Ministerie van Buitenlandse Zaken

http://www.minbuza.nl/content.asp?Key=424484


---

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Binnenhof 4 Den Haag Directie Duurzame Economische Ontwikkeling Postbus 20061 2500 EB Den Haag
Datum 20 december 2001 Auteur Jan Bade
Kenmerk DDE-120b/2001 Telefoon 070-348 4289
Blad /2 Fax 070-348 5956
Bijlage(n) - E-mail dde@minbuza.nl
Betreft Vraag van het lid Remak over arbeidsmigratie

Zeer geachte Voorzitter,

Tijdens de regeling van werkzaamheden van 20 november jl. vroeg het lid Remak mij om mijn plan voor migratiemogelijkheden via tijdelijke arbeidscontracten toe te lichten en aan te geven hoe dat zich verhoudt tot het besluit van het Kabinet om de mogelijkheden voor arbeidsmigratie niet te verruimen.

In de eerste plaats merk ik op dat van een plan geen sprake is. Ik heb steeds bepleit dat Nederland in de onderhandelingen in het kader van de GATS bereid is goed te luisteren naar de belangen van ontwikklingslanden. Ook in Leiden heb ik niet bepleit dat we unilateraal gaan schuiven met ons beleid van toelating van vreemdelingen tot de arbeidsmarkt.

Ik heb daarbij verwezen nnar het net vastgestelde Kabinetsbeleid. Het antwoord op de vraag hoe een en ander zich verhoudt tot het besluit van het Kabinet kunt u vinden in de regeringsnotitie 'Het Nederlands standpunt over het communautair immigratiebeleid'. Daarin staat dat Nederland geen voorstander is van verruiming van de bestaande mogelijkheden tot arbeidsmigratie. Er staan echter twee kanttekeningen bij dat algemene uitgangspunt. Ten eerste dat er in bepaalde sectoren en categorieën een dusdanige vraag naar arbeidskrachten bestaat dat deze niet met het bestaande binnenlandse arbeidspotentieel kan worden opgelost. De Wet arbeid vreemdelingen wordt daarvoor gebruikt.

Ten tweede wordt in de laatste paragraaf van de notitie aandacht besteed aan de mogelijkheden voor tijdelijke migratie. In die paragraaf staat het volgende:

Bijzondere aandacht dient te worden besteed aan de mogelijkheden voor tijdelijke migratie. Tijdelijke migratie kan bij uitstek positieve effecten hebben voor ontwikkelingslanden: gekwalificeerde arbeidskrachten gaan niet verloren en terugkeerders nemen nuttige nieuwe kennis en ervaring mee. In dit verband is het relevant dat verruiming van de toegangsmogelijkheden voor professionele dienstverleners centraal staat in de komende onderhandelingen over de Mode 4 onder de GATS-overeenkomst. Het gaat daarbij om een vorm van tijdelijke immigratie met duidelijke beperkingen (o.m. geen vrije toegang tot de arbeidsmarkt en niveau van dienstverlening). Ontwikkelingslanden, met als initiatiefnemer India, hebben hiervoor voorstellen ingediend. De westerse landen, waaronder Nederland, beraden zich op dit moment over hun positie. De elementen van tijdelijkheid en het inbouwen van beperkingen kunnen bijdragen aan het optimaliseren van de positieve effecten van migratie voor zowel het land van herkomst als het land van ontvangst.

In mijn speech in Leiden heb ik nu juist voor dat laatste gepleit: het optimaliseren van de positieve effecten van tijdelijke migratie voor zowel het land van herkomst als het land van ontvangst.

De Minister voor Ontwikkelingssamenwerking,

Eveline Herfkens

Kenmerk DDE-1208b
Blad /2

===