onderhoudsinspectie en
het vaarverbod op de Drentsche Aa;
* het vastgestelde beleid inzake Actief Bodembeheer verdient in het
licht van de geformuleerde evaluatiecriteria heroverwogen te
worden;
* meer stimuleringsmaatregelen toepassen en communicatie inzetten
als preventief middel om de provinciale doelstelling te bereiken.
Het advies wordt voorgelegd aan de Provinciale Commissie voor het
Omgevingsbeleid. Daarnaast wordt de statencommissie Milieu, Water en
Groen geïnformeerd. Aansluitend zal de herziening van de PMV deel uit
gaan maken van de herziening van het POP. De verwachting is dat GS
zich in 2003 zal buigen over het voorontwerp POP II. Als vervolgens de
hele procedure wordt afgerond zal in 2004 een definitief herziene
versie aan de staten worden voorgelegd.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de Stafgroep
Communicatie van de provincie, telefoonnummer (0592) 365265,
faxnummer (0592) 357188
E-mail: communicatie@drenthe.nl