Landelijk instituut sociale verzekeringen


Persbericht d.d. 21/12/01

Reïntegratie van werkloze werknemers

Het Lisv heeft voor het eerst onderzoek gedaan naar de effecten van door uitvoeringsinstellingen ingekochte reïntegratietrajecten voor werkloze werknemers. Daaruit blijkt dat van de 8.395 voor werkloze werknemers tussen 1 januari 1999 en 1 juli 2001 ingekochte trajecten er 4.702 zijn geëindigd met werkhervatting. Dit betekent dat 56% van de onderzochte trajecten succesvol zijn geweest. Door het Lisv is aan reïntegratiebedrijven de eis gesteld dat 35% van de trajecten tot succes moet leiden.

Het percentage werkhervatting van alle beëindigde WW-uitkeringen in 1999 en 2000 komt uit op 55%. Rekening houdend met de verschillen tussen de totale groep mensen met een WW-uitkering en de groep waarvoor een traject wordt ingezet is het percentage mensen dat weer aan het werk gaat na een traject eveneens goed te noemen.

Uit het onderzoek kan niet worden afgeleid dat de inzet van reïntegratietrajecten voor werklozen een besparing oplevert voor het uitkeringsfonds AWf.

Reïntegratietrajecten blijken relatief vaak te worden aangeboden aan werkloze werknemers van 45 tot 55 jaar die zijn ingedeeld in fase 2, langer dan een jaar werkloos zijn en een dagloon hebben van 125 tot 150 gulden of 200 gulden of meer.

Minder vaak worden trajecten aangeboden aan mensen jonger dan 35 jaar die zijn ingedeeld in fase 3 of 4 en in de randstad wonen.

Dit persbericht is gebaseerd op de volgende publicatie: Rapportage effecten reïntegratie WW-gerechtigden